28 OKTOBER 1999
388
want dat begint een beetje op sluikreclame te lijken, is het niet zo'n probleem om de
rolluiken te vervangen en open rolluiken aan te schaffen. Het wordt een probleem voor de
kleine ondernemer, de kleine zelfstandige die het niet zo maar ineens kan ophoesten, ook
als hij pas nieuwe rolluiken heeft aangeschaft. Zeker omdat het vooral in het algemeen
belang is, in het belang van de gemeenschap als geheel en niet van de particuliere
ondernemer sec, denk ik dat het op zijn plaats zou zijn als wij als gemeente hiermee wat
zorgvuldiger zouden omgaan. In navolging van Breda '97 zou de SP-fractie ook een
voorstander zijn van een vorm van uitsterfbeleid. Dat niet alleen, wij denken ook dat er
zeker voor de kleine ondernemer, de kleine zelfstandige, iets van een vangnet moet
komen voor diegenen onder hen die het gewoon niet aan kunnen schaffen op zo'n korte
termijn. Het kan dan wel in meerdere jaren worden afgeschreven, maar de aanschaf moet
toch ineens worden gedaan, en als je krap bij kas zit dan is geld lenen ook een probleem.
Samenvattend, akkoord in zijn algemeenheid, maar dan wel met een vorm van
uitsterfbeleid en niet met een absoluut verbod, en een vangnet voor de ondernemers voor
wie het gewoon een groot probleem is.
De heer LEUNISSE
Met de eerste verordening waren wij het niet eens want wij zagen heel duidelijk dat de
verordening niet af was. Het was geen stuk met een honderd procent dekkend gebied
voor alle mogelijke zaken, dus wij waren er op tegen. Dat heeft men getracht te herstellen
in een nieuw voorstel, dat nu wordt voorgelegd, maar wij vinden nog steeds, zoals wij in
de commissie hebben gezegd, dat het voorstel nog niet af is. In de commissie hebben wij
altijd laten weten dat wij het niet eens zijn met deze constructie. Maar men heeft mij
gevraagd om alsnog een poging te doen om u ervan te overtuigen dat de verordening
misschien nog een kleine aanpassing behoeft. Die aanpassing is goed verwoord door de
heer Van Yperen van Breda '97. Want ons is de laatste dagen ter ore gekomen dat mensen
toch in paniek zijn geraakt, naar de bank zijn gegaan en hebben geprobeerd geld te lenen
om dit alsnog voor elkaar te krijgen, maar dat dit niet is gelukt. Het is, denk ik, niet de
bedoeling van de gemeenteraad van Breda, en ik kijk alle leden van de gemeenteraad
aan, om slachtoffers te maken, om mensen failliet te laten gaan. Laten we dus voor hen
een regeling zien te treffen. Maak deze verordening goed af, op een humane manier.
Bijvoorbeeld door zo'n uitsterfbeleid, zoals de heer Van Yperen zegt. Ik wacht op dat punt
even de beantwoording af, alvorens over het voorstel te oordelen.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Deze discussie hebben wij inderdaad in de commissie ook gehad. Ik vind dat de heer De
Roos direct antwoord heeft gegeven op datgene wat de heer Van Yperen vroeg, waarna
hij aansluiting kreeg van de heer Kwisthout en de heer Leunisse. Het is een verordening
die al enkele jaren geleden is vastgesteld. Bij heel dit beleid houdt alles met elkaar
verband: de kwaliteit van de binnenstad, het wonen boven winkels, de kwaliteit van de
gebouwen van de binnenstad, de veiligheid en de leefbaarheid. Dit zijn allemaal woorden
van de heer De Roos. Het is altijd zo dat, wanneer dit dan eindelijk gaat worden
ingevoerd, de mensen zich verrast tonen, maar ik denk dat dat, helaas, een normaal proces
kan worden genoemd. Men ziet het aankomen, men gelooft er niet in, en als het toch zo
ver is, dan gaat het niet. Maar dat men echt verrast is geloof ik niet. Mocht er dan toch
een enkeling zijn, waarbij dat wel het geval is, dan mag dat niet betekenen dat je als
gemeente een heel wankel beleid moet voeren, waarmee je met name de mensen die wél
tegemoet zijn gekomen aan de regeling, benadeelt. Dat is ook in de commissie gezegd.
Dat is ook de reden waarom we hiermee niet anders moeten omgaan dan het college nu
voorstelt.
TWEEDE TERMIJN
De heer VAN YPEREN
Als de gemeente en de detaillist met elkaar een akkoord sluiten om op termijn de
rolluiken te vervangen en als zij samen vaststellen wat de subsidie van de gemeente
daarvoor is, dan is dat geen kwestie van: men zou het al jarenlang hebben zien aankomen