25 MEI 2000 146 De heer SCHRODER Met betrekking tot het wild kamperen heb ik gevraagd om een gastvrije stad te zijn. Dan zou je kunnen zoeken naar een locatie waar zo'n tijdelijk verblijf kan plaatsvinden, dat voldoet aan de voorzieningensfeer, de facilitaire sfeer waarmee je de overlast zoveel mogelijk kunt terugdringen. De argumentatie wat betreft de EK en wild kamperen kunnen wij op zich billijken, hoewel ik wel wijs op andere steden en kleinere plaatsen die zeggen: we hebben heel aardige ervaringen om juist bij evenementen wild kamperen toe te staan, omdat dat tot veel minder daadwerkelijke overlast op gemeentegrond leidt dan wanneer we dat gaan concentreren. Dus in die zin zou het tegendeel ook waar kunnen zijn. Ten aanzien van de Wet bestuurlijke ophouding het volgende. Deelt u mijn opvatting dat het bestaande instrumentarium voldoende is? Ik begrijp dat de wetgever deze mogelijkheid biedt, maar ik geef duidelijk aan dat het instrumentarium er al is. Wat moet die mogelijkheid extra toevoegen? U legt mij dat niet uit. Ik vind dat het uw taak is, als verdediger van dit voorstel, om goed uit te leggen waarom die mogelijkheid extra nodig kan zijn. Het argument kan niet zijn dat hierin een stukje rechtsbescherming zit, want daarvoor voer je geen beperkende regels in, beperking in vrijheid van beweging voor burgers. Die voer je niet in omdat zij dan een goede rechtsbescherming hebben. Dus als je zegt: we hebben dit instrument nodig als aanvulling op een leemte in onze bestuurlijke mogelijkheden, dan moet u mij op dat punt overtuigen. En dat heeft u nog niet gedaan. De VOORZITTER Dat komt ook omdat u mij daar niet naar heeft gevraagd. U heeft stellingen geponeerd in uw eerste termijn en ik heb reeds aangegeven dat we op dat vlak van mening verschillen. Het bestaande instrumentarium lijkt voldoende. Laten we hopen dat we dat ook de komende periode niet nodig hebben. Maar via dit raadsvoorstel probeert het college de extra mogelijkheid die ons wordt geboden open te houden, als mogelijkheid en als instrumentarium voor de burgemeester om vrij snel te kunnen reageren op dit soort excessen en om vrij snel ook dit soort groepen op een bepaalde locatie op te houden. En dat is als zodanig een wezenlijk verschil met het instrumentarium waarop u doelt, bijvoorbeeld de noodverordening. Ik ben het met u eens dat wij een gastvrije gemeente moeten zijn rondom het wild kamperen en dat wij dat zijn ten aanzien van de mensen die richting onze stad komen. Maar mogelijkerwijs kan het zijn dat ten tijde van zo'n evenement mensen her en der hun tentje opslaan, en dat is ongewenst. Het college is voornemens, en die mogelijkheid hebben we al als zich massale bewegingen rondom wild kamperen voordoen, om via een verordening ruimte te bieden aan die mensen. Op deze manier willen we het echte wild kamperen, dus het zo maar her en der in de stad tentjes opslaan, zien te voorkomen. In dat kader maken we van die gelegenheid tevens gebruik om ook de rondtrekkende zigeuners de wacht te kunnen aanzeggen. Tot zover de tweede termijn van mijn kant. Ik ga over tot besluitvorming. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van GroenLinks geacht wenst te worden tegen de punten 2 en 3 van het besluit te hebben gestemd. 92. ACTIEPROGRAMMA RUIMTE VOOR ECONOMISCHE ACTIVITEITEN. De heer TAKS De groei van de werkgelegenheid in Breda blijft al een aantal jaren achter bij het landelijk gemiddelde. Daaraan zijn we recent weer eens herinnerd door een onderzoek van de Universiteit Nijenrode. De hoofdoorzaak daarvan is gelegen in de ruimtenood waarmee onze stad tot de gemeentelijke herindeling te kampen heeft gehad. Er was jarenlang sprake van onvoldoende mogelijkheden om aan de vraag naar bedrijventerreinen te voldoen. Dat heeft geleid tot een stuwmeer van aanvragen en de achterstand kan slechts op de langere termijn worden ingelopen. Het wegnemen van die rem op de economische ontwikkeling vraagt om een intensieve aanpak bij het scheppen van ruimte voor economische activiteiten. De voorliggende nota geeft de werkwijze aan, die moet worden gevolgd om de doelstelling te bereiken, en die heeft onze instemming.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 146