11 NOVEMBER 1999 434 doe mijn best om te kijken naar de mogelijkheden om de Sportnota, losgekoppeld van het subsidiebeleid, toch naar voren te trekken. De heer SCHRODER Bij interruptie. Ik hoop dat de wethouder niet bedoelt dat er weer een uitzondering op het nog te formuleren subsidiebeleid moet komen. Dat zou inmiddels de derde of de vierde zijn, maar dan gaat die voor een hele grote groep Bredase burgers en verenigingen gelden. Wethouder HEERKENS Neen, dat is niet de bedoeling. Maar een deel van de mogelijkheden en onmogelijkheden van financiering komt wellicht uit de discussie over het subsidiebeleid. Dus je zou kunnen denken: is het niet verstandiger om te wachten? Aan de andere kant kan ik me ook voorstellen dat je over een deel van het beleid en de visie die je hebt op het totale sportbeleid zou kunnen discussiëren, en Sportpunt is daartoe ook bereid. Dat vergt echter wel dat je op dit moment een aantal zaken niet kunt oplossen. Maar zo praten we vaker met elkaar, dat we eerst het beleid vaststellen en vervolgens gaan kijken naar de financiële problematiek die daarop volgt. Voor een deel zal dat betekenen datje niet alles kunt bediscussiëren en oplossen, maar dat wil niet zeggen dat we niet op hoofdlijnen een visie op het sportbeleid hier kunnen bespreken. Wat de Vrijwilligersnota betreft ben ik bereid om in dat kader in ieder geval ook de nieuwe rol van de vrijwilligers te bekijken. Zoals ook blijkt uit mijn antwoord met betrekking tot de bestrijding van de langdurige werkloosheid, gaat dat niet alleen in de richting van de arbeidsmarkt, maar ook om het sociaal isolement te voorkomen, waarop mevrouw Kremers reeds wees, en in de richting van een breder vrijwilligersbeleid. We willen kijken of we daarmee in ieder geval in het voorjaar 2000 naar de commissie kunnen komen. Tot slot nog twee onderwerpen. Met betrekking tot de opmerking van de SP het volgende. Over de wettelijke sollicitatieplicht voor vrouwen met kinderen onder de vijf jaar discussieert de Kamer nog. Als dat doorgaat, dan kan het natuurlijk niet zo zijn dat Breda die wettelijke zaak naast zich neerlegt. Aan de andere kant zijn er altijd mogelijkheden om maatwerk te plegen, en ik denk dat we daarvan zeer ruimhartig gebruik zullen maken. Het gaat er juist om, om vrouwen bij de arbeidsmarkt betrokken te houden en het gaat er niet zozeer om, om ze achter de vodden te zitten en allerlei onmogelijke dingen te laten doen, waardoor ze niet voor hun kinderen kunnen zorgen. Ik hoop hiermee mijn inzet duidelijk te hebben gemaakt. De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Ik denk dat duidelijk moet zijn dat er ook sprake is, en dat geldt natuurlijk niet alleen voor vrouwen, van een keuze, in die zin dat kan worden gezegd: ik heb een kind jonger dan vijf jaar en ik wil inderdaad zelf die arbeidsmarkt weer op, of: ik wil zelf voor het kind zorgen. Die keuze zou bij de alleenstaande ouder zelf moeten liggen. Dat is eigenlijk ook wat de gemeente Nijmegen heeft gezegd. Die heeft gezegd: wij kennen die regeling, maar wij kennen ook de mazen in de wet om, waar nodig, daar enigszins onderuit te komen, zodat we niet de plicht aan de alleenstaande ouder hoeven op te leggen om tegen zijn of haar wens te solliciteren. Wethouder HEERKENS Ik begrijp uw inzet, maar mijn inzet is, naar mijn mening, wat genuanceerder. Als het zover is zullen we, denk ik, uitvoering geven aan de wettelijke plicht, maar we zullen daarbij wel zoveel mogelijk flexibiliteit betrachten. Nogmaals, de Kamer discussieert daarover nog steeds. Tot slot wil ik nog ingaan op uw opmerking over de stichting Hergebruik en 't IJ. Wat betreft 't IJ zijn wij in een constructief overleg met de Gaarshof, die dat project doorzet. Op dit moment wordt de nachtopvang met behulp van maatschappelijke opvanginstellingen goed opgevangen. Men ziet ook uit naar en werft nieuw personeel. Dat valt niet mee, maar samen zoeken we naar oplossingen. Daarvoor is nu ook geld uitgetrokken en voor de komende jaren proberen we zo goed mogelijk daarmee verder te gaan. Dat loopt dus. Wat betreft Hergebruik het volgende. U bent niet bijgepraat. Er is wel een brief uitgegaan naar de commissie SAW met de stand van zaken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 434