17 DECEMBER 1998
De heer BOER
Het irriteert mij buitengewoon dat er een soort woordspelletje wordt gemaakt van een zaak die
honderden burgers van Breda in grote mate irriteert en dat er van een wal een walhalla wordt
gemaakt. Ik vind dat toch
De VOORZITTER
Dat had de wethouder nog niet gezegd. Dat is dus een toevoeging.
De heer BOER
Neen, maar die geef ik haar dan gelijk mee. In het walhalla geraak je als je overlijdt.
De VOORZITTER
U doet nu dus met het spelletje mee.
De heer BOER
Ik maak van mijn muur ook geen muralia. Het is gewoon een muur. In mijn eerste termijn heb
ik het ook over een wal gehad, maar het blijft een muur. Wij betreuren datgene wat nu gaat
gebeuren. Wij vinden dat er onvoldoende is gezocht om die muur te voorkomen. Uit de
gesprekken met bewoners die tegen zijn, hebben wij gemerkt dat zij grote deskundigheid hebben.
Wij hebben daarvoor veel respect gekregen. Hun argumenten, verwoord in 88 bezwaren, zijn
grotendeels ongegrond verklaard. Ook wij hebben het gehad over de opmerking van de heer Crul,
namelijk dat de zaak vastligt in een soort ontwikkelingssamenwerking, zodanig dat, als daar niet
wordt gebouwd, er dan weer enorm veel geld moet worden gecompenseerd. Dan mogen ze mis
schien wel het driedubbele bouwen in Teteringen. Dus dat soort zaken zal er ongetwijfeld ook
achter zitten. Want lang niet alles wordt openbaar gemaakt. Wij vragen ons af
Wethouder VAN OS
Voorzitter, dit soort suggesties lijkt echt nergens op.
De heer BOER
Wij vragen ons af waar dat zand vandaan komt. Wij hebben op een gegeven moment gezegd
dat dat van de Chasségarage komt.
De VOORZITTER
Zullen wij het over de wal hebben, mijnheer Boer?
De heer BOER
Mag het ook de muur zijn, voorzitter? Wij vinden dat Breda '97 buitengewoon naïef is. Zij hadden
moeten weten, want de afgelopen jaren zijn zij een paar keer echt teruggeblaft in het hok, vooral
door de heer Adank, dat als je maar eventjes afwijkt van het standpunt van de meerderheid casu
quo het CDA je dan gewoon in het hok wordt teruggeslagen. Deze motie, waarop wij tegen zijn,
wekt bij ons de indruk dat de heer Van Yperen als voorzitter buitengewoon naïef is, en datzelfde
geldt ook, tenzij ik nog veel erger moet gaan vermoeden, voor de situatie in juni 1995. Volgens
het overzichtje van De Groene Buffer is in juni 1995
De VOORZITTER
Maar dat heeft u toch al verteld. Dat hoeft niet nog een keer. Dat weet iedereen al.
De heer BOER
U moet mij niet voorzeggen, voorzitter.
De VOORZITTER
U zegt uzelf voor. Vertel eens iets nieuws.
688