12 NOVEMBER 1998 550 Ondergetekenden, mevrouw M.P. Heerkens en de heer C.G.M.F. Schoenmakers, leden van de raad van de gemeente Breda; gelet op het bepaalde in artikel 30 van het Reglement van Orde; stellen de raad voor om te besluiten als volgt: De raad van de gemeente Breda, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met betrekking tot de vaststelling van de Begroting 1999 en het daarbij behorende ontwerpraadsbesluit; overwegende dat: de oplopende tekorten in de meerjarenramingen van de WVG van dien aard zijn dat bezuinigingen hierop onontkoombaar zijn; naar aanleiding van deze tekorten, die zich in het hele land manifesteren, in het regeerakkoord een intensivering van het beleidsterrein WVG/chronisch zieken is voorzien voor de jaren 1999 tot en met 2001 van 50 miljoen oplopend tot 225 miljoen; deze beleidsintensivering vanuit het Rijk nog niet is uitgekristalliseerd; voor belanghebbenden de omvang van de voorgestelde bezuinigingen op de WVG niet te begrijpen is, als tegelijkertijd binnen de Begroting 1999 een extra lastenverlichting van 1 OZB is opgenomen; is van oordeel dat de bezuiniging op de verhuiskostenvergoeding voor WVG-geïndiceerden voor het jaar 1999 dient te worden afgedekt, hetgeen totaal een bedrag vraagt van 350.000,--; besluit, de voorgestelde Begroting 1999 als volgt te wijzigen: de voorgestelde bezuiniging op de verhuiskosten voor WVG-geïndiceerden af te dekken, hetgeen totaal 350.000,- vraagt en de hiertoe benodigde dekking te vinden uit het overschot op de zogenaamde 'Zalmsnip'-middelen over 1998 en 1999 zijnde 2 x 200.000,-; en gaat over tot de orde van de vergadering. De heer VAN DER WESTERLAKEN In de jaarcyclus kadernota, concernbegroting, dienstbegroting en jaarrekening geeft de concernbegroting concreet vorm aan de hoofdlijnen die in de kadernota zijn uitgezet. Eén van de uitgangspunten bij de behandeling was dat de knelpunten in beginsel bij de begroting eenmalig worden opgelost, waarna bij de eerstvolgende kadernota een structurele aanpak kan worden geëntameerd. Tegen deze achtergrond waren wij ook met uw college van mening dat bij de begroting met een beperkte behandeling in de raad zou kunnen worden volstaan. Dit principe lijkt nu te worden losgelaten. Bij de kadernota is het besluit genomen om een deel van de ruimte voor investeringen om te zetten in een structurele afdekking van het geraamde tekort voor 1999. Dit besluit wordt bij deze begroting weer teruggedraaid. Ook bij de archeologie zien wij een structurele invul 1 ingterw ij 1 b ij de kadernota eenmal ige middelen werden ingezetKunt u aangeven op grond van welke overwegingen van de met de raad overeengekomen werkwijze wordt afgeweken? Hoe ziet uw college de relatie tussen kadernota en begroting? D66 vindt overigens dat dit college met de Begroting 1999 een goed fundament heeft gelegd voor de volgende bestuursperiode, en dat er tegelijkertijd genoeg structurele financiële ruimte is gecreëerd voor de programmaonderhandelingen, die volgend jaar zullen plaatsvinden. Wij zijn er geen voorstander van om nu al met allerlei claims die ruimte te gaan beperken. Dat betekent niet dat wij niet verder kijken dan 1999. D66 is blij dat er een voortvarende start is gemaakt met het ontwikkelen van een meerjarenvisie. Het is ons overigens nog niet helemaal duidelijk hoe het college de rol van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 550