17 DECEMBER 1998 694 De heer BOER Ik wist wel dat hij van de SP was, maar daarom kan hij ook wel deskundig zijn. In de commissievergadering hebben wij gevraagd of hiernaar kon worden gekeken. Het ging over een andere manier van inrichten, die 5 miljoen goedkoper zou zijn. Dan valt er eigenlijk weinig te lachen, tenzij deze gemeente zó ontzettend veel geld heeft, dat zij niet op 5 miljoen hoeft te letten. Onze fractie vindt het buitengewoon vreemd dat daarover met geen woord wordt gerept en dat door de tijdsdruk agendapunt 290 zomaar wordt afgehamerd. Wij vinden 5 miljoen nog steeds heel veel geld, en wij vragen de wethouder hierop te willen reageren. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Er zijn stemverklaringen afgelegd en de heer Boer vraagt om een reactie. Ik deel de treurnis van de heer Boer niet, en ik zeg dit namens het college. Ik vind dit voldoende beantwoord. Bij de andere opmerkingen zeg ik: er is een verschil van mening. Het college is de volgende mening toegedaan. Je hebt een binnenstad waar van alles gebeurt. Het college vindt het belangrijk dat je een voorbereidingskrediet vraagt om plannen te ontwikkelen. Aangezien er steeds wordt aange drongen op integraal handelen, moeten die plannen aansluiten op andere plannen, dus op het VCP-binnenstad, het Chassépark de Oostwestflank en alle functies aan die kant. Dat moet op zich, en tegelijkertijd ook weer gekoppeld aan de ontwikkelingen Claudius Prinsenlaan, integraal worden bezien in het kader van datgene waarvan wij vinden dat de stad dat nodig heeft. Iedereen die denkt mee te kunnen gaan met de vaart der volkeren, zal dus ook kwaliteitsnormen moeten toelaten. Als je dat niet goed doet, dan blijf je stilstaan bij wat armetierige oplossingen, en daarvoor kiest het college niet. TWEEDE TERMIJN De heer BOER De wethouder heeft het over armetierig, maar zo zien wij het helemaal niet. Wij hadden begrepen dat er een toegepaste andere manier is om dat te doen, die goedkoper is. Wij vonden de grootte van het bedrag dusdanig belangrijk, dat wij van mening zijn dat de plannen opnieuw moeten worden bekeken. De wethouder doet dat niet. Wij zullen tegen dit voorstel stemmen. Akkoord, met de aantekening dat de fracties van GroenLinks, de Parel van het Zuiden en de SP geacht wensen te worden te hebben tegengestemd. 291. BEZWAREN VAN S. SCHOKKER EN ANDEREN TEGEN VRIJSTELLING VOOR AANLEG EERSTE FASE WESTERPARKLAAN. De heer CRUL In de commissie hebben wij de manier waarop de bezwaren door de commissie voor bezwaar- en beroepschriften werden afgedaan aan de orde gesteld. Voorzover wij hebben begrepen is dat op een manier gegaan die in onze visie niet kan. De commissie voor bezwaar- en beroepschriften heeft in een aanbiedingsbrief aan het college verwezen naar het raadsvoorstel, en op grond van dat gegeven de raad een advies verstrekt. In de verordening van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften staat in de artikelen 17 en 18 dat deze commissie zelfstandig een advies moet opstellen. Op deze wijze kan dit dus niet. Wij willen graag van het college horen of dit inderdaad het geval is. Als dat zo is, dan zullen wij in de tweede termijn zeggen wat er naar onze mening zou moeten gebeuren. Maar in de eerste termijn hebben wij graag een antwoord op het gegeven dat de commissie voor bezwaar- en beroepschriften niet zelfstandig een advies heeft uitgebracht, maar zich heeft aangesloten bij een raadsvoorstel van het college. De heer BOER Ik heb geen stemverklaring, maar wij zijn wel tegen het voorstel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 694