26 OKTOBER 2000
334
steden dat moeten doen. Voorts ben ik van mening dat we als gemeente Breda moeten kijken,
maar dat kan ook weer op tegenstand stuiten, of we misschien meer pilots moeten aangaan.
Vaak betekent dat echter ook dat je meer middelen moet inzetten. In dat geval zien we elkaar
wel weer. Er zijn heel veel zaken die kunnen, maar nog allemaal in de kinderschoenen staan.
Overigens vind ik dat we nog diverse grote problemen hebben die we moeten oplossen. Ik ben
blij dat wordt gezegd: doe dat. En dat moet je ook doen. Daarnaast zullen we inventief moeten
zijn ten aanzien van datgene wat we kunnen doen. Je moet je overigens ook afvragen in
hoeverre je een groot aantal proeven tegelijk kunt loslaten. Maar daar spreken we nog over.
Akkoord.
176. DIVERSE BEZWAARSCHRIFTEN OP GROND VAN DE ALGEMENE WET BESTUURSRECHT TEGEN
DE VASTSTELLING VAN HET STRUCTUURPLAN BREDA NOORDOOST-TETERINGEN.
De heer FIGLAREK
Inhoudelijk gaan wij hier niet op in, want voorzover dat mogelijk was hebben wij dat in de
commissie gedaan. De commissie voor bezwaar- en beroepschriften heeft zich gebogen over de
ingediende bezwaarschriften die betrekking hadden op dit onderwerp. Naar onze mening
komen de oordelen van de commissie verantwoord over en kunnen wij geen relevante
argumenten aandragen om tegen dit voorstel te zijn. Tijdens de commissievergadering was er
wat verwarring over de verkeersproblematiek. Sommigen spraken daarover. Wij hebben dat
niet gedaan, omdat dit onderwerp nog uitgebreid aan de orde komt. Het CDA zal de
verkeersproblematiek zo verantwoord kritisch mogelijk volgen en wij zullen te zijner tijd een
oordeel geven over het dan voorliggende voorstel. De MER-procedure aangaande de golfbaan
wachten we af. U mag dit zien als een stemverklaring.
De heerSCHELTENS
Ik sluit me aan bij het eerste deel van het betoog van de heer Figlarek. Van diverse kanten
hebben we meer dan duidelijk doorgekregen dat het niet de bedoeling is om inhoudelijk op
deze zaken in te gaan. Wij kijken derhalve alleen naar de woorden van de commissie voor
bezwaar- en beroepschriften en in bijna alle gevallen zijn wij het daarmee niet eens. Wat het
raadsvoorstel betreft zullen wij dan ook tegenstemmen. Datgene wat aan de orde komt is
onder andere de golfbaan. Wij vragen ons nog steeds af of er van uitstel geen afstel komt. In de
commissie heb ik gezegd en ik wil dat hier herhalen dat ons inziens voorlopig een goede naam
voor de golfbaan is: op de lange baan. Dat ligt ook lekker in de mond. Ik hoor de vrouw des
huizes al zeggen: wat gaan we doen amice? En dan zegt amice: ik ga even een balletje slaan op
de lange baan. Datgene wat met betrekking tot de golfbaan verder aan de orde komt is de
MER. Wij vinden dat als die MER wordt gemaakt daarbij ook de verkeersproblematiek, waarvan
wel degelijk sprake is, daar zijn we het allemaal over eens, moet worden betrokken. Ik wil het
volgende nog even opmerken. We hebben begrepen dat ten aanzien van een Vinex-locatie in
Amersfoort is besloten om de zaak op te schorten omdat niet is voldaan aan het invullen en
oplossen van de verkeersproblematiek. Misschien dat dat een goed voorbeeld is dat doet
volgen. Verder willen wij met betrekking tot Breda Noordoost-Teteringen het volgende nog
opmerken. Er is daar ontzettend veel gaande. Wij begrijpen dat men druk bezig is met de
ontwerp-bestemmingsplannen die volgend jaar aan de orde moeten komen en dat er aanpas
sing plaatsvindt van de fasering. Wij zijn langzamerhand toch wel benieuwd naar de stand van
zaken. Wij menen, en ik heb dat besproken met mijn fractie, dat het toch wel tijd wordt om in
de commissie een soort briefing te hebben over de stand van zaken op dit moment. De
afgelopen dagen hebben we van diverse ambtenaren die met deze zaak bezig zijn begrepen
dat zij daar ook zo over denken. Van de voorzitter wil ik graag horen of het klopt dat er op
korte termijn een soort briefing van de huidige stand van zaken Breda Noordoost-Teteringen
plaatsvindt tijdens een van de commissievergaderingen in de komende maanden.
De heer VAN YPEREN
Wij oordelen bij dit agendapunt over ontvankelijk en ongegrond verklaarde zienswijzen en
bedenkingen, waar Breda '97 achter staat en waarvan wij vinden dat ze steekhoudend zijn. Wij
vinden dan ook onze mening niet terug in de besluiten van de onafhankelijke
beroepscommissie. Er blijft nu voor de bezwaarmakers slechts één weg open en dat is de