25 MEI 2000
124
woordiging van het OOB daarbij te betrekken, omdat dat breder is dan alleen de
Ouderenbonden en zij ook gevraagd en ongevraagd advies kunnen geven. Ik denk toch
dat het een andere zaak is. Bovendien hebben wij de Participatieraad op zich niet
vanwege het dubbele lidmaatschap afgewezen, we hebben daarover in de commissie
gediscussieerd, maar om inhoudelijke redenen. De Participatieraad gaat, en u steunde dat
ook, over de Algemene bijstandswet. Omdat die op zich geen directe relatie heeft met de
Wvg, hebben we gezegd dat we het ook niet juist vinden om de Participatieraad als
zodanig vertegenwoordigd te laten zijn. Ik heb dat met de begeleidingscommissie
besproken en ik heb daarop vanuit het Ouderenoverleg en de Ouderenbonden geen
reactie of bezwaren ontvangen. Ik denk dat het dus wel degelijk wat anders is, en ik hoop,
u heeft mij daartoe ook uitgenodigd, dat ik u er toch van heb kunnen overtuigen om het
OOB niet uit te sluiten en dus te handhaven in de begeleidingscommissie, omdat ik denk
dat dat voor het OOB heel belangrijk is. Ik wijs daarom uw amendement af.
TWEEDE TERMIJN
De heer SCHRODER
Dan moet ik het amendement toch indienen, simpelweg omdat, wat ons betreft, een vaste
adviescommissie van raad en college niet altijd zo nadrukkelijk bij de voorbereiding van
beleid betrokken hoort te zijn. Dat is inderdaad principieel. Op het moment dat wij vragen
om adviescommissies die ons en het college kunnen adviseren, gevraagd of ongevraagd,
kan het toch moeilijk zo zijn dat die al in een veel eerder stadium betrokken zijn bij de
beleidsontwikkelingen. Dat is voor mij zo volstrekt helder.
Wethouder VAN OS
Bij interruptie. Eén van de doelstellingen van het nieuwe overlegplatform met de ouderen
was juist in een vroegtijdig stadium bij de beleidsontwikkeling betrokken te zijn. In die
opstelling klopt datgene wat u nu stelt niet.
De heer SCHRODER
In die zin dat, op het moment dat je zegt: hier gaat het om een begeleidingscommissie
Wvg en daarbij hebben ook de Ouderenbonden en Ouderengroepen belang, maar
daarvoor hebben wij een Adviesraad die dat juist vanuit een specifieke optiek van het
ouderenbeleid ook nog eens kan beoordelen en daaromtrent kan adviseren. Dan is het
maar de vraag of dat onafhankelijk genoeg kan gebeuren, als men al bij die beleidsvoor
bereiding betrokken is geweest. Wat ons betreft ligt het vrij principieel dat je die functies
uit elkaar haalt. Wij zullen niet zeggen dat je de groepen niet zo vroeg mogelijk bij het
beleid moet betrekken, want dat is onder meer de bedoeling van het instellen van die
begeleidingscommissie. Maar je moet er vanuit een andere hoek nog eens fris naar laten
kijken, en dat kan inderdaad specifiek vanuit de ouderenproblematiek zijn. Dat mag ook,
want de Participatieraad kan straks weer gevraagd of ongevraagd reageren op voorstellen
die hier worden ontwikkeld. Dat vind ik gezond, dan kun je fris blijven kijken, en het
houdt de politiek en het college scherp als dat op deze manier gebeurt. Als alles een brij is
van beleidsontwikkelingen en vormgeving met uiteindelijk ook weer daaromtrent
adviseren, dan leidt dat uiteindelijk tot een stramien van besluitvorming naar de raad toe,
waarbij alle controlemechanismen, die je eigenlijk nodig hebt om scherp te blijven in dit
politieke bedrijf, vervallen. Ik zou hiervoor graag steun krijgen. Ik dien het amendement
bij dezen in, voorzitter.
De VOORZITTER
Door de fractie van GroenLinks is een amendement ingediend. Dit voldoet aan de formele
vereisten, is voldoende ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen.
Het door de heer Schroder, namens de fractie van GroenLinks, ingediende amendement
luidt als volgt: