28 JUNI 2000 215 Wij willen nogmaals, en dat hebben wij ook in de commissie gedaan, onze complimenten uitspreken als het gaat om de wijze waarop dit project met dit resultaat tot stand is gekomen. Ik kijk daarbij naar de procesmatige kant van het project en naar de wijze waarop de aanbesteding heeft plaatsgevonden, alsmede naar de wijze waarop er door het college en door het team van ambtenaren onder leiding van de heer Uithof contact is gezocht met de markt om te kijken wat de mogelijkheden waren om er zoveel mogelijk uit te halen. Daarvoor nogmaals onze complimenten. Naar aanleiding van de ervaring die we met dit project hebben opgedaan wil ik nog de volgende opmerking maken. Er zijn andere grote projecten geweest waarbij het minder goed ging, bijvoorbeeld Para/Mezz. Er is toegezegd dat we in de commissie Middelen nog een discussie hebben over het onderwerp aanbestedingsprocedures, hoe je daarmee bij grote projecten omgaat en waarbij de positieve ervaringen van dit project in elk geval worden meegenomen. Ook wij kunnen instemmen met de gezamenlijk exploitatie van de kunstijsbaan en het racketcentrum. In de commissie is ook gesproken over de synergie-effecten van het ontstaan van een sportboulevard. Ook wat dat betreft gaan wij akkoord. In de commissie hebben wij nog een opmerking gemaakt over de combikaarten. Anderen spraken daar ook al over. Als je het openbaar vervoer wilt stimuleren, het autogebruik wilt terugdringen en de sportboulevard bereikbaar wilt houden voor mensen van buiten de regio dan zul je moeten kijken of er met de BBA afspraken kunnen worden gemaakt over combikaarten. Met betrekking tot de exploitatie het volgende. Wij hebben altijd onze zorg uitgesproken over de exploitatie van een dergelijke ijsbaan, maar die is met dit voorstel volledig weggenomen. De heer KWISTHOUT Het is niet ongebruikelijk bij de behandeling van de raadsagenda dat bepaalde punten worden samengenomen en samen onderdeel zijn van de besluitvorming. Uiteraard is dat een goede zaak. Het is echter niet mogelijk dat een voorstel wordt opgesplitst en dat zaken afzonderlijk ter besluitvorming worden voorgelegd. Ten aanzien van dit agendapunt vindt onze fractie dat erg jammer, want wij zien hierin twee zeer belangrijke punten. Enerzijds de realisatie van de ijsbaan met gemeenschapsgeld waar wij uiteraard voor zijn en het college in steunen en anderzijds de manier van exploitatie waarin wij het college niet kunnen volgen. De exploitatie door de gemeente zelf, zo hebben wij het in de commissie verwoord, betekent voor ons dat je de exploitatie en de keuzes die je daarbij maakt onder democratische controle houdt dan wel brengt en dat die ook regelmatig toetsbaar zijn. Dat wil zeggen dat je over de exploitatie en over de gevolgen van de exploitatie iedere keer democratisch beslist. Je stelt je daarbij de vragen: moet die ijsbaan winst maken, kunnen we quitte spelen of mag er van gemeentewege zelfs een subsidie bij om bijvoorbeeld de prijzen laag te houden? Wat de technische exploitatie betreft is er voor ons geen principieel verschil tussen een particulier en een gemeente. Ook deze exploitant heeft de technische expertise niet in huis om een ijsbaan draaiende te houden. Aan de andere kant kan de gemeente, als dat gewenst is, reclame maken om meer mensen naar de ijsbaan te trekken. Een principieel verschil is dat een exploitant winst moet maken en dat de gemeente andere prioriteiten kan stellen. Die kan er bijvoorbeeld een flink subsidie op zetten. Er wordt dan geen winst gemaakt, maar de prioriteit is dat de prijzen laag blijven. Ons standpunt, en wij hebben dat in de commissie al uitgebreid verwoord, luidt: realisatie akkoord, exploitatie niet akkoord. De heer LEUNISSE Ik ga de commissie niet overdoen. Ik heb twee kleine aandachtspunten. Er werd al snel geroepen: succes kent vele vaders. Wij vroegen ons toen hardop af: wie zijn die vaders of moeders dan wel? Voor ons is er maar één vader, en dat zijn de schaatsverenigingen die het geduld hebben gehad en de behoedzaamheid van de raad hebben aanvaard. Zij hebben zeer lang moeten wachten, maar zij worden nu beloond De VOORZITTER Dat was de moeder. De heer LEUNISSE De moeder. U mag het zeggen zoals u dat zelf wilt. Maar mijn betoog komt erop neer dat het uitsluitend de schaatsverenigingen zijn die al die eer toekomt. De Parel wil hen daarmee van harte feliciteren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 215