25 MEI 1999 179 ook binnenkomt. Samen met de heer Dubbelman hebben wij moeten constateren dat het aantal niet gerealiseerde investeringen wederom is opgelopen en dat de daardoor ontstane reserves opnieuw zijn uitgedijd. De Rekeningcommissie heeft duidelijk laten weten dat zij daarvan genoeg heeft. Dit gemeentebestuur zal moeten waarmaken waarvoor het staat: een integrale uitvoering van een toekomstgericht beleid. Voor Breda '97 hoort daarbij een toevoeging: beleid dat wordt gedragen door de burgers, die, laten we dat niet vergeten, onze opdrachtgevers zijn. Het vinden van draagvlak vraagt een open, serieuze en inhoudelijke communicatie. Hoewel wij ervan overtuigd zijn dat iedereen geweldig zijn best doet, gaat het hier nogal eens mis. Er is wezenlijk verschil tussen argumenten uitwisselen en luisteren zonder werkelijke bereidheid de ander serieus te nemen. Als groepen burgers dat, in uw ogen onterecht, zo begrijpen, dan is er iets mis met de presentatietechniek. U kunt daarin uw medewerkers scholen. Dat helpt hén en de burgers. Uit de vele opmerkingen die wij van de dorps- en wijkraden horen klinkt eenzelfde geluid. Breda '97 beseft ook dat het vinden van een goed evenwicht tussen ieders verantwoordelijkheid niet eenvoudig is, maar de interesse van de burger voor datgene wat zich in de eigen gemeente afspeelt is voor een belangrijk deel afhankelijk van de mate waarin de burger zich serieus genomen voelt. Wij dringen er dan ook met nadruk op aan hierin zonder ophouden te investeren. Wij horen graag uw visie daarop. Over wonen en zorg het volgende. Voorzitter, herhaaldelijk zegt u: wonen is meer dan ruimtelijke ordening alleen. Wij zijn het van harte daarmee eens. Allereerst dient er bij de grote herstructureringsopgaven veel aandacht te zijn voor de sociale structuur van de wijk. Huizen en straten kun je veranderen, mensen niet. In sommige buurten zal veel extra inzet noodzakelijk zijn om het sociale weefsel te herstellen, of zelfs op te bouwen. Samen met de heer Haarhuis vinden wij dat daarvoor de expertise van de grote welzijnsinstellingen, zoals Vertizontaal en het IMW, onmisbaar is, maar ook de functie van de sport- en culturele verenigingen kan moeilijk worden onderschat. Zij hebben ruimte nodig voor hun activiteiten en kader ter ondersteuning. Als u dat onderschrijft betekent dat dat de subsidiekraan open moet blijven voor de grote en voor de kleine verenigingen. Professionals en vrijwilligers zullen moeten merken dat zij hun werk niet op het randje van de afgrond hoeven te doen. Zij zullen hun onmisbare plaats in de samenleving gewaardeerd moeten weten. Wij willen graag van u weten of u deze visie deelt, want we treffen wel een eenmalig bedrag voor het komende jaar van 250.000,-- voor overgangsmaatregelen aan, maar nog geen lijnen naar de nieuwe subsidieregeling. Ook het CDA vraagt daarnaar. De talrijke verenigingen in de voormalige randgemeenten zullen ook snel duidelijkheid moeten krijgen. Zij verwachten immers dat hun situatie zal veranderen, en hebben tijd nodig om hun zaken op orde te stellen. Wanneer kunnen we hierover uitsluitsel verwachten? In dit kader spreek ik ook een enkel woord uit over de toekomstige bouwlocatie Teteringen. Los van de ruimtelijke elementen speelt ook hier een sociale component. Een bestaand dorp krijgt er wellicht in een korte tijd een ongekend aantal nieuwe inwoners bij. Bent u bereid gelden vrij te maken om een extra stimulans aan integratieactiviteiten te geven, of gaat u ervan uit dat alle bestaande verenigingen en instellingen dit er wel bij kunnen nemen? In het Meerjareninvestering- plan ontdekken wij geen hoopvolle berichten hierover. De heer SCHRODER Bij interruptie. Mijnheer Van Yperen, meent Breda '97 dat de verkeersproblematiek al is opgelost? De heer VAN YPEREN Over deze zaak zullen wij graag donderdag aanstaande spreken. Wonen en zorg horen niet voor niets bij elkaar. Wonen is een belangrijke component van het ouderenbeleid. Geschikte woningen voor ouderen in een passende omgeving zullen wij niet gauw genoeg hebben, gezien de te voorspellen ontwikkelingen. Waarom heeft u het fonds Volkshuisvesting voor de jaren 2001 en 2002 pro memorie opgenomen in het Meerjareninvesteringplan? De Partij van de Arbeid wees ook al daarop. Tweederde daarvan gaat immers naar de ouderenhuisvesting in de vorm van opplusgelden, en ook de rest kan als knelpuntengeld voor de ouderenhuisvesting worden ingezet. Deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 179