25 MEI 1999 194 vanuit de grondexploitatie zijn gesteld. Daar wordt dus goed naar gekeken. Nogmaals, alle opmerkingen die zijn gemaakt over: wonen is niet alleen een huis, onderschrijven wij, want het heeft ook alles met duurzaamheid te maken. En wat duurzaamheid betreft, landelijk gezien komen we daar niet zo slecht vanaf, wij staan daar buitengewoon goed om bekend. Over het Volkshuisvestingsfonds is ook een aantal vragen gesteld. Daarover zijn heel duidelijke afspraken gemaakt in het Programakkoord. Het Volkshuisvestingsfonds wordt gevoed op de manier die tot nu toe is afgesproken. Als daarin wijzigingen moeten worden aangebracht, dan gebeurt dat op basis van woningmarktgegevens, en op dat moment is daarover discussie en besluitvorming in deze raad. U weet ook dat wij met betrekking tot het Volkshuisvestingsfonds tot eind dit jaar gebonden zijn aan het convenant, maar daarna zal nog het een en ander moeten worden opgepakt. Ik denk dat noch de commissie noch de raad eraan ontsnapt om hier tot een duidelijke besluitvorming te komen. De heer HAARHUIS Bij interruptie. U zegt: hierover staan duidelijke afspraken in het Programakkoord. Mag ik aannemen dat u zich vasthoudt aan de eerste uitspraak daarover in het eerste deel van het Programakkoord, waar staat dat het Volkshuisvestingsfonds gedurende drie jaar wordt gevoed met 3 miljoen per jaar? Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Ja, maar daarbij staat ook een aanvulling. Een Programakkoord is nooit één bladzijde, dat zijn alle bladzijden tegelijk. Daarom verwijs ik u ook naar de laatste regel, waar staat dat op basis van een evaluatie wordt gekeken hoe de jaarlijkse invulling na 2000 zal zijn. Datgene wat u nu zegt zou wel eens tegen ons kunnen werken, want misschien hebben wij wel 5 miljoen nodig. Ik zou daar toch graag die pm houden en kijken wat we daarvoor nodig hebben. Dat is ook de insteek van het college, en die lijkt mij heel verstandig. De heer HAARHUIS Die uitleg is natuurlijk buitengewoon aantrekkelijk. In de tweede termijn kom ik hierop nog wel terug. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Maar u bent het toch met ons eens dat dit zo gek nog niet is. Wat het onderwerp verkeer betreft het volgende. Ik kan per vraag antwoorden, maar in zijn algemeenheid kan ik zeggen dat de blijvende bereikbaarheid van Breda ook voor het college een grote zorg is. Wij zijn niet voor niets begonnen met de voorbereiding van een Verkeersplan voor de hele stad, en dat zal mede basis moeten zijn voor toekomstige investeringen in de infrastructuur. Investeringen, die de huidige infrastructuur een zo hoog mogelijk afwikke lingsniveau geven en die het verkeer dan met name de hoofdroutes laten kiezen. Bovendien geldt, dat het veilig moet zijn voor fietsers en dat er zoveel mogelijk vrijbaan komt voor het vlot afwerken van het openbaar vervoer. Tegelijkertijd zitten daarin beperkingen, dat zal u niet zijn ontgaan, want de ruimte voor de infrastructuur is een beperkte ruimte. De fysieke ruimte is meestal aangegeven. Het gaat dus om de meest doelmatige inrichting van de beschikbare ruimte. Er is geen college en ook geen raad in welke stad dan ook die een absolute filebestrijding kunnen garanderen. Integendeel. Wel moeten we er steeds naar kijken, want files moeten zich niet in de hele stad voordoen. Datgene wat we nu zien gebeurt in feite overal, dat zijn files tijdens de spitsuren van acht tot negen en van vijf tot zes uur. Dit kan een verloop hebben van een half uur. Verder is er bijna geen weg in Breda waar je niet een kanon kunt afschieten, tenzij je het over de Zuidelijke Rondweg hebt, maar ook die is erg stil. Dit zijn problemen waarover we ons met elkaar zullen moeten buigen. Het is ook heel belangrijk, en dat ben ik helemaal eens met GroenLinks en ook met alle anderen die dat zeggen, alleen is waarschijnlijk de toonzetting weer net iets anders, dat we ons inzetten op alle vervoersmodaliteiten. Het is dan ook heel triest, en ik zal direct ingaan op de motie, dat we zien dat er van rijkswege steeds wordt bezuinigd op het openbaar vervoer. Breda is geen randstad, maar het is wel hinderlijk dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 194