9 NOVEMBER 2000
397
regel werk bij de inzet van personeel. Wij besteden wel aandacht aan de criteria waaraan deze
moet voldoen: het opvangen van piekmomenten binnen de gemeente Breda als het gaat om de
bezetting van bepaalde plaatsen; als het gaat om het inhuren van bepaalde deskundigheid, die
we maar heel kort nodig hebben en in ieder geval niet structureel in de formatie hebben. De
audit op dit terrein geeft nader inzicht in de overwegingen bij de uitbestedingsopdrachten.
Deze informatie zal zo snel mogelijk in de richting van de Rekeningcommissie komen. Een derde
opmerking is dat de fracties van GroenLinks en Breda '97 elkaar vinden in een soort
overeenstemming over grenzen aan de groei. Ik moet u zeggen dat ik het op zich een aardige
gedachte vind, maar het schetsen van een beeld en het bieden van inzicht in de komende 10 tot
15 jaar als het gaat om de financiën, zijn natuurlijk óók bedoeld om aan te geven waar wel of
niet grenzen aan de groei zitten. Met die bijdrage hoop ik toch ook dat die aanleiding is voor
de fractie van GroenLinks om nog eens goed na te denken over de Begroting, want in üw
bijdrage in de eerste termijn heeft u voor dat element aandacht gevraagd, en dat is wat mij
betreft ook een van de bedoelingen van zo'n overzicht. Maar misschien hebben we het over een
andere groei. Wat betreft de moties het volgende. Het college stelt voor om de motie van de SP
te ontraden. Het college voert op dat terrein een gemeenteraadsbesluit uit. Wij willen wel,
indien de SP daarin is geïnteresseerd, de notulen bij de besluitvorming overhandigen, want die
geven aan op basis waarvan de raad tot dat besluit is gekomen. Dan de moties van de
De heer KWISTHOUT
Bij interruptie. Ik zou de motie willen intrekken als het college het verschil motiveert.
Wethouder VAN OS
Het verschil is gemotiveerd in de beraadsbeslagingen die over dit onderwerp in de commissies
en de raad aan de orde zijn geweest. Dat raadsbesluit wordt door het college uitgevoerd en wij
zijn bereid die notulen aan u te overhandigen. Dan kunt u zelf bepalen of u dat voldoende
onderbouwd vindt.
De heer KWISTHOUT
Die notulen heb ik zelf nog wel.
Wethouder VAN OS
Dat is wel datgene wat er nu aan de orde is. Ik heb de twijfelachtige eer om te mogen ingaan
op de moties van de Parel van het Zuiden. De motie over de burgemeester (motie 3) ontraden
wij. Die over de slogan Stad met Karakter (motie 4) ontraden wij. De motie over de
gemeentesecretaris (motie 5) ontraden wij. De tekst van zijn interview was vooraf bij het college
bekend. Over politieke verantwoordelijkheid gesproken. Motie 6 vinden wij volstrekt overbodig
en ontraden we om die reden. Motie 7 is volstrekt onwerkbaar en ontraden wij om die reden.
Motie 8 vinden wij schandelijk casu quo onzin en ontraden wij om die reden, en motie 9
ontraden wij ook. Dat mag duidelijk zijn.
De VOORZITTER
Ik heb in tweede instantie nog één aspect te beantwoorden, namelijk in de richting van de
fractie van de Partij van de Arbeid. De heer Haarhuis heeft betreffende de veiligheid gevraagd
om in de commissie AZ nog wat meer aan te reiken dan datgene wat ik in eerste instantie heb
toegezegd. Ik zeg u toe dat wij samen nog eens in de commissie zullen spreken over wat nou
precies uw bedoeling is en waarin we u tegemoet kunnen komen, want die welwillendheid is er
zeker. Ik zal zeker ook bij de politie nog eens aandringen op het betrekken van de fracties bij
hun beleid op die momenten dat zij denken iets te melden te hebben. Dat is toegezegd, en als
dat wat uitblijft dan wil ik dat graag nog even benadrukken.
De heer HAARHUIS
Voorzitter, dat is prima, het is goed om dat zo te doen. Heel concreet gaat het ons in de eerste
plaats om de zorg, hoewel wij de andere punten ook belangrijk vinden, dat vanaf begin 2001 de
middelen die beschikbaar zijn voor de extra ondersteuning van de politie in de wijken, ook
daadwerkelijk worden gebruikt. Als dat lang zou uitblijven dan willen we dat onmiddellijk
weten.