11 NOVEMBER 1999
423
millennium een flesje wijn op oudejaarsavond te kunnen opentrekken. Ter afsluiting nog
het volgende. Wij menen dat het Chassé Theater minder subsidie moet krijgen, de
presentiegelden voor raadsleden naar het wettelijk minimum moeten en de Haven dicht
kan blijven. Wat het laatste betreft beloof ik u dat u van de kant van de SP nog een
stevige winter tegemoet kunt zien. Bij dezen dien ik graag het amendement in.
De VOORZITTER
Door de heer Kwisthout is een amendement ingediend. Dit voldoet aan de formele
vereisten, is voldoende ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen.
Het door de heer Kwisthout, namens de fractie van de SP, ingediende amendement luidt
als volgt:
AMENDEMENT (1)
met betrekking tot de besteding van het eenmalig overschot op de Begroting 2000.
Ondergetekende, J.H.P. Kwisthout, lid van de raad van de gemeente Breda;
gelet op het bepaalde in artikel 30 van het Reglement van Orde;
stelt de raad voor om te besluiten als volgt:
De raad van de gemeente Breda,
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met betrekking tot de besteding
van het eenmalig overschot op de Begroting 2000;
overwegende dat,
door de bijzondere jaarwisseling (de overgang naar een nieuw millennium) cliënten van
de Sociale Dienst zich met bovengemiddelde uitgaven geconfronteerd zullen zien, waar
geen extra middelen tegenover staan;
besluit:
de Begroting 2000 als volgt te wijzigen:
het eenmalig overschot op de begroting, groot 1,1 miljoen, niet te besteden aan
mitigering van de stijging van het tarief afvalstoffen 2000, maar aan een categoriale
uitkering in het kader van de bijzondere bijstand, ter bestrijding van de bijzondere kosten
van de overgang naar het nieuw millennium, waarbij de verdeelsleutel door het college
aan de raad wordt voorgelegd;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
De heer LEUNISSE
Het grote verschil tussen een fabrikant en een politicus is dat een fabrikant niet zo is
geïnteresseerd in mooie plannen, maar vooral in het eindproduct, terwijl een politicus
vooral mooie plannen wil presenteren en weinig oog heeft voor de uitvoering ervan. Dat
is ook wat veel burgers ervaren van al die mooie plannen. Het ziet er vaak niet uit, duurt
erg lang en kost ongelooflijk veel geld, vaak vele malen meer dan gepland. Maar daar
waar de fabrikant aan zo'n slecht product failliet zou gaan, blijft de politicus maar
doorgaan met het presenteren van nog mooiere plannen. Besturen op hoofdlijnen heet
dat. Maar voor ons is het een teken van onmacht of onkunde. Wij bepleiten minder
plannen, maar wel een goede en snelle uitvoering en afwerking voor een van tevoren
vastgestelde prijs. In die zin willen wij bij de begrotingsbehandeling niet zozeer naar de