25 FEBRUARI 1999
56
De VOORZITTER
Luistert u eens even.
De heer LEUNISSE
een telefoonnummer. Mag ik even mijn verhaal afmaken, voorzitter?
De VOORZITTER
Wij hebben het nu over de vaststelling van de notulen. Wat is er fout aan deze notulen?
Dat is de vraag waarover het nu gaat.
De heer LEUNISSE
Mijn opmerking is naar aanleiding van.
De VOORZITTER
Daarover gaat het nu niet.
De heer LEUNISSE
Dan kom in dadelijk in de tweede termijn bij u terug, naar aanleiding van.
De VOORZITTER
Wij hebben geen naar aanleiding van de notulen. Wij hebben het over de vaststelling van
de notulen.
De heer LEUNISSE
Het gaat er in ieder geval om dat deze zaak niet goed is afgehandeld. En de heer Wijers
vraagt alsnog een reactie.
De VOORZITTER
Mijnheer Leunisse, ik heb u gezegd dat u antwoord krijgt binnen de daarvoor gestelde
termijn, en die termijn is nog niet om.
De heer LEUNISSE
Ik vind het schandelijk.
De VOORZITTER
Wij houden ons aan het reglement.
Akkoord.
De VOORZITTER
Mededeling van ingekomen stukken
De heer BOER
Mijn excuses dat ik wat later was, maar ik werd op het laatste moment gebeld door
mensen die vroegen waarom ze geen Stadsblad kregen. Dus daarop moest ik
antwoorden.
Wethouder VAN OS
Dan had u dinsdag bij de commissie moeten zijn, mijnheer Boer.
De heer BOER
Heeft u ze daarna dan verstuurd?
II. MEDEDELING VAN INGEKOMEN STUKKEN.