23 MEI 2001
125
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Herhaling is een didactisch principe, maar het is hier wat vervelend, dus ik zal mij beperken tot
het uiterste. Wat betreft de meeste opmerkingen sluit ik me eigenlijk graag aan bij datgene wat
de heer Braat heeft opgemerkt, met name waar hij spreekt over de koren. Ik vind dat we in
feite snel met de nieuwe verordening aan de slag moeten gaan. Wij appreciëren het bijzonder
dat het college ook nog ruimte schept om de regelgeving daar waar nodig of noodzakelijk
tussentijds aan te passen. Verder hebben wij genoegzaam medegedeeld dat wij achter de
uitgangspunten van ook deze nota staan.
Mevrouw KREMERS
Ik kan mij bij de vorige spreekster aansluiten. Ook wij gaan akkoord met de nota zoals die
voorligt. Omdat het een nieuwe regeling betreft zouden veel verenigingen en organisaties
wellicht de eerste keer wat problemen kunnen hebben met het invullen van
aanvraagformulieren of met het zoeken naar het op de juiste manier gebruik maken van de
regelgeving. Wij verzoeken de wethouder daar waar nodig voor actieve ondersteuning vanuit
de dienst zorg te dragen.
De heer KWISTHOUT
De SP-fractie heeft dit voorstel vanuit de commissie mee teruggenomen naar de fractie omdat
wij vonden dat er in de nota een te grote nadruk werd gelegd op kwaliteitseisen, waarvan wij
vinden dat die heel moeilijk objectief te toetsen zijn. Wij hebben enkele voorbeelden gegeven
waarvan wij dachten dat die bij de toetsing problemen zouden kunnen geven, temeer omdat de
toetsing conform de nota "Cultuur is Meer" gebeurt, een nota van de gemeente Breda waarbij
wij onze twijfels hadden. Als je een voorstel mee terugneemt naar de fractie, kan de bespreking
in de fractie ertoe leiden dat je alsnog akkoord gaat dan wel dat je toch tegen bent. Ik kan u
melden dat het dit keer toch maar tegen is.
De heer LEUNISSE
In de commissie hebben wij uitvoerig over dit onderwerp gesproken. Uiteindelijk is het
resultaat, en dat is ook in de commissie gezegd: alles heeft zijn prijs. Voor ons is die prijs te
hoog, de lat ligt wat te hoog. Ook wij zijn tegen dit voorstel.
Wethouder ADANK
Ik dank de fracties die aangeven dat aan het uitgangspunt van gelijke behandeling, zoals wij
dat drie jaar geleden met elkaar hebben afgesproken, recht wordt gedaan. In de richting van
mevrouw Vossenaar en mevrouw Kremers het volgende. Het werken op maat moet wel in
evenredigheid worden gebracht met gelijke behandeling. Daar waar knelpunten ontstaan zal in
overleg worden gekeken of daarvoor oplossingen kunnen worden gevonden. De zorg van de
heer Braat deel ik als het gaat om de koren. Echter, als ik kijk naar het beslag dat door de koren
wordt gelegd op de middelen voor professionele ondersteuning dan schrik ik af en toe van de
gigantische bedragen die zij daarvoor bij de uitvoering van de kunsten nodig hebben. Dat neigt
bijna naar professionalisme. Overigens streven wij er bij cultuur wel naar om in het grensgebied
van de amateurkunst de professionele kunst te overbruggen, maar dan kom je ongetwijfeld in
conflict met je beschikbare middelen. Wij hebben met elkaar afspraken gemaakt over de
begroting, de budgetsystematiek en het subsidieplafond en ik wens me daar graag aan te
houden. Ongetwijfeld zal ik nog een nadere politieke discussie voeren in hoeverre we wellicht
in de toekomst op een andere wijze daarmee omgaan. Wij denken dat wij op deze wijze
voldoende recht doen aan de afspraken die we hebben gemaakt om gelijke behandeling voor
alle amateurkunsten op een realistische manier mogelijk te maken. Indien behoefte is aan hulp
bij de invulling van de regelgeving zal die worden geboden. Daarbij kan een beroep worden
gedaan op het Steunpunt, de helpdesk of op de verschillende vakdiensten.
TWEEDE TERMIJN
De heer BRAAT
Hartelijk dank aan de wethouder voor de beantwoording. Helaas ben ik het niet met hem eens
waar hij ingaat op mijn opmerking met betrekking tot de koren en de instrumentale
gezelschappen. Als we kijken naar het voorstel dan krijgen de koren een presentatiesubsidie van
