30 SEPTEMBER 1999 374 is bedoeld voor de geluidswal. Uiteindelijk zullen we, om voor dat tijdelijk gronddepot een oplossing te vinden, die moeten zoeken bij een particuliere grondbank in de omgeving. Hoe sneller de besluitvorming rondom de geluidswal zal plaatsvinden, hoe beperkter dat tijdelijk gronddepot noodzakelijk zal zijn. De keuze wordt ook wat eenvoudiger, omdat, naarmate het gronddepot langer op Hoogeind zou zijn gevestigd, we daar ook geen opbrengsten kunnen genereren door de aanleg van het bedrijventerrein. Al met al zal dat per definitie dus niet tot hogere kosten leiden. TWEEDE TERMIJN De heer LEUNISSE Het verheugt ons te horen dat het gronddepot niet doorgaat. Dat is voor heel veel mensen, die in die omgeving wonen, een grote zorg minder. Zij worden nu niet geconfronteerd met al dat heen- en terugrijden van grote vrachtwagens. Wij zijn blij dat ook de licht vervuilde grond daar niet wordt gestort. Wij geven alleen geen schoonheidsprijs voor de wijze waarop het is gegaan. Wij delen de bezorgdheid van Breda'97, en we kunnen dan ook niet instemmen met dit punt. De VOORZITTER U spreekt heel veel dank uit, en toch bent u tegen. De heer VAN YPEREN Wij zijn uiteraard niet tegen dit voorstel, want we hebben Hoogeind II hard nodig. We kunnen, wat dat betreft, dus beslist met dit voorstel meegaan. Toch blijft onze opmerking, gemaakt in de eerste termijn, over de prijs van het bouwwerk overeind. Nu deelname van de bedrijven op een gegeven moment basis zal zijn, hopen wij met u dat de Bredase bedrijven, die zich daar willen hervestigen, inderdaad het bouwwerk, het object kunnen betalen. Want dat is nu eigenlijk de basis waarop waarschijnlijk een akkoord zal worden bereikt tussen én de projectontwikkelaar én de BrIM én degenen die daar een nieuw bedrijf willen vestigen. Wethouder GIELEN Het is bijzonder aardig dat u dat zegt, maar ik meen dat er bij bouwen altijd eerst nog een overeenkomst moet komen tussen het bouwbedrijf en de ondernemer die zich daar gaat vestigen. Het is een kwestie van goed ondernemerschap om op een verstandige manier daarmee om te gaan. In onze optiek wordt CRA niet gezien als een partij die de prijs gaat opdrijven, en daardoor de ontwikkeling van een dergelijk bedrijventerrein zou dwarsbomen. Die ervaring hebben wij tot op heden niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 374