23 MEI 2001
142
gemeenteraad delegeert aan het college van burgemeester en wethouders, zijnde het dagelijks
bestuur van de gemeente. Wij zijn van mening dat het college van burgemeester en wethouders
primair, en secundair de portefeuillehouder Onderwijs, die controlerende en sturende taak
onvoldoende heeft uitgevoerd. Wij steunen het betoog van GroenLinks ten volle dat het daarbij
niet van belang is hoe lang een bepaald persoon die functie en die portefeuille eigenlijk
uitvoert. Het gaat specifiek om de politieke verantwoordelijkheid van een bepaalde portefeuille
en de wethouder die op dat moment die functie vervult zal die politieke verantwoordelijkheid
ook moeten nemen.
Wethouder DE WERD
Ik herinner mij 8 december van het vorig jaar nog als de dag van gisteren. Ik had juist die
ochtend een interview achter de rug van 100 dagen wethouder en mijn ervaring. Ik heb nooit
kunnen bevroeden dat nauwelijks twee uur later de wereld ineens heel erg zou veranderen. Ik
heb van dit proces veel geleerd en datgene wat ik nu heb gehoord zijn onderwerpen die tijdens
de vele vergaderingen die wij over dit punt hebben gehad al aan de orde zijn geweest. Ik heb
geen echte vragen gehoord. Er waren uitsluitend stemverklaringen terug te vinden in de
betogen van de diverse fracties. Ik wil van mijn kant dan ook maar besluiten met iets wat ik heel
persoonlijk bedoel. Ik wil al diegenen die mij in de periode vanaf 8 december 2000 hebben
ondersteund door daadwerkelijk belangstelling te tonen en positief bezig te zijn met dit hele
traject hartelijk danken. Dat geldt voor de commissie, dat geldt voor het college, dat geldt voor
de ambtenaren, dat geldt voor de heer Schreven en dat geldt last but not least voor de
bestuurscommissie waarmee ik tot en met het moment van haar aftreden een uiterst plezierig,
constructief, open maar vooral zakelijk contact heb gehad. Ik wil het hierbij laten.
TWEEDE TERMIJN
Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK
Voorzitter, ik wil even reageren op een opmerking van de heer Kwisthout. Hij zegt voorstander
te zijn van het afschaffen van bestuurscommissies. Ik wil hier alvast op tafel leggen dat mijn
fractie dat absoluut niet is. Wie enigszins thuis is in het onderwijsveld zal begrijpen dat juist een
goed evenwicht tussen openbaar en bijzonder onderwijs bestuurscommissies vraagt. Dat wij
daarmee zeer zorgvuldig moeten omgaan is wat anders. Maar ik zou het uitermate betreuren
als wij vele stappen terug zouden doen in het verleden en de bestuurscommissies zouden
afschaffen. En laten wij vooral niet vergeten dat er nog meer bestuurscommissies zijn dan alleen
deze die uitstekend werk doen. Ik wil dit op dit moment graag even kwijt.
De heer KWISTHOUT
Bij interruptie. Ik heb met name gesteld dat ik van dit concept van een bestuurscommissie af wil,
omdat die in de lucht hangt en nauwelijks politiek te controleren is. Dit is een
bestuurscommissie die bevoegdheden neemt en haar bevoegdheden te buiten gaat en de
gemeenteraad heeft daarop nauwelijks grip.
De heer POSTHUMA
Ik heb begrepen dat het de bedoeling is, en dat is ons reeds toegezegd, dat wij in het najaar
een discussie voeren over de bestuurscommissies in de volle breedte. Het lijkt mij verstandig om
de discussie die nu ontstaat uit te stellen tot dat moment.
De heerSCHELTENS
Wij betreuren het ten zeerste dat het onderwerp politieke verantwoordelijkheid óf niet leeft óf
niet wordt begrepen óf anders wordt uitgelegd óf niet bespreekbaar is. Ik weet het niet. Helaas
moet ik constateren dat wij blijkbaar een andere invulling aan dat begrip geven dan de meeste
andere fracties. Ik heb geprobeerd duidelijk te maken dat wij twee zaken uit elkaar halen. Je
kunt bij een portefeuillehouder spreken over zaken die hem persoonlijk verwijtbaar zijn in de
periode dat hij zelf portefeuillehouder is. De zaken die ik heb genoemd, de contacten met de
bestuurscommissie en de informatieverschaffing vanuit de ambtenarij, hebben weliswaar
gefaald en zijn natuurlijk terug te voeren naar de periode daarvoor. Dat brengt mij tot het
volgende punt dat ik al enigszins heb aangestipt maar dat ik een beetje sterker wil maken. Wij
vinden dat de zaken die ik nu noem, de contacten met de bestuurscommissie en de