28 OKTOBER 1999
402
De heer TAKS
Ik ben altijd vriendelijk.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Het is leuk om
De heer TAKS
Daarom werken we zo goed samen.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Pruttel nu even niet zo door, want hij kan het niet zien. Wat iedereen in deze raad zou
moeten binden, is het feit dat u heeft gelezen, we krijgen daarover nog meer
bijzonderheden, dat alle Vinex-locaties van Breda met stip, en zelfs met meerdere stippen,
zijn vermeld. Dus ik denk dat de raad buitengewoon goed werk heeft gedaan door in elk
geval de goede plannen neer te leggen, en wat die verdeling betreft denk ik dat we vast
wel daaruit komen, maar daarvoor hebben we cijfers nodig. Maar ik
De heer HAARHUIS
Bij interruptie. Ik neem aan dat de positieve waardering voor die Vinex-locaties ook was
gekoppeld aan de structuurvisies die daaronder lagen. Daarin staan natuurlijk ook
bepaalde dingen met betrekking tot de wijze waarop we die willen inrichten.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Zojuist zei ik, dat u straks een betere beoordeling krijgt, meer dan dat, dan gaan we in de
finesses treden. Die discussies komen allemaal nog. Collega Gielen heeft gevraagd het
flexibel op te pakken en ik word wel gecorrigeerd als het niet zo is. Het Ontwik
kelingsprogramma komt weer ter sprake bij de Kadernota en de Begroting. Over het
proces valt ook nog wat te zeggen. Het blijft hardnekkig, wat GroenLinks wenst te zeggen
en blijft herhalen, maar ik denk, als we de maand december hebben gehad, dat alles dan
vanzelf duidelijk wordt. Dat bespaart mij het opnieuw uitleggen aan iemand, die toch iets
anders wil horen. Allen hebben het gehad over het draagvlak. Misschien is het goed om
even terug te gaan naar de wijze waarop de Stadsvisie tot stand is gekomen. De Stadsvisie
is de ontwikkeling die voortkomt uit een aantal sectoroverschrijdende integrale plannen.
U heeft zelf genoemd het Stadsplan. Daar horen ook nog bij: het Buitenruimteplan, de
Kadernotitie Welzijn en Cultuur is Meer. Dat laatste ook voor diegenen die zeggen dat
cultuur is toegevoegd. Al deze plannen zijn uitgebreid onderwerp geweest van consultatie
en de bevolking en de instellingen is gevraagd daarin deel te nemen. Er is een heel breed
scala aan communicatiemiddelen toegepast. Je kunt denken aan de sessies bij de
stadsplannen, wat het begin is geweest, de rondritten, de digitale manier van reageren, en
het 'koffertjes'-traject. Het 'koffertje' bestond uit de bekende compilatie van de
belangrijkste reeds vastgestelde actiepunten voor de toekomst van de stad. De 600
partners zijn allen gevraagd hierop te reageren en hun wensen ten aanzien van bestaand
en nieuw beleid aan te geven. Ik dacht dat mevrouw Boidin het noemde, van de externe
partners zijn ongeveer 1.200 reacties binnengekomen. Daarna zijn de Stadsvisie en het
Ontwikkelingsprogramma uitgewerkt. In de maanden augustus en september is het
conceptontwikkelingsprogramma met externen besproken op alle beleidsterreinen. Alle
schriftelijke reacties zijn weer verwerkt in dat Ontwikkelingsprogramma. De Stadsvisie
samen met het stedelijk Ontwikkelingsprogramma en het onderzoek van de GSB zijn op
4 oktober 1999 gepresenteerd aan alle partners in de stad. Wij zijn van mening dat wij bij
de besluitvorming over de Stadsvisie ervan kunnen uitgaan dat de raad instemt met deze
inspraakprocedure, die inmiddels volledig is doorlopen. Dus een inspraakprocedure over
de Stadsvisie, zoals die nu voorligt, kan overbodig worden genoemd. Tot slot nog één
opmerking. Wat betreft de Parel van het Zuiden, de SP en GroenLinks denk ik dat wij
hebben kunnen beluisteren, dat zij zelf een Stadsvisie hadden willen opstellen. Ten eerste
weet ik niet of ze de datum zouden hebben gehaald, maar ten tweede denk ik, als er niet
een juiste vermenging is van fysiek en sociaal, dat de stad Breda dan een volledige
goedkeuring had kunnen vergeten.