30 SEPTEMBER 1999 330 wel nodig, en dat is vanavond door een aantal sprekers al eerder gezegd, dat er op korte termijn resultaten zichtbaar worden, zodat men daarmee verder aan de slag kan gaan. De heer KWISTHOUT Het is goed dat we gaan werken aan leefbaarheid in de Hoge Vucht. Wij plaatsen echter wel kanttekeningen bij de richting waarin het college de problemen analyseert en de oplossingen zoekt. Onze analyse leert dat één van de belangrijkste problemen in Noord de sociale opbouw van de wijk is, zoals die in het verleden is gegroeid. Integratie van migranten vindt plaats in het dagelijks leven, op straat, bij de bakker, op de werkplek en op het schoolplein. De politiek kan geen mensen integreren in de maatschappij, en dat is maar goed ook, maar het is wel een zaak van de politiek om voorwaarden te scheppen om integratie mogelijk te maken. De SP-fractie constateert dat die voorwaarden steeds verder afkalven. Onder andere een open brief van vorig jaar van bewoners van Geeren-Zuid leert ons dat de autochtone bewoners graag bereid zijn om bij dat integratieproces te helpen, maar dat het ze op een gegeven moment gewoon teveel wordt. Als mensen de sociale structuur van een wijk sterk zien veranderen en zich, om wat voor redenen dan ook, niet meer thuis voelen in een wijk, dan stokt het integratieproces. De SP is van mening dat wij die ontwikkeling nu in Noord zien gebeuren. Een gevolg van deze ontwikkeling is dat een deel van de mensen, namelijk zij die het zich kunnen veroorloven, uit de wijk wegtrekken, hetgeen de ontwikkeling alleen nog maar versterkt. Op de scholen in de wijk zien wij de ontwikkeling in een nog veel verhevigde mate. De SP vindt dat het de taak is van de gemeente om die negatieve spiraal te doorbreken en alles in het werk te stellen om een evenwichtige opbouw te verkrijgen. Wij delen niet de afwachtende en, ik moet zeggen, de vaak wat fatalistische houding van andere fracties hieromtrent. Wij denken dan aan een tweetal maatregelen. Enerzijds, het gedoseerd en onder voorwaarden verkopen van huurwoningen aan huurders om te zorgen voor meer binding van de mensen met een wijk. Anderzijds, het invoeren van een vorm van spreidingsbeleid door op vrijwillige basis en in overleg met de groeperingen bij de toewijzing van huurwoningen in Breda rekening te houden met de sociale samenstelling van de wijk. Voorzitter, twee taboes, ik heb dat vandaag weer gemerkt, vooral de laatste. Maar taboes hebben nog nooit problemen opgelost en zijn er, in onze optiek, om te worden doorbroken. De heer LEUNISSE De Parel kan hierover vrij kort zijn. Wel hebben wij nog een aanvullende vraag. Zeer tegen de zin in van de PvdA hebben wij het in de commissie gehad over dé droom van De Parel, namelijk volledige inspraak en medezeggenschap voor de burgers van Breda. Daar lijkt het nu op. Er blijft voor ons echter nog één vraag over, namelijk: wat bedoelt in het hele stuk de gemeente met de regierol? Is dat faciliterend of is dat leidend?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 330