27 MEI 1999 243 controleerbare feiten en niet op geloven. Ik hoorde de heer Van der Hulst in zijn eerste termijn stellen dat hij een deel van de verkeersmaatregelen miste. Ik denk dat dat een juiste constatering is. Ik zie ook een conceptmotie, mede ondertekend door de heer Van der Hulst, voor mij op tafel. Die motie stelt dat, als we het niet redden, als we niet erin slagen De VOORZITTER De motie is niet aan de orde. De heer KWISTHOUT Neen, maar ik zie deze hier op tafel liggen en de heer Van der Hulst De VOORZITTER Maar die is niet aan de orde. De heer KWISTHOUT Hij is wel erop ingegaan, hij heeft de motie nog niet ingediend, die is nog niet officieel, maar hij De VOORZITTER Hij houdt de motie achter de hand, dus ik vind niet dat we die nu in het debat moeten betrekken. De heer KWISTHOUT De overwegingen zijn wel in het debat betrokken, voorzitter. De heer Van der Hulst heeft de overwegingen nadrukkelijk in zijn tweede termijn genoemd. En de overweging was: als we niet eruit komen, als we te weinig verkeersremmende maatregelen kunnen nemen, dan is het korten op het aantal huizen, een optie, noodzakelijk. Ik denk dat dat de omgekeerde wereld is. Als de verkeersmaatregelen op dit moment niet afdoende lijken te zijn, dan moet je met aanvullende verkeersmaatregelen komen. Je moet niet gaan beknibbelen op het aantal huizen, want we hebben al te weinig sociale woningbouw in Breda, die zou alleen maar minder worden. Je moet dus met aanvullende verkeersmaatregelen komen om ervoor zorgen dat het wel in orde is, en niet achteraf De heer VAN DER HULST Mijnheer Kwisthout, ter interruptie. Ik hoop met u dat de aanvullende verkeersmaatregelen heel effectief zijn, dat wij daar gewoon 3.000 huizen kunnen wegzetten. Wij verschillen daarover niet van mening. De heer KWISTHOUT Wij verschillen daarover in zoverre van mening dat ik daarvan niet overtuigd ben, vandaar dat ik in de eerste termijn ook de kanttekening heb geplaatst eens te kijken naar de noordtangent, die extra verbindingsweg. Dus wij zijn daar niet van overtuigd. Inderdaad zijn wij het wel met u eens dat we aan die 3.000 huizen niet moeten sleutelen. In tweede termijn heb ik verder weinig toe te voegen. Ons standpunt in eerste termijn blijft ongewijzigd. De heer LEUNISSE Voor ons is het een duidelijke zaak. Het CDA heeft het over 70 80 procent, daarachter zal wel een of andere sterke berekening zitten. Ik kan het niet simpeler zeggen: als je een grote ketting met een aantal schakels hebt, en als daartussen een aantal zwakke schakels zit, of een schakel die op barsten staat, dan kan het gewoon niet. Dus wij blijven vooralsnog neen zeggen. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Het antwoord op de eerste vraag, of voor de realisering van de aanpassingen in de infrastructuur ruimte wordt gecreëerd in het Meerjareninvesteringsplan, is ja. Wat betreft

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 243