28 SEPTEMBER 2000
325
onmiddellijk invult: dan wilt u zeker een heel goedkoop huis hebben, want daarvan hebben we
er nog genoeg staan, de kwaliteit is niks, maar kwantitatief hebben we er genoeg. Neen, dan
bedoel je dus dat je vraagt naar iemands wensen, of die wens het huren van een woning
betreft, wat men er zelf voor overheeft, hoe je daarbij kunt helpen, en of men misschien ook
een huis kan kopen. Dat is de situatie waar we echt naartoe moeten. Dat zijn de zaken
waarover we degelijk met elkaar moeten praten. Ik zou willen vragen
De heer DE ROOS
Voorzitter, bij interruptie.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
aan de heer Posthuma, of hij ermee akkoord gaat dat we bijvoorbeeld over zo'n stuk een
middag of een avond organiseren en daar een deskundige bijhalen, die alles eens knetterend op
tafel legt en daarmee discussies uitlokt? Ik denk dat dit voor ons allen kennisvergrotend is.
Mijnheer De Roos
De heer DE ROOS
Bij interruptie. Wat ons betreft is dat allemaal prima. U richt zich nu tot de heer Posthuma, maar
u kunt het ook tegen mij zeggen. Ook binnen de GroenLinks-fractie wordt gediscussieerd over
kwaliteit, over de wijze waarop je de woningbehoefte en de woningmarkt optimaal kunt
bedienen, en wat de rol van de gemeente daarin is. Dat is allemaal van belang
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Dan zijn we er.
De heer DE ROOS
Nou, dan zijn we er nog niet, want wij zeggen dus
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Jawel, want dan ga je erover praten.
De heer DE ROOS
verander nou alsjeblieft dat beleid op basis van voldoende gegevens. U vindt die gegevens
voldoende, wij vinden die gegevens niet voldoende. Ik ben in de eerste termijn vergeten te
zeggen dat wij een motie hebben klaarliggen.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Er is toch maar één termijn?
De heer DE ROOS
Die motie is medeondertekend door de heer Kwisthout van de SP en door de heer Van Yperen
van Breda '97. Die motie wordt ingediend ervan uitgaande dat er pas nieuw beleid moet
worden gerealiseerd wanneer er ook genoegzaam nieuwe cijfers zijn.
Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX
Neen, ik denk dat u daar weer verkeerd zit. Het is namelijk zo dat de convenantsperiode
waarover ik net sprak, u had het niet daarover maar ik neem aan dat u daarvan op de hoogte
bent, is afgelopen. Wat we nu doen is het maken van prestatieafspraken met de corporaties,
zoals we dat ook eerder met elkaar hebben afgesproken, namelijk: hoe doe je dat, heb je die
doelgroepen, hoe ga je om met 'sobject'-subsidies, hoe ga je om met kwaliteitsbouw, hoe ga je
om met de wensen? Dat zijn de afspraken die we met de corporaties moeten maken en als die
één op één, gemeente met corporaties, zijn vastgelegd, dan pas kunt u zeggen dat het
veranderd zou moeten worden. Dat is het moment waarop we met elkaar willen spreken. Maar
ik wil met u het volgende afspreken. Die motie moet ik dadelijk nog zien maar dat maakt me
niks uit. Waar het om gaat is, denk ik, dat we met elkaar vruchtbare discussies moeten hebben.
Ik doe dan ook een beroep op u om er ook te zijn, zodat we dat