30 MEI 2000 182 Voor de collegepartijen is dit niet zo'n punt. Die volgen klakkeloos. Maar voor ons is dat wel een punt, zeker omdat wij als tweede hoofdpunt van ons beleid de 'openheid' en de overzichtelijkheid van alle gegevens eisen. Door uw overgrote meerderheid in deze raad hoeft u met ons echter geen rekening te houden. Daartegen kunnen wij ons niet verzetten. Wij kunnen hooguit constateren dat u daarmee ook lak heeft aan de burgers. Want zij kunnen deze Kadernota zeker niet volgen. Maar ja, wie praat er twee jaar vóór de verkiezingen nu over de burgers? Die komen pas in 2002 weer aan de beurt. Dat is immers uw idee van democratie. Voor u bestaat de democratie maar 12 uur per vier jaar. Dat is 3 uur per jaar of 30 seconden per dag. Dat is bijna niets en staat haaks op ons idee van een 24-uursdemocratie, waarbij de burger op elk moment van de dag zijn of haar mening mag zeggen over raadsvoorstellen. Die mening staat dan aangegeven op een groot elektronisch scorebord in de raadzaal en het stemgedrag van de partijen wordt daarnaast gezet. Na vier jaar worden de uitslagen daarvan ter inzage gelegd of gratis aan belanghebbenden verstrekt. Op basis daarvan kan de burger dan kiezen. Dat is ons idee van democratie. Medezeggenschap vanaf het begin, openheid en een goede klachtenregeling. Wat dit college doet, lijkt daar niet op en is alleen arrogantie van de macht. Maar de tijden zullen veranderen en wij zullen gelijk krijgen. Tot zolang kunnen wij u alleen maar kritisch volgen en waar nodig, en dat is vaak, tegenstemmen. Zo hebben wij ook tegen de Jaarrekening van 1999 gestemd. Het blijkt dat de dienst RME, en het Grondbedrijf in het bijzonder, zich volledig onttrekken aan de financiële controle en van de MARAP's een farce hebben gemaakt. U kunt met dit aparte en arrogante koninkrijk binnen het ambtelijk apparaat leven. Wij vinden het onaanvaardbaar. Zeker ook omdat Wethouder VAN OS Gelukkig dacht de accountant daar ook anders over, mijnheer Leunisse. De heer LEUNISSE Dat weet ik. Wij vinden het onaanvaardbaar. Zeker ook omdat de afbraak van Het Turfschip, en het tegen de zin van de meerderheid van deze raad maar blijven hameren op een leisurepark, uit de hoed van de dienst RME komt. Natuurlijk onder politieke verantwoordelijkheid van wethouder Gielen. Maar heeft hij echt greep op de dienst RME en het Grondbedrijf? Als dat zo is dan moet wethouder Gielen ook de verantwoordelijkheid nemen voor het feit dat er tussen de MARAP van september en de rekening 1999 van de dienst RME een verschil zit van 14,5 miljoen. Een teken van onvoldoende management waarover zelfs de accountant zijn afkeuring uitsprak. En dat wil toch wel wat zeggen. Wethouder VAN OS Dit is volstrekt onjuist, mijnheer Leunisse. De heer LEUNISSE Het totale verschil van alle diensten bedroeg 32,5 miljoen. Als er binnen drie maanden dat soort verschillen ontstaat, wat is dan de waarde van deze Kadernota die pas weer over een halfjaar wordt bekeken? En wat blijft daarvan over bij de rekening 2001? Geen wonder dat u de controle dan zo vaag moet houden. Dat is een teken van onmacht. U heeft geen greep meer op de zaak. Op papier kan dat nog enigszins zo lijken, maar als de rekening komt, blijkt dat u er tientallen miljoenen naast zit. U zult moeten toegeven dat dit een teken is dat u geen greep heeft op het doen en laten van het ambtelijk apparaat. En dat is wat wij al jaren roepen. De ambtenaren maken in Breda de dienst uit en dit college volgt. Wij hebben daar ook andere voorbeelden van. Enige maanden geleden waren wij aanwezig bij een voorlichting aan de burgers van Bavel over de grote nieuwbouwplannen. Na een onduidelijke inleiding van wethouder Van Beusekom mocht een ambtenaar de zaak toelichten. Dat wilde hij doen met behulp van een projectiescherm. Hoewel wij helemaal vooraan zaten, met onze neus op het scherm zogezegd, hebben wij niet kunnen volgen wat die ambtenaar vertelde. De plaatjes op het scherm waren vaag en omdat de ambtenaar geen enkele keer aangaf wat die plaatjes voorstelden, wisten wij absoluut niet waarover hij het had. Dus de burgers in de zaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 182