30 SEPTEMBER 1999
365
meerderheid was, en wij vinden dat jammer, willen wij toch nog één keer terugkomen op
de sluitingstijden. Wij betreuren het dat daarnaar vanuit de verschillende partijen, naar
ons idee, niet heel serieus is gekeken. Het is vrij snel afgeschoten. Wat ons betreft zou dat
op termijn nog steeds een mogelijkheid moeten zijn, om tot een betere spreiding en dus
een beter veiligheidsbeleid te komen. Het blijft, wat ons betreft, een middel dat nog niet
is uitgesloten. Met betrekking tot de koffieshops het volgende. De koffieshops worden
nog steeds in het stuk genoemd, namelijk onder punt 3.7. In de commissie leek het erop
dat we toch tot een soort overeenstemming kwamen over hoe we de formuleringen in die
zin konden aanpassen, dat ook de koffieshophouders erbij betrokken zouden kunnen
worden. Wij vinden het jammer dat dit uiteindelijk toch niet is gebeurd. Maar goed, dit
convenant weegt voor ons toch zwaar genoeg om er geen punt van te maken hiermee wel
of niet akkoord te gaan. Wel hopen wij dat er ook met de koffieshophouders afspraken
kunnen worden gemaakt en mogelijk ook tot een convenant kan worden gekomen.
Communicatie is, wat ons betreft, uiterst belangrijk. Het is al eerder door de heer Adank
gezegd, één partij staat in feite buiten spel, en dat zijn de gasten, de bezoekers van de
binnenstad. Er moet toch heel snel met een heel goede communicatie ook onder hen een
draagvlak worden gevonden, zodat ook zij op termijn en liefst zo snel mogelijk een
enthousiaste bijdrage gaan leveren aan de uitvoering van dit convenant. Dat dit wel of
niet zal slagen, is toch in belangrijke mate afhankelijk van de mensen die de stad
bezoeken.
De heer KWISTHOUT
Wij vinden dit convenant een goede zaak. Het is goed dat zowel de problemen met
gasten, die zich misdragen, worden aangepakt, alsook dat de problemen met gastheren,
die gasten onheus bejegenen, minder mogelijk worden gemaakt. Het lijkt de SP-fractie
ook een goede zaak om met de koffieshophouders een soortgelijk iets te gaan doen. Wij
zijn niet tevreden met het niet of onvoldoende gemotiveerd vasthouden aan gefixeerde
sluitingstijden. Ik dacht er zojuist nog aan, toen ik een kop koffie nam, dat het toch wel
opmerkelijk is dat we in het huidige tijdsbestek enerzijds verplicht kunnen worden om
zeven dagen per week, 24 uur per dag, te werken, en dat we anderzijds, om te kunnen
ontspannen, aan dergelijke strenge tijden en mogelijkheden zijn gebonden. Dit is niet de
belangrijkste reden, maar ook wij zijn van mening dat het vrijgeven, dan wel variëren van
de sluitingstijden in belangrijke mate kan bijdragen aan het verminderen van de overlast.
U kent de situatie waarschijnlijk wel: na twee uur alle kroegen dicht, iedereen op straat,
en dat geeft problemen.
De heer SCHRODER
Mag ik u vragen, mijnheer Kwisthout, is dit een pleidooi voor de 24-uurs economie, of...?