29 MEI 2001 155 burgemeester, vandaag ontvangen, staat in de schaduw van het verzoek van deze fractie vijf jaar geleden aan de minister van Binnenlandse Zaken om hem te ontslaan. Dit was mijn bijdrage. Wethouder OOMEN Ik begin met de beantwoording in de richting van het CDA. Daar is gevraagd naar de mitigering van de afvalstoffenheffing. Zoals u hebt kunnen lezen, stelt het college voor om voor 2002 weer 1,1 miljoen daarvoor in te zetten. Met betrekking tot de jaren daarna, 2003 enzovoorts lijkt me dat typisch een zaak die het nieuwe college zal moeten afwegen in de totale lastendruk. De afvalstoffenheffing op zich staat dus niet alleen. Het is altijd een afweging in de totale lastendruk die het nieuwe college aan uw raad en aan de burger gaat voorstellen. De WD heeft een paar concrete vragen gesteld. Eén vraag betreft het punt of het aan te schaffen computersysteem voor de buitenruimte eerder dan 2005 operationeel kan zijn. Aanschaffen is één, maar het systeem moet wel gevoed worden. Met andere woorden, je moet je data die in de buitenruimte aanwezig zijn inventariseren en daarna inbrengen. Dat kost gigantisch veel tijd, dat is een hels karwei. Nog niet zo lang geleden is de commissie Stadsbeheer uitgenodigd om kennis te nemen van het nieuwe systeem Autogroen. Dat betekent dat de groene component op dit moment is ingevoerd. We gaan nu verder aan de slag met alles op het gebied van reiniging en speelvoorzieningen en daarna komen de riolering en de verhardingen aan de beurt. Het zal zo snel mogelijk komen maar ik kan daarvoor niet exact een concrete einddatum geven vanwege de hoeveelheid menskracht die daaraan ten grondslag ligt. De WD heeft een vraag gesteld over de inzet van middelen met betrekking tot stadsbeheer daar waar het de efficiency betreft. Ik zou bijna zeggen: dit is een conditio sine qua non. Je mag toch niet anders verwachten van een college en een portefeuillehouder dat dat gebeurt. Het bevreemdt mij een beetje, want als je kijkt naar de Jaarrekening die vorige week in mijn commissie is aangeboden dan heeft u daar toch kunnen constateren dat we met betrekking tot dat aspect op de goede weg zijn. Ik wil er nog één ding over zeggen. Je kunt natuurlijk niet alles aan efficiency ophangen. Je kunt wel, laat ik zeggen, knijpen op de handdoek, maar eens houdt het op, dan is daar dus niets meer te halen De VOORZITTER Een nieuwe. Wethouder OOMEN In de sport is dat toch heel gewoon? Wat ik ermee wil zeggen is, als je het beheer van de buitenruimte op een bepaald niveau wilt hebben, en ik denk dat wij dat samen willen, dat er dan twee aspecten zijn, namelijk efficiency en de middelen die je beschikbaar hebt. Ik dacht met betrekking tot de VVD dat dat de vragen waren die concreet waren gesteld met betrekking tot mijn portefeuille. Breda '97 heeft weer de vraag opgeroepen over het parkeer- en pendelsysteem. Ik wil daarop als volgt reageren. Die vraag is al eens meer gesteld. Parkeer en pendel is iets waarvan het college vindt dat het op dit moment nog niet aan de orde is. Ik zeg: nog niet, en dat wil niet zeggen dat wij daarom zeggen dat het nooit een optie zal worden om een bijdrage te kunnen leveren aan de mobiliteit en alles wat daarmee samenhangt. Maar op dit moment zijn we bezig met het investeren van 60 miljoen voor twee parkeergarages. Als je kijkt naar de burgerenquête dan merk je ook dat de burger op dit moment nog niet op dit systeem zit te springen of erom roept, maar dat wil niet zeggen dat je als je beleid maakt er niet over zou moeten nadenken. Dus op termijn denkt het college dat het een optie is. Ik wil overigens melden dat het niet een los gegeven is, je zult het ook moeten betrekken bij een verkeer- en vervoersplan, omdat die zaken volledig met elkaar samenhangen. Zonder meer ja of neen zeggen tegen parkeer en pendel kun je niet doen want naar mijn overtuiging moet je dat in een bredere samenhang zien. De heer SCHRODER Bij interruptie. Waar haalt de heer Oomen vandaan dat de burger nog niet daarop zit te wachten? Dat heb ik nog nergens uit gehaald. De monitors die er zijn geweest waren positief, dacht ik.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 155