25 MAART 1999
97
en u kunt dat in het voorstel ook lezen, dat de locatie bij het NAC-stadion niet direct is
weggeschreven. Wij hebben daar een aantal knelpunten, zeker rondom de sociale
veiligheid, maar ook rondom de beschikbaarheid van meters. Ik heb u aangegeven dat
daar een gasleiding loopt die daar de beschikbaarheid van grond beperkt. Dat wil zeggen
dat de ruimte, die wij nodig hebben voor de realisatie van een evenementencomplex, bij
het NAC-stadion eigenlijk te beperkt is, zeker voor wat betreft de transporten en de
distributie. Onze eerste voorkeur gaat dus uit naar Steenakker Noord. Aangezien daarvoor
nog een Milieueffectrapportage moet plaatsvinden, hebben wij dat nu via de terminologie
'in principe' en 'voorlopige' keuze als zodanig bepaald, want er zal nog het nodige
moeten gebeuren. Met betrekking tot de gedachte inzake het additioneel bestek heb ik in
de commissie aangegeven dat ik die interessant vind. Het college heeft al in een eerdere
instantie aangegeven en zich ook bereid verklaard om, naar aanleiding van een aantal
beperkte ervaringen rondom een additioneel bestek, in de sfeer van opdrachten waarop
wij invloed hebben daarmee verder te gaan werken. Ik kan u zeggen dat dit punt op dit
moment actueel onderdeel uitmaakt van de besprekingen bij de vorming van het nieuwe
college, omdat wij menen dat juist op dat vlak een meerwaarde is te halen. Ik kan mij
goed voorstellen dat er straks ook met Libéma wordt gekeken of daaruit een meerwaarde
valt te halen. Gevraagd is wie de parkeerplaatsen zal aanleggen. Ik denk dat die vraag
straks ook voor het leisurepark zal gelden. Wat ons betreft is het leisurepark van een wat
andere aard, omdat dat een marktconforme ontwikkeling is. De exploitant of de
uiteindelijke ontwikkelaar, in dit geval Situs, is verantwoordelijk voor het aanleggen van
parkeerplaatsen. Wat Libéma betreft is het zo dat wij in het totale complex op dit moment
voorzien, dat we de onrendabele top van 3,5 miljoen moeten afromen en dat we dan
spreken over de totale ontwikkeling. Dus in het totaal verband is primair Libéma
verantwoordelijk. Ik heb begrepen dat een aantal van u tijdens een reis naar en een
bezoek aan een aantal evenementenhallen, en in de richting van de Parel van het Zuiden
merk ik op dat ik door privé-omstandigheden niet aanwezig kon zijn en daarmee heb ik
gelijk antwoord gegeven op uw suggestieve artikel 48-vragen, zelf heeft kunnen zien dat
de ervaringen in den lande hebben aangegeven dat juist in de ontwikkelingen aan de top
niet in de exploitatieve zin maar in de investeringssfeer een bijdrage van de overheid
noodzakelijk is.
De heer VAN YPEREN
Bij interruptie. Is die 3,5 miljoen inclusief de aanleg van parkeerplaatsen?
Wethouder GIELEN
Het gaat hier om de totale ontwikkeling, dus inclusief. De heer Boer vraagt of ik nog even
wil ingaan op het verleden, dus op de ontwikkelingen waarom het destijds fout is gegaan
tussen het Van der Valk-concern en de Kloosterkazerne. Mijnheer Boer, er was op dat
moment geen sprake van een evenementencomplex in de orde van grootte waarover wij
het nu hebben. Het betrof destijds de totale exploitatie van de Kloosterkazerne, inclusief
hotelontwikkeling en een beperkte voorziening, misschien de feestzaalvoorziening
waarop de heer Taks doelt, in de Kloosterkazerne of op de onderkapte binnenplaats van
de Kloosterkazerne. Het ging dus om een totaal andere ontwikkeling. Ook toen al was er
sprake van een apart evenementencomplex, dat buiten de stad zou moeten worden
gevestigd.
De heer BOER
De evenementen die er waren zouden toentertijd toch gewoon in de binnenstad blijven?
Wethouder GIELEN
Ik kan dat niet beantwoorden, omdat ik niet weet hoe de initiatiefnemers van de
evenementen zelf daarover denken. Ik weet bijvoorbeeld dat de organisatie van de
Stripdagen daarin weinig interesse had, omdat een beurs als de Stripdagen zich veel meer
oriënteert op een modern geoutilleerd evenementencomplex. En dat blijkt ook wel, nu zij
voor de Brabanthallen kiezen en niet voor een ander alternatief. Ik weet dat de