25 FEBRUARI 1999 57 Akkoord, met de stukken onder A. en D. 21. AANVULLEND KREDIET VOOR DE UITBREIDING VAN DE SPREEKHOORN. Akkoord. 22. NIEUWE VORM GEMEENTELIJKE SAMENWERKING. De heer DUBBELMAN Ik kan kort zijn in vervolg op de goede discussie in de commissie Algemene Zaken. Wij willen hierover nog een enkele opmerking maken, omdat we met de opheffing van het Stadsgewest en daarvoor in de plaats een nieuwe vorm van gemeentelijke samenwerking, een hele belangrijke mijlpaal zullen bereiken. Ik zal het verleden niet gaan memoreren, waarin men zelfs hoopte dat het Stadsgewest een miniprovincie West-Brabant zou worden. In het verleden is daartegen met name van CDA-zijde in het kader van de Brabantia Nostra-gedachte verzet gerezen en wij zijn buitengewoon blij dat na de opkomst en de groei nu de periode van omvorming is aangebroken. Wij kunnen leven met de opheffing van het Stadsgewest Breda. Daarvoor in de plaats kunnen wij de nieuwe vorm van gemeentelijke samenwerking accepteren. Wij beseffen daarbij dat het een compromiskarakter is geweest. U weet dat van CDA-zijde altijd een buitengewoon licht, transparant bureautje is voorgestaan, dat je als het ware niet kon zien. Wat dat betreft had de VVD een wat zwaardere aanzet in gedachten, maar wij kunnen goed ermee leven dat het niet alleen gaat om het Bredase belang, maar dat hier een compromisoplossing is gevonden, waarin alle deelnemers zich kunnen vinden. Ik complimenteer daarbij in het bijzonder de voorzitter van het Stadsgewest voor zijn bijdrage aan dat compromis. Ook wil ik de rol van de ondernemingsraad daarbij met nadruk vermelden. Die heeft constructief meegedacht, want wij kennen voorbeelden waarbij een ondernemingsraad op een heel andere manier dit soort processen kan begeleiden en zelfs kan doen stranden. Wij kunnen al met al volledig instemmen met dit voorstel. De heer TAKS Het was een hele korte terugblik, die de heer Dubbelman gaf over de geschiedenis van het Stadsgewest. Hij gaf even de hoogtepunten en de ambities aan en de wens om tot een miniprovincie te komen. Dat waren mooie tijden, mijnheer Dubbelman. U begrijpt dat ik met enige weemoed aan die tijd terugdenk. Als je zoveel jaren de gemeente Breda in de gewestraad hebt mogen verdedigen neem je met pijn afscheid, alhoewel de laatste tijd het gevoel mij begon te bekruipen dat die tijd echt wel voorbij was voor het Stadsgewest. Een slechte vergaderopkomst, geen echte strijdbaarheid meer bij de afgevaardigden van de diverse gemeenten. Wat betreft het voorstel zoals het nu voorligt, het volgende. De opheffing van het Stadsgewest Breda heeft wat de VVD betreft altijd een tweetal voorwaarden gekend. In de De VOORZITTER Ik heb even iets gemist, maar ik probeer de Parel van het Zuiden bij de les te krijgen. De heer TAKS Ze blaken van strijdlust kennelijk, met het oog op de komende verkiezingen. Maar ik denk dat ook De VOORZITTER Kunt u het laatste nog even herhalen?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 57