23 DECEMBER 1999
512
hield zich vooral bezig met de HSL/A16, de spoorzone en de positie van de land- en
tuinbouw. Hij wekte met zijn kennis van zaken alom bewondering, staat in mijn stukken,
dus dat zal echt waar zijn. Hij heeft veel goeds gedaan op het terrein van de ruimtelijke
ordening. Vanwege privéomstandigheden vertrekt hij naar Culemborg. Wij betreuren dat
ten zeerste, maar wij respecteren overigens zijn beslissing en wensen hem al het goede. Hij
kwam te laat, hij ging te vroeg. Hij beheerste binnen de kortste keren het politieke
handwerk, kende zijn dossiers en had geen last van een inwerkperiode. Dat is tegelijkertijd
ook één van de redenen van het vertrek, want je gewone werk als organisatieadviseur
slokt je al helemaal op en de tweede klus, het raadswerk, wilde je minstens net zo goed
doen. Dat kost zoveel energie en tijd, dat lukt bijna niet. Dank voor je inbreng, en we
wensen je het allerbeste. Vervolgens heb ik, en dat is mijn tweede punt, nog een korte
beschouwing. Aan het eind gekomen van de laatste raadsvergadering van het tweede
millennium in Breda lijkt het me juist en passend een korte beschouwing te houden. Toen
het huidige millennium begon woonden op de hogere zandgronden rond de Mark en de
Aa al mensen, die echter nog niet konden weten dat ze in een toekomstige stad met
karakter vertoefden. Maar ongetwijfeld hebben zij dat vermoed. Want waarom waren zij
hier anders neergestreken? De naam Breda wordt pas in 1125 voor het eerst vermeld, dus
echt in het afgelopen millennium. Princenhage zien we verschijnen in 1198, Ginneken in
1246, Ulvenhout in 1277, Bavel in 1299 en Teteringen in 1303. Ik zeg het wat zachter,
Prinsenbeek in 1951 en Breda '97 in 1996. De stadsrechten worden in 1252 verleend,
binnenkort is dat750 jaar geleden Breda wordt door de Hertog van Brabant als
heerlijkheid verkocht aan Jan van Polanen, wiens dochter Johanna in 1404 trouwt met
Engelbrecht van Nassau. Niemand zal, denk ik, weten dat het monument tussen het
station en het Valkenberg in 1904 als 500-jarige herdenking van dat gebeuren door
koningin Wilhelmina is ingehuldigd. Misschien een feit om in 2004 nog eens even te
herdenken. Met dat huwelijk zetten de Nassau's voor het eerst voet op Nederlandse
bodem. Zij wisten wel waar het goed wonen, leven en werken, nou ja werken, was buiten
Dillenburg. De Nassau's stegen in aanzien en verwierven aan het begin van de 16de eeuw
het Prinsdom Oranje en behoorden tot de machtigste adel in het rijk van Karei V. Doordat
de revolte tegen het Spaanse gezag stagneert in een front dat net ten zuiden van Breda
ligt, wordt in Münster in 1648 besloten een scheiding van de lage landen in een republiek
en een Spaans België te realiseren. De stad Breda heeft erg veel geleden van die
frontpositie: zevenmaal veroverd en weer bezet, denk aan het Turfschip. Intussen wordt
Willem van Oranje vermoord, terwijl Breda, zijn woonstede, is bezet, en wordt hij
noodgedwongen begraven, waar hij toen vertoefde. Hetzelfde overkomt Maurits, en dan
is hun traditie van de bijzetting van de Nassau's in het mausoleum, de Grote of Onze
Lievevrouwekerk in Breda, gebroken. Na 1648 is Breda grensstad. Hazeldonk is er nog niet.
De stad ligt in de periferie van de republiek en holt achteruit. Pas als die grens materieel
verdwijnt, pakweg nu 15 jaar geleden, veert de stad als een phoenix op uit zijn asse. Breda
heeft twee bloeiperiodes gekend in dit millennium. De eerste periode is de 15de en 16de
eeuw, wanneer het paleis van de Nassau's wordt opgericht, het mooiste renaissance paleis
boven de Alpen. De tweede periode beleven we nu, als de stad zich karaktervol opmaakt
om het volgende millennium binnen te stappen met de restauratie van de kerk en het
oude centrum, het Valkenberg, de bouw van theaters, stadskantoren, zwembaden en
andere evenementengebouwen, zichtbare en onzichtbare infrastructurele verbindingen,
herstel van historische missers en booming van bedrijven en dienstverleners die dit
centrum voor Europese dienstverlening wel weten te vinden. Lag de stad de laatste 400
jaar aan de rand van het land en waren we georiënteerd op en afhankelijk van de
randstad, thans zouden wij die randstad moeten beschouwen als de periferie en Breda als
een knooppunt van verbindingen, waarvan die van en naar de randstad er één is, naast die
uit het noorden en het centrum van ons land en die van en naar Antwerpen, Brussel, Gent,
Lille, Calais, Londen en Parijs. Het is straks bepaald niet ondenkbeeldig dat Breda een
goede aanvulling wordt op het Europees hoofdstedelijke Brussel, zeker waar Antwerpen
daarnaar niet lijkt te kandideren. Laten wij ons realiseren dat onze stad ooit was
voorbestemd om Hofstad van de Staatse Nederlanden te worden. De afloop van de 80-
jarige oorlog heeft dat verhinderd. In 1798 misten we de hoofdstedelijke status van de
gloednieuwe provincie Noord-Brabant. Niets houdt ons thans tegen de historische