28 SEPTEMBER 2000 310 kunnen kijken hoe we de zaken toedelen. Maar goed, je mag dromen en op weg gaan. Dat zal zeker nog wel een aantal jaren kosten, maar ik denk dat dat eigenlijk uit de vernieuwing van het subsidiebeleid en ook uit dit nieuwe accommodatiebeleid opklinkt. We moeten proberen dit met elkaar te realiseren. Het is nadrukkelijk de bedoeling om ook naar andere accommodaties te kijken, maar dat wordt ook besproken in de nota. Breda '97 wijst op het evenwicht tussen de verantwoordelijkheden van de vrijwilligersbesturen en de gemeentelijke invloed. Ik denk dat de invloed van de gemeente op zich niet zo groot hoeft te zijn, die moet er alleen maar voor zorgen dat de activiteiten ook daadwerkelijk bij de accommodaties kunnen binnenkomen, en daar waar de vrijwilligersbesturen dat nodig vinden hebben we gezegd, dat moeten we nog gaan uitwerken, dat we een ondersteuningspunt oprichten om juist die vrijwilligersbesturen te ondersteunen. Dat is meteen ook een antwoord aan de heer Leunisse. Er worden heden ten dage veel eisen aan vrijwilligers gesteld om een accommodatie goed te besturen. Als je ze daarbij ondersteuning biedt, en ik heb u vaker gewezen op het model van De Drie Linden in Prinsenbeek, dan zou het weieens heel aardig kunnen zijn om gewoon als vrijwilliger mee te doen aan het bestuur van zo'n accommodatie, juist omdat je ondersteuning biedt op een aantal zaken die op bedrijfsmatig gebied liggen, die soms ook heel ingewikkeld kunnen zijn. Dus in die zin is hier niet alleen sprake van invloed maar veel meer van een aanbod voor ondersteuning. De heer Joosse heeft gewezen op een geschikte plek voor jongeren binnen en buiten. Ik zal daarop nu niet ingaan, maar volgens mij kunnen wij daarover hele verhalen met elkaar houden. Het is me in ieder geval wel uit het hart gegrepen dat u dat zo neerzet. Dat wil ik dan wel zeggen. Ook de inzet van Vertizontaal zou gericht moeten zijn op het stimuleren van die activiteiten en het ondersteunen van de burgers daarin. Ais laatste punt het volgende. De Parel van het Zuiden heeft gezegd dat de nota op hoofdlijnen klopt. Dat is dan een heel ander geluid dan in de commissie, maar dat kan. Ik bedoel, daar was uw fractie tegen maar je kunt tot inkeer komen. Op uw motie betreffende de vele eisen die aan vrijwilligers worden gesteld, heb ik geantwoord dat we nou nét in de nota een aantal suggesties doen om de vrijwilligers te ondersteunen, zodat ze kunnen blijven deelnemen aan de besturen van de accommodaties. Dus dan neem ik aan dat u nu ook gewoon akkoord kunt gaan. De heer LEUNISSE Even daarop een reactie. Deze motie is er niet voor niets. Wij vinden dat u nu echt iets te snel gaat, dat u nog iets moet bijschaven aan deze notitie, want wij zien nog steeds niet dat u inderdaad de garantie kunt geven dat die vrijwilligers die taak aankunnen, wat uiteindelijk hierin ligt besloten. Dat is dus een gemis. Wij zijn wel positief over de hoofdlijn maar wij vinden dat u nog iets te vroeg bent met die notitie. De VOORZITTER Mijnheer Leunisse, wij zitten nog niet in de tweede termijn, dus ik begrijp dat u die motie in stand houdt. TWEEDE TERMIJN Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK Ik wil alleen even een kleinigheid opmerken over deze toch wel curieuze motie die in haar eigen staart bijt. Dat gebeurt weieens meer maar dit is zo bijzonder dat ik dit toch even wilde opmerken. U begrijpt dat wij een dergelijk verhaal natuurlijk niet kunnen steunen, dus beschouwt u dat maar als een stemverklaring. Besluitvorming ten aanzien van de motie (5), ingediend door de heer Leunisse namens de fractie van de Parel van het Zuiden, inzake het opdracht geven aan het college om de hoofdlijnen notitie pas aan te bieden als het daarin voorgenomen beleid de hoofdlijn kan garanderen. De motie (5) wordt verworpen, met de aantekening dat de fractie van de Parel van het Zuiden geacht wenst te worden te hebben voorgestemd. Besluitvorming ten aanzien van het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 310