29 MEI 2001 181 De heer HAARHUIS Dat is dan toch merkwaardig, want op het moment dat je de GroenLinks-fractie uitnodigt om samen, ook vanuit het aankomende dualisme, eens te kijken of je vanuit zo'n werkgroep een initiatief kunt nemen om wat nadrukkelijker naar het klimaat te kijken, is het antwoord van de GroenLinks-fractie dat duurzaamheid bij de coalitie vooral betekent dat het lang moet duren. En dan vergaat je wel de lust tot samenwerken. De heer SCHRODER Bij u heb ik het nooit anders begrepen, mijnheer Haarhuis. Wat ik vaststel, en dat gebeurt regelmatig, is, dat er een bepaald beleid is dat door het college en door de coalitiepartijen integraal beleid wordt genoemd, dat de wethouder van Ruimtelijke Ordening op haar eigen terrein zit, dat wethouder Oomen het probleem moet oplossen van het blik op straat en dat de wethouder van Milieu dan zegt dat, als het blik van de straat af is, we een belangrijke milieudoelstelling, namelijk leefbaarheid, voldoende hebben gerealiseerd. Dat is wat ons betreft geen integrale milieuvisie en überhaupt geen integrale visie over de verschillende onderdelen van het beleid. De wethouder van Milieu mag mij uitleggen welke milieudoelstelling daadwerkelijk wordt gediend door de beslissing, die al bijna is genomen, dat hoort u zelf ook, mijnheer Haarhuis, u hebt in het verleden ook meerdere keren vragen daarover gesteld, om rond de 5.000 parkeerplaatsen in het nieuwe stationsgebied te gaan realiseren. Als we dan vervolgens het CDA vanavond nog eens horen zeggen dat de vijf miljoen die uit de parkeergelden moeten worden gehaald Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Ik mag me er niet in mengen, maar wat ik eigenlijk zo jammer vind is dat de ene simplificatie na de andere over tafel gaat, dat je praat over 5.000 parkeerplaatsen in de Spoorzone alsof dat een eigen leven leidt, terwijl het doel is om de passagiers daar binnen te krijgen, de keten aantrekkelijk te maken en het zo te bevorderen. Maar het is een simplificatie als je van de 5.000 plaatsen bij de Spoorzone zegt dat dit belachelijk is, dat dit toch niet kan, dat het allemaal auto's zijn. Zo praat je toch niet met elkaar? Het lijkt dan net alsof je alleen maar door iets te droppen de wereld verandert. Nou, daar geloof ik niks van en ik hoop het ook niet. De heer SCHRODER Ik heb morgen vrij, mevrouw Van Beusekom. Ik zou graag met u met de auto naar Utrecht willen rijden, want dat voorbeeld heb ik in onze Algemene Beschouwing genoemd Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Ja, maar dat moet wederzijds zijn en dat ligt niet zo bij mij. De heer SCHRODER en het kost anderhalf uur om vanaf de rand van de stad tot onder Hoog Catharijne te komen. Alles staat daar mud- en mudvol, en vanaf half vier 's middags tot een uur of zeven 's avonds gaat dat weer precies hetzelfde als het verkeer er weer uit gaat. Dat is ook een keuze: al dat autoverkeer moet de binnenstad in want daar is het centraal station. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Neen, de mensen uit die auto's moeten met de trein. De heer SCHRODER Ons ontgaat langzaamaan waarop die keuze nog is gebaseerd. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX De mensen uit die auto's moeten met de trein, mijnheer Schroder. Daar ging het om. De heer SCHRODER Ze hadden al in de trein moeten zitten, mevrouw Van Beusekom. Wethouder VAN BEUSEKOM-NIX Ja, maar wij doen er wat aan en u constateert alleen maar. Dat is het spijtige daarin.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 181