17 DECEMBER 1998
703
gerealiseerd. Ik geloof wel dat het ervan komt, maar ik had het liever begin 1999 al gezien. Wij
sluiten ons aan bij de complimenten die van alle kanten over het armoedebeleid naar voren zijn
gekomen. Dat is geen reden om achterover te leunen. Ik heb zelfs begrepen dat er een goddelijke
goedkeuring aan het armoedebeleid zit, maar ook bisschop Muskens zal nieuwe initiatieven
toejuichen. Ik heb zojuist een van die nieuwe initiatieven genoemd. Ik denk dat het heel belangrijk
is ervoor te zorgen dat de minima met kinderen, omdat zij vaak als eerste de dupe worden en
meestal wordt er bezuinigd op het lidmaatschap van clubs en verenigingen, die extra uitkering
van 750,-- krijgen. Daarnaast pleit ik ervoor te onderzoeken of het mogelijk is om juist voor
deze groep ook tussen het tweede en derdejaar al met die uitkering te starten. Ik besef dat dat
een extra budget vraagt, maar als we dat inzicht krijgen, dan kunnen we ook kijken wat we in
de nieuwe periode daaraan zouden kunnen doen, om ervoor te zorgen datje voorkomt dat mensen
in een situatie terechtkomen waarin zij hun kinderen van de vereniging moeten afhalen. Ik wil
de volgende twee zaken nog naar voren brengen. Het niet-gebruiken van regelingen vinden wij
te hoog. Dat geldt vooral voor de huursubsidie. Ik heb dienaangaande de wethouder Volkshuisves
ting gevraagd om extra acties te ondernemen. Ik besef dat een koppeling met de woningbouwcor
poraties het mooist zou zijn. Die toestemming is er nog niet, maar we kunnen wel andere zaken
doen. Ik hoop dat dat in ieder geval extra aandacht krijgt. Tenslotte de armoedeval. Ik denk dat
dat wel een groot probleem is. Ik hoop dat door datgene wat de lokale overheid doet, namelijk
door in zoveel mogelijk gevallen maatwerk te leveren, in belangrijke mate kan worden voorkomen
dat mensen met die armoedeval te maken krijgen, en dat we vanuit de bijzondere bijstand een
tegemoetkoming kunnen verstrekken.
De heer KWISTHOUT
Ik wil bij mijn verhaal ingaan op drie belangrijke hoofdpunten uit dit beleidsplan. De uitvoering
van de ABW, het armoedebeleid en de uitstroom, met name de WIW. Ten aanzien van de
uitvoering van de ABW het volgende. Het is op zich al opvallend dat van de tien paragrafen er
zeven over fraude en fraudebestrijding gaan. Daarover wil ik het deze keer niet hebben. Wel
wil ik praten over de aanvraagbehandeling. Ik ben blij dat het college ons voorstel overneemt
om de aanvraagprocedure te vereenvoudigen, maar ik ben minder blij met het feit dat in 19%
van de gevallen de maximale afhandelingstermijn van zes weken wordt overschreden. Als mensen
hun inkomstenbrielje op vrijdagmiddag om 12.10 uur in de bus doen, staat de volgende dag de
Wet boeten en maatregelen op de stoep. Waarom kan de gemeente straffeloos mensen meer dan
zes weken op hun uitkering laten wachten? Wat denkt het college eraan te doen om die over
schrijdingen tot nul te reduceren? Bij het armoedebeleid is er sprake van een aantal positieve
ontwikkelingen. Mevrouw Heerkens, u hoeft niet bang te zijn, ik zal niet klagen over het feit
dat inmiddels de helft van mijn initiatiefvoorstellen beleid is of gaat worden. Maar laten we het
erop houden dat goed voorbeeld goed doet volgen. Mijn volgende vraag luidt: kan de drie-jaar
beperking, die voor een aantal voorstellen geldt, worden versoepeld? Het kwijtscheldingsbeleid
werkt op zich redelijk tot goed. Het is echter jammer dat het Hoogheemraadschap zand in ons
beleid strooit. In navolging van de aangenomen motie van vorig jaar richting de regering om
de uitkeringen te verhogen, stel ik voor dat de raad zich uitspreekt over een maximale
kwijtschelding bij het Hoogheemraadschap. Ik zal daartoe een motie indienen. Meer problemen
heb ik met de collectieve ziektekostenvoorziening, met name ten aanzien van de eigen bijdrage.
Wij vinden dat die gewoon gratis moet zijn. In de brief van OZ richting de uitkeringsgerechtigden
staat letterlijk met zoveel woorden dat, als mensen het aanbod niet aannemen, zij geen bijzondere
bijstand kunnen aanvragen voor de noodzakelijke kosten. Tot slot de gesubsidieerde arbeid, of,
wat ons betreft, beter gezegd de gesubsidieerde uitbuiting. Toen u hierheen kwam, heeft u buiten
wellicht kunnen zien dat de WIW en de CAO in Breda niet of nauwelijks worden uitgevoerd.
Met zoveel woorden staat de uitstroomgerichtheid naar reguliere arbeid in de wet en ook in de
CAO, maar niet in het beleid van de gemeente. Daar is het beleid werkgevers aan goedkope
eenlingkrachten te helpen. Uit de praktijk blijkt dat veel aspecten van de wet en de CAO niet
worden uitgevoerd. Ik zal enkele voorbeelden noemen. In artikel 3, lid 3j van de CAO staat dat
in de schriftelijke arbeidsovereenkomst een trajectplan moet worden vastgesteld gericht op
uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Dat is vrijwel nooit het geval. In artikel 14, lid 1 van