30 SEPTEMBER 1999 361 179. INVESTERINGEN AUTOMATISERING EN BEDRIJFSMIDDELEN 1999. 180. NIEUWE OVERLEGSTRUCTUUR OUDERENADVIESRAAD EN EMANCIPATIE ADVIESRAAD. Akkoord. 181. CONVENANT 'VEILIG UITGAAN IN BREDA' (BINNENSTAD). De heer ADANK Over het convenant, dat vanavond voorligt, is in de commissie uitgebreid gesproken. Er zijn zeer genuanceerde opvattingen naar voren gekomen. Ook waren er enkele zaken, die u voor nader onderzoek mee heeft teruggenomen. Ik denk dat dat uitstekend is. Aan de andere kant zijn wij ten aanzien van het convenant toch met gemengde gevoelens in onze fractie uit elkaar gegaan. Ik zal u zeggen waarom. Er is een aantal partners in de binnenstad die veiligheid maken. Zo simpel is dat. Dat is niet het openbaar bestuur, dat is niet de politie, dat is niet de hulpofficier van Justitie, of Justitie, of wie dan ook, dat zijn op de eerste plaats de gast en de gastheer in de binnenstad. Zij zijn verantwoordelijk voor hun eigen gedrag. In die zin denk ik dat het belangrijk is, en dat ontbreekt in het totale convenant, dat er een modus wordt gevonden, hoe wij dat doen weet ik niet, ik draag het slechts aan, op basis waarvan je de gasten in de binnenstad met name op die cruciale momenten dat het dreigt mis te gaan, maar liever preventief, zou moeten kunnen aanspreken op hun gedrag. Er ligt nu een hele reeks van maatregelen, die in de openbaarheid gebracht zullen gaan worden, zoals aankondigingen bij de deuren van cafés, horeca-etablissementen et cetera. Maar ik denk dat we ons toch meer moeten richten op het uitgaanspubliek zelf. We moeten voorkomen dat we daarmee te laat zijn en achteraf moeten constateren dat er niet goed is gecommuniceerd. In de tweede plaats, en daarmee sluit ik af, het volgende. Als het gaat om de handhaving, de regelgeving hebben we nu natuurlijk geen sancties. In de commissie heeft u gezegd dat dit convenant bindend is, maar er zitten daaraan geen juridische sancties vast. Ook al gaat tweederde van de ondernemers akkoord, want dat is toch een voorwaarde en ik ben benieuwd hoe het daarmee staat, en er doen zich zaken voor, dan nog zitten we met dit probleem. Ik ga nu niet in op andere stadsdelen, waar het, naar mijn idee, absoluut is misgelopen met de afspraken die op basis van raadsuitspraken zijn gemaakt. Ik beperk me, als het om handhaving gaat, toch maar even tot de binnenstad. Op basis van datgene wat we in het convenant hebben afgesproken zal de raad ook de politieke moed moeten hebben om voortdurend met u te evalueren in de commissie Algemene Zaken, en waar nodig, u heeft dat ook toegegeven, bijstellingen moeten kunnen plegen. Ik denk in dat geval niet aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 361