11 NOVEMBER 1999
436
richting van de commissie WAM, namelijk een gebiedsgericht beoordelingskader, dat zal
moeten worden opgesteld en geaccordeerd door de gemeenteraad, vrijstelling voor kleine
bouwwerken als het gaat om een bouwvergunning et cetera. Als het gaat om
liberalisering en het op een wat andere manier willen omgaan met architectuur, zoals
Remkes en consorten dat willen, dan zou dat, in onze optiek, wat moeten worden
afgezwakt in de richting van verdere democratisering en openheid bij het proces waarmee
burgers, en ook instellingen en bedrijven, vaak te maken krijgen.
De heer MEEUWIS
De lastendruk blijft voor ons, en gelukkig ook voor anderen, toch altijd een belangrijk
punt, en ik wil daar nog even op ingaan. Het antwoord dat 4,5% landelijk een prima
gemiddelde is vind ik op zich niet in lijn met pagina 1 van de Stadsvisie, waar ik lees dat
het onze ambitie is om ambitieus te zijn. De driehonderdste en nog wat plaats is, wat ons
betreft, niet enorm ambitieus, maar lekker in de middenmoot. Wat dat betreft zou er wat
Wethouder VAN OS
Maar zoveel gemeentes zijn er niet meer, dat u in die zin nog over de middenmoot kunt
spreken.
De heer MEEUWIS
Maar de lat kan altijd hoger of lager.
Wethouder VAN OS
Dat kan, maar dat heeft ook te maken met de financiering van onze ambities.
De heer MEEUWIS
Dat begrijp ik. Maar dat zal hieruit niet mogelijk zijn, vrees ik.
Wethouder VAN OS
Toch zou u ook naar de structurele effecten van dit soort onderwerpen moeten kijken.
De heer MEEUWIS
Als ik kijk naar de vragen die wij hebben gesteld, dan moet ik helaas vaststellen dat de
belangrijkste niet is beantwoord. Ik zal die vraag nog een keer stellen. Datgene wat wij in
ons betoog hebben aangegeven, en misschien ben ik niet duidelijk geweest, ik hoop dat
het daaraan ligt, is het volgende. Wij zijn het er allemaal over eens dat de visie die op tafel
ligt belangrijk is. Met betrekking tot de praktische uitvoerbaarheid van de daarin
verwoorde ambities vragen wij ons af of het college, met in het achterhoofd dat wij recent
uitgevoerde projecten toch als minder hebben gekwalificeerd, het gevoel heeft dat het
allemaal wel snor zit. Kunnen we die over de volle breedte, klein en groot, de integrale
aanpak en de uitgebalanceerde ontwikkeling van Breda in de vorm die wij wenselijk
achten met vertrouwen tegemoet zien? Daar zou ik graag
De heer SCHRODER
Bij interruptie. Het college legt aan deze raad een begrotingsvoorstel voor en legt
daarmee eigenlijk ook aan de fractie van de VVD de vraag voor, of dat voorstel in de visie
van de VVD eigelijk wel snor zit. U kunt die vraag dus niet terugspelen. Of u vindt het
snor, en u bent voor deze begroting, óf u vindt het niet snor, en als u twijfelt dan stemt u
tegen. Zo moet u het doen.
De heer MEEUWIS
Wij hebben de begroting als zodanig als goed beoordeeld. Dat heeft u niet gehoord. De
begroting gaat niet zo ver als de visie, die is vastgelegd. Onze vraag is, en dan kijken wij
heel concreet naar een aantal projecten die in het verleden zijn gedaan, ik heb daarvan
enkele voorbeelden gegeven en ik ga die nu niet nog eens herhalen, of er, en dat hoor ik
graag van het college als aanvulling op datgene wat ik in de begroting, in de Stadsvisie en