29 MEI 2001 172 heeft gehad en ook landelijk in de Kamer meerdere keren aan de orde is geweest. Ik ben van plan, dat onderzoek loopt nu al, om te kijken hoe snel we dat ook kunnen uitbreiden naar de 0- tot 4-jarigen op de consultatiebureaus, dit in het kader van de vroegsignalering. De kinderen komen nu bij de GGD terecht rond hun T jaar. We willen kijken of we bij de consultatiebureaus al tot directe verstrekking kunnen overgaan en of we een gekwalificeerd advies in de richting van Sociale Zaken kunnen geven voor mensen met kinderen die getroffen zijn door gezondheids- en armoedeproblemen. Ik denk dat zo'n uitbreiding heel goed zou zijn. Daarnaast krijgt u heel snel de notitie Doelgroepenbeleid Peuterspeelzaal, waarin we extra impulsen geven in een aantal wijken en pluspakketten gaan instellen die belangrijk zijn voor de 0- tot 6- jarigen, waarop Albeda ook wijst. De armoedemaatregelen hoef ik u niet meer te noemen. Ik denk wel dat het goed is, als we straks de discussie beginnen binnen de GGD over de basis De heer SCHRODER Bij interruptie. De wethouder koppelt dit onderwerp, de notitie-Albeda, heel sterk aan 0- tot 4- jarigen Wethouder HEERKENS Ik ga nu verder met de algemene aspecten, want daarover heeft u het gehad, dus daar kom ik nu op: het vraagstuk van de sociaal-economische gezondheidsverschillen. We beginnen de discussie zoals u weet binnen de GGD weer over de basis- en de pluspakketten. Die is bevroren geweest vanwege de fusie. Kijkend naar de gezondheidsnota's die zullen worden opgesteld, denk ik dat met name het vraagstuk, en wat mij betreft ook het doel van het verkleinen van die sociaal-economische gezondheidsverschillen, nadrukkelijk daarin zal worden meegenomen. Echt een specifiek onderzoek zie ik in die zin niet zitten. Ik denk dat dat ook heel moeizaam is. Ik heb dat wel bij de GGD nagevraagd. Het is goed om bij het opstellen van de nota's nadrukkelijk te vragen welke voorzieningen men mist in het buurtnetwerk. Ook moeten we kijken hoe we uit de enquêtes van de GGD zo goed mogelijk materiaal putten. Ook landelijk zijn er veel gegevens en dan denk ik dat het er veel meer op aankomt hoe je bepaalde projecten die er al zijn zo goed mogelijk integraal verder weg kunt zetten. Wat betreft de maatschappelijke opvang het volgende. Ik vind dat die wel degelijk hoog op de agenda staat. Ik heb dat eerder ook naar voren gebracht. Ik heb daarin eerst een hele praktische insteek gekozen toen we de beschikking konden krijgen over het RWS-gebouw, waaraan nogal wat moest gebeuren. Daarop wilde ik de ambtelijke capaciteit zetten, ook op het binnenhalen van het Leger des Heils en de Stichting 2000, waaraan een hele geschiedenis vastzat. Uiteindelijk is de versterking van de nachtopvang ook gerealiseerd, en in tegenstelling tot wat de krant zegt, is het collegebesluit voldoende omdat dat nu binnen de 24-uursgelden opgevangen gaat worden. Dat betekent dus ook dat De Gaarshof nu zeker weet dat zij structureel verder kunnen. Wat betreft het RWS- gebouw is het belangrijk dat er straks 22 tot mogelijk 24 bedden gerealiseerd gaan worden. In noodsituaties kan dat uitgebreid worden naar 30 bedden. Ook de overige instellingen hebben bij crises een aantal bedden beschikbaar en het veld heeft mij gezegd dat er, als we die kant uitgaan, dan ook voldoende bedden zijn voor deze doelgroep. Dit dus ook in relatie tot de 100 opvangplaatsen die de SP noemde. Daarnaast zijn we bezig met het realiseren van een plan van aanpak. Dat heb ik u beloofd. We zijn aan het inventariseren wat het aanbod is, wat er wordt gemist, hoe de samenhang van de voorzieningen is om te komen tot de ketenaanpak, het CDA noemde dat ook; de preventie, en opvang en herstel. In het najaar zullen alle betrokkenen worden uitgenodigd voor een symposium, zoals we dat ook bij de kinderopvang en de 0- tot 6- jarigen hebben gedaan. Dan kunnen we meteen kijken hoe we het plan van aanpak kunnen koppelen aan het uitvoeringsplan en hoe we de zaken efficiënter kunnen wegzetten, ik denk dat dat echt nog mogelijk is, maar ook hoe we het extra geld, dat u beschikbaar stelt als u de Kadernota goedkeurt, gaan inzetten. Maar ik blijf nu niet wachten tot het plan van aanpak er is. We zijn ook al bezig met de zwerfjongeren. Ook daarvoor heeft u al een uitnodiging voor een symposium. Dus ik denk dat er wel degelijk zeer veel impulsen zijn. Dat plan van aanpak moet er zeker komen, maar daarmee vind ik wel dat de maatschappelijke opvang van meet af aan in deze periode hoog op de agenda heeft gestaan. Wat betreft de jongerenvoorzieningen heeft een aantal fracties met name gewezen op de jongerenvoorzieningen in de Haagse Beemden. Ik heb daarover een gesprek gehad met het Bekom, de jongeren, de politie, ouders en werkers. We hebben geconstateerd dat er op zich behoorlijk wat voorzieningen zijn. Er zijn drie buurthuizen, maar ik denk wel dat een deel van die buurthuizen meer geschikt moet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 172