25 MAART 1999
117
allemaal aan de beurt geweest, dit punt ook zeer belangrijk vinden, want bijna iedereen
noemt dat ook. Uit die interviews heb ik eveneens opgepakt dat alle vertrekkende
raadsleden, en ik verwacht dat ook van degenen die nog niet aan de beurt zijn geweest,
het democratisch functioneren van de raad als een belangrijk element voor hun gedrag
hebben aangemerkt, zowel intern als naar de burgers toe. Wij hebben dat, denk ik, ook
proberen te praktiseren. Wij wensen dat ook toe aan de nieuwe raad en ik wil eindigen in
de trant van D66, en dan speciaal voor Jan van der Westerlaken die pas is geridderd:
overigens blijven wij van mening dat NAC in de eredivisie moet blijven en de
voetbalvereniging in Breda moet blijven bestaan. Wij wensen u allemaal het allerbeste
toe.
De VOORZITTER
Ik begrijp dat er nog anderen willen spreken. Ik geef het woord aan de heer Schroder.
De heer SCHRODER
U heeft in uw speech, voorzitter, al de jarenlange bestuurlijke inzet van de woordvoerder
van zojuist, fractiegenoot Christ Crul, genoemd, en vervolgens een aantal anderen de
revue laten passeren, ook diegenen die geridderd zijn vanwege hun bestuurlijke
ervaringen. Ik hecht eraan om het standpunt van Christ Crul, die ook voor een ridderorde
in aanmerking kwam, hier even duidelijk te maken. Hij vindt, bescheiden man als hij altijd
is geweest met zijn inzet, dat anderen er meer recht op hebben. Vandaar dat hij
persoonlijk geen prijs stelde op een ridderorde.
De heer VAN DER WESTERLAKEN
Als nieuwe ridder, dus in deze nieuwe positie, heb ik er toch behoefte aan om hier
uitdrukking te geven aan het feit dat ik mij zeer vereerd voel en trots ben op de
onderscheiding, die de koningin mij heeft toegekend. Ik heb bijna 25 jaar in de politiek
gezeten, maar ik moet u daarvan meteen zeggen dat ik dat altijd heel graag heb gedaan.
U heeft ook aangehaald dat ik ook het een en ander doe in de gemeenschap, maar dat
doe ik zeker niet alleen. Daarom denk ik dat de onderscheiding ook mede is voor al
diegenen die mij daarin altijd hebben ondersteund. Ik hoop dat ik nog in lengte van jaren
deze activiteiten kan blijven doen. Alleen achter de politiek heb ik bewust een punt gezet.
Maar ik moet het toch zeggen: de heer Crul heeft het allemaal prima verwoord. Hij heeft
in zijn toespraak ook drie keer D66 genoemd, en dat kan ik op zich natuurlijk heel erg
waarderen. Hij heeft gelijk, ik ben een echte NAC-supporter. Ik kan mij overigens niet
herinneren dat ik dat in deze raad ooit een keer naar voren heb gehaald. U weet dat mijn
stelling in deze raad altijd was, en dat zal Wim Schroder zich nog heel goed herinneren,
dat ik altijd de ruimte heb gezocht binnen de ruimte die daarvoor is gesteld. Als de raad
dat in de komende periode ook probeert te doen, dan denk ik dat de raadsvergaderingen
ook niet zo heel lang hoeven te duren en dat ze misschien ook zeker zo efficiënt zullen
zijn. Ik wil iedereen die mij heeft ondersteund in deze eigenlijk toch korte periode, twee
jaar, hartelijk bedanken. De heer Crul heeft dat ook al gedaan. Alle ambtenaren, alle
raadsleden, alle medewerkers. Ik heb het een hele boeiende periode gevonden. Als ik
ergens in het zuiden van Europa zal verkeren, dan zal ik nog vaak aan jullie terugdenken.
Ik zou willen zeggen: vaar wel en het ga jullie allemaal geweldig goed.
De VOORZITTER
Ik zou u willen voorstellen om daar in het zuiden niet alleen aan deze raad te denken,
maar ook nog wat andere dingen te doen.
De heer ROPS
Ondanks het feit dat de heer Crul Breda '97 niet heeft genoemd, ook niet drie keer, heeft
hij het toch voortreffelijk gezegd in zijn afscheidsspeech. Voorzitter, wat mijn ridderschap
betreft moet ik u nogmaals heel hartelijk danken voor al het werk dat u daarvoor heeft
gedaan. U heeft mij wel overvallen. Ik heb altijd gezegd: als dit komt, dat past mij niet, dat
moet ik niet aannemen. Nogmaals, mijn moeder had dat verdiend. Zij bleef met die grote
schare zitten. Maar u heeft mij gezegd dat ik het toch mag dragen, ook voor mijn moeder
