25 MEI 1999
174
gebieden die betrokken zijn bij de herstructurering ontbreken steeds voornemens met
betrekking tot de Driesprong. Mijn fractie wil de bewoners in deze buurt uitzicht geven op
een moment van besluitvorming, omdat wij regelmatig horen dat men onzeker is. Er
komen de bewoners veel zaken ter ore over wat er allemaal met hun wijk zou kunnen
gebeuren. En onzekerheid is voor mensen het ergste. Als er op een gegeven moment
duidelijkheid ontstaat over en ook uitzicht is op het moment waarop besluitvorming
plaatsvindt, wordt de onzekerheid minder. Wanneer we kijken naar de aanbevelingen in
de notitie Gelegenheid tot Werk, die we vorige week mochten ontvangen, is er ook voor
Breda reden om extra inspanningen op het gebied van de bestrijding van de werkloosheid
te blijven leveren. Breda blijft enigszins achter bij de gemiddelde werkgelegenheidsgroei.
De notitie stelt dat differentiatie van de groep cliënten van de Sociale Dienst gewenst is
voor een goed inzicht in de wijze waarop het werkgelegenheidsbeleid zich het best kan
toespitsen. Voor sommigen kan bij het aanvaarden van betaald werk de armoedeval een
negatieve rol spelen. Ziet het college mogelijkheden de armoedeval te verzachten,
waardoor aanvaarding van werk voor sommige betrokkenen beter haalbaar is? In de
vorige periode is een begin gemaakt, enigszins voorzichtig, met het gebruik van het
additioneel bestek om voor sommige doelgroepen werkgelegenheid te realiseren. De
Partij van de Arbeid heeft goede redenen overtuigd te zijn dat we op dit punt meer
zouden kunnen realiseren en dat een meer structurele aanpak mogelijk is. Wat u hierover
in de Kadernota zegt, is reeds een positieve uitwerking ten opzichte van het
Programakkoord. Wanneer denkt het college over het benutten van het additioneel
bestek nadere voorstellen aan ons te kunnen presenteren? Op het gebied van het
arbeidsmarktbeleid, en de WD sprak hierover ook al, ziet mijn fractie met tevredenheid
dat in hoofdstuk 1.2.3 van de Kadernota speciale aandacht wordt gevestigd op het
verwerven van bedrijvigheid, die een bijdrage kan leveren aan het terugdringen van
langdurige werkloosheid. Wij hebben respect voor dit punt en wij zien de resultaten
daarvan met genoegen tegemoet. Ondanks alle goede bedoelingen gaat er regelmatig
iets mis met het ontwerpen en de uitvoering van verkeersvoorzieningen. Uitblijvende
voorzieningen in de Muiderslotstraat, verkeerd ontworpen varkensruggen in de Cartier
van Disselstraat, bultjes in de Emmastraat en bultjes er weer uit, herziening van plaveisel
op de Ginnekenweg, en ik kan wel doorgaan, maar de heer Adank heeft ook al een aantal
voorbeelden genoemd. Wij vinden deze missers zeer verontrustend. Het college zal er echt
voor moet zorgen dat de ontwerpen van verkeersgeleidende maatregelen en de
uitvoering daarvan beter op elkaar worden afgestemd. De vraag is of de afstemming
tussen de betreffende diensten niet flink kan worden verbeterd. Ook de communicatie
trajecten met het publiek moeten nog eens tegen het licht worden gehouden. Ten slotte
het milieu. In de Kadernota schrijft u dat milieu herkenbaar terugkomt in de onderdelen
van de Stadsvisie en het Grote Stedenbeleid. Ondanks het feit dat het uitgangspunt is dat
er zo weinig mogelijk nieuwe beleidsnota's worden gemaakt, en dat oud beleid moet
worden uitgevoerd, willen wij toch aan u voorleggen dat rijksregelingen op een aantal
punten aan de gemeente opleggen beleid te maken en voort te zetten. In dat verband
hebben wij een aantal vragen. Als je milieubeleid gaat onderbrengen in het Grote
Stedenbeleid en in onderdelen van de Stadsvisie, wat vormt dan de centrale regie en hoe
wordt die uitgewerkt? Wij vragen ons af of een soort paraplunota dan toch niet
noodzakelijk is. Graag wil ik het hierbij laten.
De heer SCHRODER
De Kadernota 2000 geeft een programma op hoofdlijnen. Daarmee, en dat staat ook in de
toelichting, geeft het de raad de ruimte om eigen initiatieven te nemen. Met het
aantreden van dit nieuwe college en een Programakkoord dat door de collegepartijen
breed wordt gedragen, vreest mijn fractie dat die ruimte feitelijk door de raad niet zal
kunnen worden ingevuld, omdat de collegepartijen kennelijk toch vooral voornemens zijn
om het college in het zadel te houden, het niet al te kritisch te benaderen en het vooral de
ruimte te geven voor eigen ideeën. Waar komt dat idee vandaan? Met name naar
aanleiding van de allereerste raadsvergadering, waarin GroenLinks twee zaken aan de
orde heeft gesteld. Wij begrijpen best dat wij de handen niet op elkaar krijgen wanneer
wij een motie van wantrouwen tegen wethouder Gielen indienen. Maar we hebben ook