28 JANUARI 1999 31 Akkoord, met de aantekening dat de fracties van GroenLinks, de SP en één lid van de fractie van de Parel van het Zuiden geacht wensen te worden te hebben tegengestemd. 17. OPENBAAR VERLICHTINGSPLAN 1999. Akkoord. 18. GEMEENTELIJK BUITENRECLAMEPLAN BREDA. De heer VERPAALEN Ik wil graag een ordevoorstel doen om dit onderwerp van de agenda af te voeren en weer op te voeren voor de volgende vergadering, bij voorkeur na 3 maart, omdat het ons als politieke partij teveel beperkt in de mogelijkheden tot reclame maken tijdens de verkiezingsperiode. De VOORZITTER Wie is voor het ordevoorstel om de behandeling van dit agendapunt uit te stellen? Dat zijn de fracties van Breda Vooruit, GroenLinks, de Parel van het Zuiden en de SP. Dat betekent dat het ordevoorstel is verworpen en dat wij overgaan tot de behandeling van dit agendapunt. De heer GEMMEKE Anders dan zojuist is voorgesteld, hechten wij eraan om dit onderwerp nu te bespreken en het mogelijk ook goed te laten afronden. De CDA-fractie gaat akkoord met het Buitenreclameplan van Breda. Ik heb er nog wel twee opmerkingen bij. Het plan spreekt van een selectief reclamebeleid en dat geldt zowel de kwantitatieve als de kwalitatieve insteekDe bedoeling daarvan is dat wordt voorkomen dat de kwaliteit van de buitenruimte door reclame-uitingen wordt aangetast. Dit oogmerk spreekt ons zeer aan en wij steunen dat van harte. Over het instrumentari um waarmee dat moet worden bewaakt en gewaarborgd hebben wij nog weinig kunnen lezen, maar ons is toegezegd dat wij in het voorjaar van 1999 nog een nota Regulering en Handhaving over het gebruik van de openbare ruimte kunnen verwachten. Wij wachten die nota met grote belangstelling af en nemen aan dat wij daarin die maatregelen, dat instrumentarium zullen aantreffen. Mijn tweede opmerking betreft de besteding van de reclame-inkomsten. Het CDA is voorstander van een besteding als volgt: primair te besteden in de organisatie, in de regulering en in de handhaving van het buitenreclamebeleid. Mocht er dan nog een batig saldo resteren, dan zou dat, naar onze inzichten, aan kwaliteitsverbeteringen in de buitenruimte moeten worden besteed. Het straatmeubilair en ook de bewegwijzering zouden daarvoor in aanmerking kunnen komen. Daarover weten wij overigens ook nog niet alles, want er is nog iets wat nog even in geheimzinnigheid blijft gehuld, namelijk het bestedingsplan. Wij hebben gelezen dat daaraan nog wordt gewerkt. Ook dat plan zien wij graag en zo mogelijk in de eerste helft van 1999 tegemoet. De heer BAIJINGS Wij zijn tevreden met het Buitenreclameplan. Er is goed geluisterd naar de belanghebbenden, en daardoor hebben er ook enkele wijzigingen plaatsgevonden in het eerste plan. De commissie was in zijn algemeenheid ook tevreden met dit plan. De afgelopen jaren is er een ongebreidelde groei van ongewenste reclame-uitingen ontstaan. Het was wildgroei, en dat leverde niets anders op dan ergernis. Nu ligt er eindelijk een goed plan met regelgeving en handhaving, en het zorgt ook nog voor inkomsten. Hiervoor hulde. De VVD is tegen een uitzonderingspositie voor de politieke partijen aangaande het toestaan van verkiezingsaffiches aan gemeentelijk eigendom. Hierover is de laatste dagen veel gesproken. Je loopt het risico dat er van dit alles een precedentwerking uitgaat, die uitermate ongewenst is. Zo is het niet realistisch datje bijvoorbeeld het Rode Kruis verbiedt affiches te plakken, en desnoods verwijder je ze, en vervolgens politieke partijen wel toestaat eigen affiches te plakken. Dit mag dan vervelend zijn voor de politieke par tijen die hun promotiemateriaal al hebben klaarliggen voor de verkiezingsplakborden, toch vinden wij het uitermate slordig van deze partijen, aangezien juist van hen verwacht mag worden dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 31