28 JUNI 2000
225
De heerSCHELTENS
Ik combineer het en dan komt er één stemverklaring. Ik zou willen dat anderen dat ook eens
wat vaker deden. Dat bespoedigt de vergadering. Het is alleen maar een constructieve bijdrage.
In het Stimuleringsplan wordt gesproken over een groei van 5% en wij zitten op een daling van
2,5%. De realiteit is weerbarstiger dan de plannen. Ook bij deze plannen wordt steeds verwezen
naar het Verkeersplan en naar de nota Openbaar Vervoer. Wij wachten daar nog steeds op.
Datgene wat ook ontbreekt, en ik vrees dat we daar nog veel langer op moeten wachten, is in
onze ogen een echte visie op het gebied van openbaar vervoer. Wat willen wij nou echt
bewerkstelligen met het openbaar vervoer en wat hebben wij met zijn allen daarvoor over? Het
landelijk subsidiebeleid beloont je als het ware met meer financiële middelen bij meer reizigers.
In het geval van Breda werkt dat dus rampzalig uit, en wij hebben dat eerder gesignaleerd. Er is
sprake van een dalend aantal reizigers, dus, als we niet uitkijken, van dalende subsidies. Wij
hebben al eerder gezegd: zo kom je in een neerwaartse spiraal en dat is niet de bedoeling.
Breda moet de service vergroten, klantgerichter gaan werken, nieuwe doelgroepen zien te
benaderen en de kwaliteit opschroeven. De kosten gaan bij deze zaken voor de baten uit, zeker
gekoppeld aan het eerder genoemd landelijk subsidiebeleid. Dus Breda moet gewoon meedoen
en desnoods ook meer middelen inzetten. Omdat er sprake is van enkele kleine verbeteringen
en enkele schuchtere pogingen ter stimulering van het openbaar vervoer is GroenLinks, ondanks
deze kritiek, toch voor beide voorstellen. Alles ten faveure van het openbaar vervoer verdient
immers onze steun.
De VOORZITTER
Voor de goede orde meld ik nog even dat we de voorstellen onder de agendapunten 118 en 119
gecombineerd behandelen.
De heer SCHREINER
Ik was dat ook al van plan en de wens van de heer Scheltens wordt daarmee, wat ons betreft,
vervuld. Beide stukken getuigen van een voorzichtige poging om het openbaar vervoer
enigszins in de lift te krijgen. De doelstelling zou eigenlijk moeten zijn dat niet alleen degenen
die gebruik móeten maken van het openbaar vervoer dat doen, maar ook degenen die daarvan
gebruik kunnen maken. Openbaar vervoer zal moeten groeien naar een imago van een snelle,
betrouwbare, schone en veilige vorm van binnenstedelijk vervoer wil het een werkelijk
alternatief voor de auto zijn. Het doet ons deugd dat nu in ieder geval de vakantieregeling is
bekort. De plannen die in het Stimuleringsplan zijn aangekondigd lijken ons zeer de moeite van
het proberen waard. Het is een interessante besteding van het stimuleringsbudget, mits er
heldere conclusies uit kunnen worden getrokken. Daarvoor is het eerst nodig de doelstelling
goed te formuleren. Het geschatte effect van 5,5% meer reizigers en een vermeerdering van de
inkomsten met 5% vinden wij nogal nattevingerwerk. Wij blijven in dit kader nieuwsgierig naar
de nota Openbaar Vervoer waarin, naar wij aannemen, ook deze ideeën een plaatsje zullen
krijgen.
De heer KWISTHOUT
De huidige dienstregeling wordt slechts op een aantal kleine punten aangepast. De SP-fractie
vindt deze aanpassingen onvoldoende. Ik noem een aantal kleine punten van kritiek,
bijvoorbeeld de slechte aansluiting op de laatste treinen en de matige voorziening voor de
omliggende dorpen. Er is, en de heer Scheltens heeft dat ook al gesteld, geen structurele
aanpak om mensen uit de auto en in de bus te krijgen. Het is nu eenmaal zo dat je de mensen
niet in de bus krijgt als de bus onvoldoende voldoet op het gebied van dienstregeling,
frequentie en tijdstippen van rijden. Nader overleg en heroverweging in onze fractie hebben
ertoe geleid dat wij, in tegenstelling tot het preadvies, alsnog tegen het voorstel zullen
stemmen. Dat geldt ook voor het voorstel onder agendapunt 119.
De heer LEUNISSE
Gisteravond had De Parel een forse aanvaring met een paar partijen omtrent de vraag of de
vereniging Rover wel of niet was geïnformeerd.
De heer DE WERD
Die aanvaring is toch niet uniek, mijnheer Leunisse?