13 APRIL 1999
133
De heer KWISTHOUT
De SP-fractie heeft niet deelgenomen aan de onderhandelingen die aan de
totstandkoming van dit Programakkoord ten grondslag lagen. Op de verkiezingsavond
hadden wij reeds door dat deelname van de SP aan het college niet reëel was, en wel om
twee redenen. Op de eerste plaats: ik zit hier maar alleen, ook al scheelde het maar
weinig. De tweede reden is dat wij in de andere partijen geen reële coalitiepartners zagen,
want noch WD, noch CDA komt in onze ogen voor een college met de SP in aanmerking,
omdat de verschillen daarvoor veel te groot zijn. Het feit dat wij niet hebben meegedaan
aan de totstandkoming van dit Programakkoord laat niet onverlet dat wij toch wel graag
hadden meegedaan aan de discussie na afloop van de aanbieding van het
Programakkoord. Voorzitter, ik was hier vanavond laat, maar het Programakkoord,
althans mijn versie daarvan, was nog later. Ik heb het dus niet kunnen zien, ik kan er ook
geen inhoudelijke reactie op geven. Ik hoop niet dat het spreekwoordelijk is voor de rest
van deze raadsperiode, dat de oppositie wel heel erg laat van bepaalde
beleidsvoornemens in kennis wordt gesteld, zodat er eigenlijk nog nauwelijks een reële
kans is om iets te kunnen zeggen, om iets te kunnen doen, om iets te kunnen veranderen
en om de oppositierol te kunnen waarmaken. Want voorzitter, geachte leden van de raad,
let wel, de raad is het hoogste orgaan in de gemeente en in de raad heb je partijen die het
college steunen en partijen die het college niet steunen. Natuurlijk zijn de collegepartijen
belangrijk, maar ook de oppositie is belangrijk om andere geluiden te laten horen, om een
andere kritische kijk op de zaak te geven en om het beleid vanuit een andere richting te
kunnen sturen. Ik moet helaas constateren dat getalsmatig, numeriek, de oppositie
nauwelijks groter is dan vorig jaar en dat de collegepartijen samen wederom een groot
machtsblok vormen. Voorgaande partijen hebben het gehad over de opstelling van hun
fractie in de komende raadsperiode. Onze opstelling zal dezelfde zijn als de afgelopen
periode. Die is tweeledig, dat betekent enerzijds dat wat ons betreft de messen redelijk
zijn geslepen om op het scherpst van de snede het debat aan te gaan, wat ons betreft
vanuit een socialistische visie, maar dat betekent anderzijds dat wij ook onze
verantwoordelijkheid zullen nemen bij moeilijke beslissingen, omdat immers de raad het
hoogste orgaan is en verantwoording dient te dragen. U heeft dat in de vorige
raadsperiode op verschillende beleidsterreinen gezien, ik noem bijvoorbeeld de
geluidswal in Bavel en de Westtangent, waar wij moeilijke beslissingen hebben moeten
nemen, maar waar wij ook een keuze hebben moeten maken die te verantwoorden is, en
waar wij niet te gemakkelijk hebben gedaan om maar 'neen te zeggen, om maar tegen
te stemmen, maar onze verantwoording hebben genomen als lid van het hoogste orgaan
van deze gemeente.
De heer LEUNISSE
Programakkoord 1999. Afspraak is afspraak. Voor de Parel van het Zuiden geldt als
hoogste prioriteit: inspraak en medezeggenschap. En wij zullen ons hiervoor blijven
inzetten.
De VOORZITTER
Dames en heren, wij hebben het Programakkoord hier aanvaard. Ik deel u mede dat het
Programakkoord met mij is besproken, het is aan mij voorgelegd, en mij is uitgelegd hoe
het is gegaan. Ik heb mij, als lid van het toekomstig college en als coördinator van dat
beleid, daarin ook verenigd. Daarnaast ben ik voorzitter van de raad en zal ik waken voor
de belangen van dit hoogste orgaan, ook wat minderheden betreft, want dat is natuurlijk
ook mijn taak. Dat is iets waaraan ik wel gewend ben, en waaraan ik in de komende
periode heel graag mijn energie en tijd zal besteden. Ik meld ook nog even dat één keer in
de vier jaar normaal gesproken, ik de enige ben die heel kort in het pluche zit, meestal
één dag, soms een paar dagen. En dat was vandaag ook weer zo. Het is puur genieten,
moet ik u zeggen. Maar ik heb er toch ook behoefte aan dat de verantwoordelijkheid en
de belangenbehartiging weer snel worden gedeeld met degenen die door onze inwoners
zijn gekozen. Dat betekent dat we nu een Programakkoord hebben en dat daarvoor
afgevaardigden in het college zullen moeten worden benoemd. Daarom gaan wij over
naar de verkiezing van de wethouders.