27 MEI 1999
249
dit soort gebouwen mogelijk zou zijn geweest. De WD steunt deze gedachtegang, die
wellicht in de naaste toekomst analoge gevallen meer perspectief zou kunnen bieden. Met
deze markering bij het voorliggend raadsbesluit steunt de WD-fractie het collegevoorstel.
De heer DE ROOS
In de commissie ECG is al uitvoerig gepraat over de wenselijkheid van een pro-actief beleid
door de gemeente, als het gaat om de bescherming van monumenten, maar ook van
beeldbepalende gebouwen in de stad. Voorbeelden zijn daarbij ook genoemd. Mevrouw
Boidin heeft melding gemaakt van de kwestie Ignatius-ziekenhuis, het succes van de
instandhouding van het voorgebouw daarvan, waartegen in eerdere instantie destijds
overigens ook erg veel weerstand was, maar uiteindelijk is dat toch maar gerealiseerd. De
wethouder heeft de wenselijkheid van dat pro-actieve beleid ook onderschreven. Met
betrekking tot kerkgebouwen is er klaarblijkelijk ook overleg en is er een Kerkenboek op
komst. Zo'n pro-actief beleid zou zich natuurlijk niet alleen moeten beperken tot
kerkgebouwen, maar dat is, zo begreep ik ook, geen punt van discussie. Dit raadsvoorstel
gaat over de Christus Koningkerk. Er is een adviesfunctie aan de raad met betrekking tot
het verzoek aan het Rijk van de Vereniging Behoud Christus Koningkerk e.o., dat dateert
van 29 november 1996, om deze kerk, die midden in de Belcrum is gelegen, op de
Rijksmonumentenlijst te plaatsen. In juni 1997 was er al een advies van de commissie
WAM, en pas nu ligt er het raadsvoorstel om negatief te adviseren. Het is nu al weer bijna
twee jaar later. Inmiddels is het pand verworven door Korteweg, om te gaan slopen en
woningbouw te realiseren. Het leek erop, ook gezien de advisering door deskundigen, dus
de commissie WAM en de Raad voor Cultuur, hoe betrekkelijk je die advisering wellicht
ook zou moeten zien, dat deze kwestie een gelopen koers was. Misschien een andere keer
bij een andere kerk beter. Maar na de commissievergadering van 18 mei 1999 ontving ik
een brief van de Vereniging Behoud Christus Koningkerk e.o. van 19 mei, waarbij gevoegd
was een brief aan de raad van maart 1999 van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg,
waarbij in overweging werd gegeven en dan citeer ik een passage: "Overigens geef ik u in
overweging, los van het feit of dit kerkgebouw in aanmerking komt voor rijksbescherming
of gemeentelijke bescherming, om te streven naar behoud en hergebruik van dit
beeldbepalende bouwwerk in de wijk." Voorts wordt er gezegd: je zou wellicht in
ogenschouw kunnen nemen om voor het hele gebiedje, omsloten door het Pastoor
Pottersplein, te bezien welke functionele verschuivingen er mogelijk zijn. Die brief was dus
gericht aan de raad en uiteindelijk heb ik geen melding daarvan teruggevonden in het
raadsvoorstel. Hij lag ook niet bij de in deze kwestie ter inzage gelegde stukken. Ik heb
hem zeker niet rechtstreeks gekregen, maar via de Vereniging Behoud Christus
Koningkerk e.o. Dat is natuurlijk iets wat niet kan. Kortom, er is behoorlijk wat fout
gegaan met de relevante stukken. Ik wil heel graag de reactie van de wethouder op het
punt van die brief vernemen. Ik kom in de tweede termijn dan nog wel daarop terug.
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Een agendapunt als dit roept tegenstrijdige gevoelens op, denk ik. Ook Breda '97 heeft
kennis genomen van de bezwaren die bij omwonenden en bij betrokkenen in deze stad
leven tegen de verwachte afbraak van dit kerkgebouw. Wij begrijpen allemaal dat een
mogelijk verdwijnen van dit markante bouwwerk wordt gezien als een verarming voor de
wijk en een miskenning van de karakteristiek van de Belcrum. Anderzijds moeten we
vaststellen dat het gebouw door het bisdom is verkocht aan een ontwikkelaar om de
eenvoudige redenen dat het voor dat bisdom niet exploitabel meer is. Dat een
andersoortig gebruik voor een dergelijk gebouw niet zo eenvoudig valt te realiseren,
moge onder meer blijken uit een soortgelijk kerkdrama aan de Baronielaan. Verloedering
is, denken wij, het ergste wat het gebouw en de wijk kan overkomen en dat zou wel eens
het lot kunnen zijn, als er geen rendabele exploitatie mogelijk blijkt. U stelt voor de
minister in dezen negatief te adviseren. Dat kunnen wij billijken. Maar afgelopen dinsdag
sprak de wethouder in reactie op vragen van D66 over een op handen zijnde Kerkenboek.
Daarop is ook door andere leden van deze raad al gewezen. Nu dringt zich toch de vraag
op of dit voorstel niet een beetje te vroeg komt. Bestaat de mogelijkheid dat u over enige
tijd anders zou preadviseren? En een tweede eenvoudige vraag is: is het haalbaar om