12 NOVEMBER 1998 563
Zoals ik het nu zie, zal dat mei worden. De meeste fracties spraken over de positie van Breda
in relatie tot de lastendruk. Ik vind niet dat dit een eigen leven moet gaan leiden. Gesproken is
over de achtste stad en de zesentwintigste plaats. Maar die zesentwintigste plaats heeft alles te
maken met het klassement in de 100.000-plus-steden, en niets met achtste stad van alle steden.
Ik denk dat dit ook een aardige nuance is. Er zijn nogal wat vragen gesteld over de communicatie
portefeuille. Naar aanleiding van de evaluatie van de wijk- en dorpsraden in de commissie hebben
we uitgebreid gesproken over nogal wat verbeteringen, die op dat terrein aan de orde kunnen
zijn en die ook zeer concreet zijn geformuleerd. Datzelfde geldt voor de ruimte en bevoegdheden
rond de trojka's. Op dit moment discussieert het Algemeen Managementteam over hoe dat verder
moet worden gestructureerd, zodat er ook daadwerkelijk meer bevoegdheden bij die trojka's
komen, alsmede ruimte om hun taken op een juiste wijze uit te voeren. Anderzijds is er ook de
koppeling met het centrale apparaat, want ook trojkaleden zijn gewoon ambtenaren van deze
gemeente. Ik denk dat het goed is om nog eens stil te staan bij de wijze waarop de raad en het
college de bezoeken aan de wijken brengen en te kijken of er op onderdelen van de programmering
wellicht wijzigingen moeten plaatsvinden. Dit is een discussie die ook wel eens in het college
speelt. Maar ik wijs u er ook op dat het programma toch vaak zeer nadrukkelijk met de orga
nisaties in de wijken is afgesproken en dat er op hun verzoek zo'n tempo en dergelijke inzit.
Wel denk ik dat het goed is dat we, gelet op de ervaringen van het laatste jaar, nog eens even
kijken of er nuances voor te vinden zijn. Ten aanzien van de opmerking van het CDA over Stad
Breda het volgende. Het uitgangspunt van het magazine was inderdaad om bottom up te werken.
Dat is ook de reden waarom er, na de aanvankelijke kritiek, veel meer ruimte in Stad Breda is
gereserveerd om de mensen uit de stad aan het woord te laten, en daarnaast de mening van het
college, de politiek dan wel de raad te formuleren. Dus mijn woorden zijn in ieder geval niet
de woorden van notoire actievoerders, maar het was de bedoeling dat er in die zin een bepaald
evenwicht ontstond. Ik denk dat het goed is, als u daaraan behoefte heeft, dat we dat opnieuw
een keer tegen het licht houden. Ten aanzien van uw andere suggestie merk ik op dat er een
samenvatting komt van de districtsprogramma's in Stad Breda. Dat is gepland. Ten aanzien van
het raadsinformatiesysteem kan ik geen onderscheid maken tussen het raadplegen door raadsleden
en door burgers, overigens zijn eerstgenoemden ook burgers. Wel kan ik u melden dat er op
de totale site van de gemeente Breda zo'n 3.000 bezoeken per maand zijn. Daarbij gaat het om
ongeveer 300 bezoeken van het raadsinformatiesysteem. Dus ongeveer 10% van de bezoekers
maakt daarvan gebruik. Het hele raadsinformatiesysteem moet worden ingebed in al onze ICT-
ontwikkelingen. In december of januari zal ik u daaromtrent een totaalnotitie voorleggen, waarin
de verdere visie en uitbouw van het raadsinformatiesysteem worden geschetst. Dat zal weer worden
gekoppeld aan een aantal andere vraagstukken, zoals onder andere de ICT in bibliotheken en
wijk- en buurtvoorzieningen. In het investeringsprogramma ziet u dat vrij breed een investeringsbe
drag beschikbaar is, om die voorzieningen voor meerdere mensen bereikbaar te maken. Meerdere
fracties waren benieuwd naar de beantwoording van de vragen van de Partij van de Arbeid over
de flexibele budgetten. De beantwoording is afgelopen dinsdag door het college vastgesteld, en
die komt erop neer dat wij zowel aan u als aan de wijk- en dorpsraden schrijven dat wij per district
een districtsbudget beschikbaar willen houden, en dat betekent dat het college een substantieel
deel van het totale budget voor kleinschalige initiatieven reserveert voor de vijf districtsposten.
De exacte hoogte zullen wij laten afhangen van de initiatieven die zijn en worden ingediend. De
millennium- en europroblematiek staan geagendeerd voor de commissie Middelen van dinsdag
aanstaande. Ik hoop dat die verwijzing voldoende is voor deze vergadering. Mijnheer Verpaalen,
de afstand en de bewegwijzering naar de stembureaus worden conform de notitie, die voor uw
raad ter visie heeft gelegen, verbeterd. Ook is er sprake van een uitbreiding van het aantal stembu
reaus. Van de voordelen van de herindeling hebben wij in het college geconstateerd dat hier 39
bestuurders aanwezig zijn, en dat zij zelf hun conclusies over die herindeling dienen te trekken.
Een van de conclusies van een collegelid was dat het in ieder geval een schat aan nieuwe be
stuurders heeft opgeleverd. Overigens streven wij naar een gelijktrekken van het Casematarief
en ook aan de bekabeling van het buitengebied hechten wij grote waarde. Ten aanzien van de
motie van GroenLinks met betrekking tot de P&O-discipline merk ik op, dat het college de tweede
overweging volstrekt onjuist vindt. Wij hebben geen behoefte aan een herbevestiging van het
