26 NOVEMBER 1998 634 bijstellingen te komen, datje dan serieus daarmee met de raad en de commissie aan de slag moet en die discussie dan maar eens openlijk moet gaan voeren. Welnu, het enkele gegeven dat er regionaal overleg heeft plaatsgevonden, het enkele gegeven dat daar afspraken zijn gemaakt om tot een regionale afstemming te komen, zijn voor ons niet voldoende redenen om direct tot een bijstelling te komen van het beleid, waarvan wij zeggen dat wij ons in zekere mate daarin kunnen vinden. Er is een soort status quo ontstaan waarin kennelijk ook de koffieshophouders kunnen functioneren zoals zij op dit moment functioneren. Noch regionaal noch plaatselijk hebt u in de toelichtingop de nota Sluitingsbeleid cijfermateriaal aangedragen, waaruit blijkt dat een bijstelling noodzakelijk zou zijn. Dus het angstige vermoeden van mijn fractie is, dat toch een bijstelling vooral wordt gemotiveerd door het soort gedachtegoed waaraan de heer Adank zijn spreektijd heeft besteed De heer ADANK Ter interruptie. Het is rijksbeleid, waar nadrukkelijk, ook als het gaat om de totale aanpak van het drugsprobleem, de lijnen strakker worden aangehaald. Het heeft niets te maken met het verhaal dat de heer Schroder nu ophangt. De heer SCHRODER Ik volg de heer Snier, die daarover al zijn afkeuring uitsprak. Hij heeft het iets anders verwoord, omdat hij in de coalitie zit, maar daarin beluister ik toch afkeuring. Voorzitter, op allerlei punten die op dit moment in het nieuw voorgestane beleid door u naar voren worden gebracht, kan ik uitgebreid ingaan, maar ik zal dat niet doen. Op een aantal punten, zoals gezegd, handhaaf ik de kritiek zoals die in het verleden door de GroenLinks-fractie is geuit, met name het ontbreken van cijfermateriaal, het ontbreken van een politierapportage over concrete overlast. Vooral ook, en dat vind ik belangrijk met het oog op de integraliteit zoals die ook in de beide nota's die vanavond aan de orde zijn kan worden gelezen, omdat er bij de combinatie alcohol en drugs onvol doende materiaal is om te veronderstellen dat die een extra risico oplevert, noch voor de openbare orde noch voor de volksgezondheid. Ook uit de volksgezondheidsaspecten lezen wij niet dat met name softdrugs extra gezondheidsrisico's geven of tot extra verslavingsproblemen leiden, op incidentele gevallen na. Dus dat betekent eigenlijk datje praat over een weliswaar niet algemeen geaccepteerd maar toch een gedoogd soort drug, waar een maatschappelijke acceptatie voor is. Dat betekent wat ons betreft dat u op zich verder mag met het beleid, maar dat betekent ook dat het beleid zoals u dat heeft geformuleerd, ook met de aanpassingen die daarin zitten, zo ver moet gaan als u min of meer aan de commissie hebt toegezegd, en dat aanscherpingen waar deze niet absoluut noodzakelijk zijn, achterwege moeten blijven. Wij praten dan over de sluitingstijd van 23.00 uur, om daarin maatwerk te leveren. Ik vind, als u met het verhaal naar de commissie terugkomt dat u geen maatwerk kunt leveren, dat u dan ook zicht probeert te geven op de eventueel negatieve bijverschijnselen van een sluitingstijd van 23.00 uur, zoals in de commissie is aangekaart en zoals ook door de exploitanten van koffieshops naar voren is gebracht, met name het opbloeien van de straathandel. Hetzelfde geldt voor het op termijn sluiten van koffieshops met ook een alcoholfunctie. Zoals gezegd zijn er onvoldoende gegevens dat daarvan een extra kwalijke werking zou uitgaan, noch uit het oogpunt van volksgezondheid noch op basis van openbare orde en veiligheid. Wellicht zegt u dat dat absoluut onhaalbaar is, maar wij denken dat dat best haalbaar is, simpelweg door op dit moment die punten uit uw nota te halen en voorlo pig door te gaan op de weg waarop we op dit moment al zitten. Maar u hebt zelf aangegeven dat u daarmee toch naar de driehoek gaat. Wij vinden dat die verruiming er dan ook minimaal uit moet komen. En als u zegt dat dat absoluut onhaalbaar is, dan willen wij ook de negatieve aspecten daarvan heel duidelijk in beeld gebracht zien. Tenslotte volg ik ook de heer Snier in zijn opmerking dat wij verantwoordelijk zijn voor de volksgezondheidsaspecten, de openbare ordeen de veiligheid. Daarin heeft primair dedriehoek, laten we zeggen: het Openbaar Ministerie, geen verantwoordelijkheid noch bevoegdheden. Wij vinden dus ook dat u, met het geluid dat hier voldoende door de raad gedragen naar voren wordt gebracht, een stevige toon mag aanslaan in de driehoek om de aanpassingen, die u op verzoek van de commissie nu in de nota hebt zitten, ook daadwerkelijk binnen te halen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 634