9 NOVEMBER 2000 358 schoolverlaten en de door bijna alle fracties gememoreerde onderwijshuisvesting. Ook de pilot Brede School is een eerste uitwerking van een visie op onderwijs en opvoeding, waarin de samenhang in aanpak en voorzieningen, en wel in deze volgorde, moeten leiden tot een sluitende begeleiding van jeugdigen en jongeren. Met de anderen ben ik van mening dat ook hier samenwerking van essentieel belang is. De inzet van instellingen voor vernieuwende activiteiten mag bestaande voorzieningen niet in gevaar brengen. Het voor dit doel beschikbare budget kan dit mede voorkomen. De Brede-Schoolontwikkeling zal geruime tijd vergen en heeft een meerjarig kader. Met betrekking tot deze pilot kan ik u melden dat de eerste concrete voorstellen recent aan de regiegroep Brede School zijn voorgelegd en dat ik aanstaande dinsdag in de commissie Milieu en Onderwijs daarop zal terugkomen. Het uitgangspunt voor het Brede-Schoolconcept is de wens, maar vooral de wil van de betrokken instellingen om samen een sluitende aanpak tot stand te brengen. Gezamenlijke multifunctionele huisvesting is daarbij een middel en geen doel. Binnen het herstructureringsproject Heuvel blijkt dat betrokken scholen en instellingen opteren voor een Brede-Schoolconcept. Ik volg deze ontwikkelingen met grote belangstelling en zal bij concrete situaties bezien op welke wijze van gemeentezijde daaraan kan worden meegewerkt met overigens een hele positieve invalshoek. Natuurlijk hebben wij niet over alle delen van het uitgestrekte onderwijsveld een expliciete mening geformuleerd. Ik wil nogmaals onderzoeken in hoeverre het onderwijsveld behoefte heeft aan een meer uitgebreide gemeentelijke visie. Al eerder werd het onderwijs uitgenodigd om met ons een totaalvisie te ontwikkelen. Helaas kwam er geen reactie die zou kunnen leiden tot een gezamenlijke aanpak. Inmiddels heb ik besloten zelf het voortouw te nemen om door middel van een drietal interne, laat ik het maar noemen, brainstormsessies te komen tot een gemeentelijke visie met als uiteindelijk doel om samen met het onderwijsveld te komen tot een gezamenlijk product. Ik ben daarbij een voorstander van een praktische, efficiënte en effectieve werkwijze. Het in deze begroting opgenomen budget voor Weer samen naar school is als een signaal van de extra aandacht voor het speciaal onderwijs en de zorgverbreding. Met betrekking tot een ander belangrijk aspect, ICT in het onderwijs, kan ik u melden dat er in vervolg op de afspraken met de Provincie en de B-5 binnenkort een quickscan zal plaatsvinden binnen het Bredase basisonderwijs. Deze zal de bouwsteen moeten leveren voor de beleidsontwikkeling op dit terrein, die zal verlopen volgens de aangegeven uitgangspunten: praktisch, efficiënt en effectief. Ik ben voornemens de uitkomsten van dit onderzoek met u te bespreken in een werkconferentie begin 2001. Velen zijn ingegaan op de huisvestingssituatie van de scholen. Sinds 1997 ligt de zorgplicht voor de onderwijshuisvesting van de scholen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs bij de lokale overheid. Uit publicaties, onder andere in de Volkskrant van jongstleden zaterdag, blijkt dat een recent onderzoek van TNO heeft aangetoond dat deze overdracht niet de schoonheidsprijs verdient en dat er in een aantal situaties sprake is van uiterst slechte omstandigheden. Gelukkig heb ik zelf kunnen constateren dat de Bredase situatie niet zó ernstig is als soms wordt beweerd, maar ik wil daarbij absoluut niet stellen dat er geen verbeterpunten zijn. Vanaf 1997 is in onze stad over alle huisvestings- voorstellen overeenstemming bereikt met de Schoolraad in het zogenaamde HOOG-overleg. Uitgangspunt voor de daar genomen beslissingen waren en zijn de landelijke wetgeving, de gemeentelijke verordening en de beschikbare budgetten, die samenhangen met het vorig jaar door uw raad vastgestelde rapport Onderwijshuisvesting periode 2000-2010. Mogelijke toekomstige onderwijskundige ontwikkelingen werden destijds buiten beschouwing gelaten. Inmiddels is de discussienota Vierjarenplan Onderwijshuisvesting periode 2002-2005 gezonden aan de schoolbesturen en de Schoolraad, met het verzoek van gedachten te wisselen over de daarin opgenomen voorstellen. Het doet mij genoegen dat de eerste reacties aangeven dat men deze nota serieus neemt, maar dat er wel behoefte is om een aantal zaken nader te finetunen. De heer SCHRODER Bij interruptie. Wordt dit referaat van de heer De Werd namens het college voorgelezen? Ik ken dit college als een college, dat intensief kan ingaan op discussies die door de raad worden opgeworpen en daaraan ook levendig een bijdrage kan leveren. Terwijl wij hier als raad inmiddels zijn afgestapt van het voorlezen van droge teksten, gaat dat ineens van achter de collegetafel gebeuren. Dat lijkt me toch niet een wijze van bejegening van de raad die door ons op prijs wordt gesteld, althans niet door mijn fractie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 358