25 MEI 1999
170
De VOORZITTER
Neen, u beschouwde de beschouwingen, en dat zijn beschouwingen.
De heer MEEUWIS
Oké. Er staat veel te gebeuren in Breda. Een groot aantal projecten dient te worden
gerealiseerd, de heer Adank stipte dat ook al even aan, waarbij wij denken aan de in het
oog springende ontwikkeling van het Spoorzonegebied en de ontwikkeling van de VINEX-
locaties, waaronder Breda Noordoost/Teteringen. Ook de binnenstad krijgt in dezen haar
portie voor de kiezen. Breda wordt een grote stad, met bijbehorende ambities, stellen wij
tevreden vast. De VVD pleit in dit verband voor een gebalanceerde ontwikkeling en stelt
met enige tevredenheid vast dat in deze balans veel aspecten van de stadsontwikkeling
worden meegenomen. Toch zijn ook op onderdelen kritische kanttekeningen te maken.
Zo acht de VVD het van eminent belang dat bij de realisering van de plannen rekening
wordt gehouden met de concrete vraag op onder andere de woningmarkt. Ook moeten
wij in dit verband niet lichtvaardig omspringen met de infrastructurele maatregelen, die
bij de realisatie van dergelijke projecten noodzakelijk zijn en als integraal onderdeel van
de besluitvorming moeten worden gezien. Graag vernemen wij of het college een
dergelijke aanpak kan garanderen. De plannen, zoals wij die voor ogen hebben, hebben
een hoog ambitieniveau. We dienen er zorg voor te dragen dat ze passen in het karakter
van onze stad. Daarbij kan tevens worden vastgesteld dat, gezien de specifieke
ontwikkelingen in de binnenstad, een goed overleg met de ondernemers in deze
binnenstad als van groot belang kan worden gekwalificeerd. Het centrummanagement
vervult daarbij, naar onze mening, een onmisbare functie. Zoals u weet laat de financiële
positie van de stichting te wensen over, maar continuïteit van het centrummanagement is
van belang, ook voor de gemeente. De VVD-fractie is van mening dat de gemeente
financiële ondersteuning dient te geven aan het centrummanagement. Ik ben benieuwd
of het college deze mening deelt. Ook de verkeerssituatie in Breda baart ons zorgen.
Tijdens de spitsuren ontstaan er grote files, omdat de wegenstructuur en -capaciteit
onvoldoende aansluiten bij de actuele verkeersontwikkelingen. De WD-fractie pleit
ervoor om een verkeerscirculatieplan te ontwikkelen dat de binnenstad goed bereikbaar
maakt, maar dat ook buiten de cityring de verkeersoverlast zoveel mogelijk beperkt. Daar
waar enerzijds een tendens is te bespeuren dat men meer gebruik wenst te maken van het
openbaar vervoer, constateren wij anderzijds dat datzelfde openbaar vervoer zich minder
serviceverlenend op de markt wenst te begeven. Een bijzondere en, ons inziens,
ongewenste paradox in het licht van de geconstateerde verkeersknelpunten en de
doelstellingen van de gemeente, die het ruimtebeslag van auto's op de openbare ruimte
wil terugdringen. Wij vragen ons af of het college deze knelpunten erkent en hoe daarop
zal worden ingespeeld. Het moet mogelijk zijn om met creatief beleid, waarbij we onder
andere kunnen denken aan aangepast kleinschalig vervoer, een betere situatie te creëren
voor het openbaar vervoer binnen onze gemeente, niet alleen overdag, maar juist ook in
de late avonduren. De eerder aangestipte gemeentelijke doelstelling inzake het
terugbrengen van het ruimtebeslag van auto's op de openbare ruimte heeft onder meer
tot gevolg dat dure parkeergarages worden gebouwd. In de wandelgangen horen wij dat
deze garagebouw een negatief effect op de resultaten van het Parkeerbedrijf heeft. Voor
de maatregelen die worden voorgesteld wentelen we de verantwoordelijkheid af op de
buitenwereld. Zo wordt voorgesteld de afdracht aan het beheer van openbare ruimte
terug te brengen, een beperking in de nieuwbouwkosten, uitbreiding van het
vergunningengebied, een verhoging van de naheffingsaanslag en, ja hoor, een verhoging
van de tarieven. Intern of intrinsiek gerichte maatregelen, zoals bijvoorbeeld op het
gebied van efficiency of bezettingsgraden, krijgen, wat ons betreft, onvoldoende
aandacht. Graag wil de WD-fractie u aansporen om in dezen de ruimte niet alleen in de
lengte maar ook misschien wat meer in de breedte te zoeken. Ondersteunt het college
deze zienswijze? Zo ja, dan zien wij graag de voorstellen in dezen tegemoet. Ook het
voorstel om ons eens ernstig te beraden over de toekomst van het Parkeerbedrijf als
geheel ziet de WD als uiterst zinvol. Wij begrijpen echter niet waarom het allemaal zo
moeilijk moet gaan. In andere steden wordt gevochten om parkeerconcessies en de WD
vindt nader onderzoek in dezen uiterst wenselijk. Graag vernemen wij of wij het college in