25 MEI 2000 117 om de discussie van bijna twee uur in de commissie over te doen. De motie spreekt voor zich. Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE Bij interruptie. We spreken hier over een accentverschuiving. De groep van 0 tot 6 jaar zal extra aandacht krijgen. Dat andere groepen ook aandacht nodig hebben en dat dat blijvend zal zijn, ontken ik niet. Maar als je over een accentverschuiving praat, dan wil dat zeggen dat, wanneer je de aandacht bij die groep legt, we dan hopen dat dat ook doorwerkt, en dat op den duur voor een aantal groepen die aandacht minder en misschien op een gegeven moment niet meer nodig zal zijn. Ziet GroenLinks dat ook zo, of denkt u daar anders over? De heer SCHELTENS U zegt het eigenlijk zelf al, mevrouw Boidin, dat het op den duur zo zou kunnen zijn dat het op de groepen, die buiten die categorie vallen, ook al effect heeft. Maar wij denken, als je nu de accentverschuiving niet vergezeld laat gaan van extra middelen, dat dan de aandacht voor de groepen die die aandacht ook nodig hebben gewoon wegvalt. En dat komt dan door de beperkte financiële middelen. Als na een aantal jaren de voorschoolse periode zo veel aandacht krijgt dat de problemen kleiner worden, dan kun je zeggen: er zijn geen extra financiële middelen meer nodig. Maar wij denken dat in de over schakelingsfase, waarin deze accentverschuiving gaat plaatsvinden, daar waar nodig extra middelen gewoon moeten worden gewaarmerkt. De VOORZITTER Door de fractie van GroenLinks is een motie ingediend. Deze voldoet aan de formele vereisten, is voldoende ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen. De door de heer Scheltens, namens de fractie van GroenLinks, ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (1) De leden van de raad der gemeente Breda, gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Breda; stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van de Uitwerkings notitie en bestedingsplan onderwijskansenbeleid 2000-2001; overweegt als volgt: 1. dat er sprake is van een zeer brede problematiek binnen dit beleidsterrein; 2. dat concrete oplossingen zeer moeilijk te realiseren lijken en blijken te zijn; overweegt voorts: 1. dat het onderwijskansenbeleid voor alle leeftijdsgroepen moet worden voortgezet en waar nodig uitgebreid; 2. dat in steeds bredere kring wordt uitgegaan van de noodzaak achterstanden al in de voorschoolse periode te bestrijden; besluit:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 117