24 JUNI 1999 304 betekent voor ons dat twee punten voorop moeten staan. Er moet in de toekomst sprake zijn van een districtsgewijze aanpak waar dat mogelijk is en de sociaal-maatschappelijke waarde van de organisaties die subsidies ontvangen moet voorop staan. Er moet een strak tijdschema worden aangehouden. Het projectteam is laat gestart en heeft een zware opgave. We zouden graag van de wethouder horen of het mogelijk is, wat ook in de commissie aan de orde is geweest, dat de commissie uiterlijk in september van de eerste feiten op de hoogte wordt gebracht. De heer LEUNISSE Er is al gezegd dat het een stapje is, een eerste gedeelte, en dat is de pijn die bij vele mensen vragen oproept. Waarom niet een heel plan? Dat is inmiddels wel duidelijk, want men is hard aan het werken en met is laat begonnen. De vraag die wij aan de wethouder willen stellen is: waarom wordt de oude regeling niet aangehouden tot er meer duidelijkheid is over meerdere gedeeltes? Wethouder HEERKENS Het raadsvoorstel dat nu voor u ligt heeft een aantal elementen in zich, namelijk aan de ene kant het voorleggen aan uw raad van het, door het vervallen van de subsidietitel, beëindigen van een aantal subsidierelaties in een aantal voormalige randgemeenten, en aan de andere kant betreft het de invulling van de knelpunten op basis van eenmalig 250.000,-, zoals die door uw raad ter beschikking zijn gesteld in de Kadernota 2000, en het aangeven van het voortgangstraject. Ik begin met wat mevrouw Knipscheer naar voren heeft gebracht: de zorg over de late start van het projectteam. Daarover hebben wij het in de commissie uitgebreid gehad, het projectteam is op zich in de vorige raadsperiode wel degelijk van start gegaan. U geeft zelf aan hoe ingewikkeld de hele zaak is en wat een zware opgave het is. Het was zo dat de projectleider twee keer langdurig ziek is geweest, niet meteen na de herindeling maar halverwege die periode, en omdat het zo'n zwaar project is, is het zaak om voor een goede vervanging te zorgen. Die is niet zo maar voorhanden. Daarnaast is, u wees daarop zelf al, het enige nadeel voor de vereniging de onzekerheid. Ik denk dat een aantal verenigingen liever die onzekerheid draagt, maar dan wel de zekerheid heeft van nog een jaar dezelfde subsidie, dan wellicht, bij het doorhakken van de knoop, voor een aantal van hen een lichte of redelijke teruggang van de subsidie. Die onzekerheid kan ik begrijpen, maar aan de andere kant is er toch dat jaar verlenging. Verschillende fracties hebben over de strakke planning gesproken. Het klopt ook dat we geen vertraging moeten hebben. Het is niet zo dat de ambtenaren nu ineens heel veel tijd hebben. Die tijd, dat ziet u ook in de planning, is heel strak, die moeten wij elkaar opleggen, dat heb ik in de commissie al gezegd. Dit geldt zowel voor het ambtelijk apparaat, het college en uw raad, om ervoor te zorgen dat er voldoende tijd is voor de communicatie met het veld en de districten. Dus ik zou een beroep op u allen willen doen, omdat het wel zo moet zijn dat we vóór de behandeling van de kadernota 2001 heel duidelijk moeten hebben hoe de nieuwe subsidielijnen eruit zien. Het college heeft niet gekozen voor het uitstellen van het feit dat verenigingen zonder subsidietitel geen subsidie meer krijgen. Het is heel nadrukkelijk zo geweest dat vóór de herindeling die verenigingen op de hoogte zijn gesteld van het feit dat na drie jaar de subsidietitel ontbrak en dat de subsidie zou worden beëindigd. Aan de andere kant, en de heer Joosse heeft dat uitstekend verwoord, is het zo dat ervoor een aantal subsidierelaties een beroep kan worden gedaan op de activiteitenbudgetten, mits ze voldoende goede activiteiten indienen en voldoen aan de criteria. Het punt van geen neerwaartse spiraal voor de verenigingen neem ik voor kennisgeving aan. De heer De Werd geeft aan dat hij gevoelig is voor de noodkreet van het IMW. Ik denk dat het wel degelijk, mijnheer Schroder, redelijk is onderbouwd in het voorstel. Gezien de vermaatschappelijking van de zorg, het beroep dat wordt gedaan op het maatschappelijk werk, wordt hier in ieder geval, zij het met eenmalig geld, de ergste nood geledigd voor het IMW. U heeft naar voren gebracht dat het projectteam een zware taak wacht. Ik heb geen panklare oplossing of een vangnetconstructie. Als het ons niet lukt dan zouden we weer moeten verlengen. Ik ga er alles op zetten om in samenspraak met u ervoor te zorgen dat straks de uitgewerkte uitgangspuntennotitie er ligt vóór de kadernota, zodat we daarop een gedegen en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 304