28 JUNI 2001 221 Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK Dat mag zo zijn, mijnheer Schroder, maar ik wil dat soort dingen altijd graag in volledige vrijheid doen en ik wil door geen enkele fractie onder druk worden gezet. En daarom doen wij zoals wij doen. De heer POSTHUMA Bij interruptie. Ik wil graag even duidelijk maken dat de Partij van de Arbeid dat standpunt van GroenLinks in ieder geval niet deelt. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS En dat geldt ook voor de VVD-fractie. Mevrouw KNIPSCHEER En voor het CDA. Mevrouw KREMERS Dat geldt ook voor D66. In de commissie heb ik een vergelijking gemaakt met de procedure en de behandeling die wij rondom het bestemmingsplan Breda-Zuid hebben gehad. Ook dienaangaande hebben wij toen, en ik doe dat nu weer, onze complimenten en waardering uitgesproken voor de zorgvuldige behandeling. Enige tijd geleden hebben we een lange en uitvoerige hoorzitting gehad en aan de hand daarvan is het bestemmingsplan toen al op diverse punten gewijzigd en aangevuld. Naar aanleiding van de behandeling in de commissie zijn er wederom toezeggingen gedaan om het een en ander nog nader te bekijken hetgeen wederom heeft geleid tot aanpassing van het voorstel op een aantal punten. Wat dat betreft gaan wij akkoord met het voorstel en het bestemmingsplan zoals het nu voorligt. Op één punt wil ik nog terugkomen, ook anderen spraken daar al over, en dat is op de maycretewoningen. Fracties spraken over emoties en zaken die in een bestemmingsplan niet te regelen waren. Tijdens de behandeling in de commissie hebben we gezien dat in elk geval de directeur van de corporatie op dat moment ook contact zocht met de bewoners. Op die bewoners wilde ik even terugkomen. Ons is tijdens de hoorzitting maar ook tijdens de behandeling in de commissie in elk geval duidelijk geworden dat er sprake is van een hechte leef- of woongemeenschap onder de bewoners van de maycretewoningen. Dat doet niets af aan het standpunt in het voorstel zoals dat hier nu voorligt, want het heeft de bestemming wonen en het houdt de bestemming wonen. Maar ik denk dat er met name in de vervolgprocedures ook rekening moet worden gehouden met die hechtheid die in die gemeenschap aanwezig is. Ik wil dat als een oproep doen in de richting van de wethouder en via de wethouder in de richting van de directeur van de corporatie als het gaat om de vervolgprocedures die uit datgene wat hier nu besloten gaat worden zullen voortvloeien. Ik wil ook even reageren op datgene wat GroenLinks naar voren brengt. In de commissie hebben we het daar ook al over gehad. Toen is ook geprobeerd om bij de sprekers van de diverse fracties de uitspraak te ontlokken om op voorhand te zeggen dat zij een artikel 19-procedure zullen tekenen op het moment dat die aan de orde is. Ik heb toen duidelijk gezegd dat ik die toezegging niet doe. Ik deed die toen niet en ik doe die nu wederom niet, omdat het in mijn ogen en in de ogen van mijn fractie te vroeg is om me nu al daarvoor uit te spreken. Gelet op de contacten die inmiddels zijn gelegd en de contacten die gaan komen kan ik me voorstellen dat er in de toekomst ontwikkelingen plaatsvinden ook wellicht via een artikel 19-procedure waarin alle partijen zich kunnen vinden. Derhalve vind ik het overbodig om op dit moment al een toezegging te doen om de artikel 19-procedure te tekenen. De heer DE ROOS Bij interruptie. Je zet de wereld toch niet op zijn kop door nu al te zeggen dat je het naar de raad trekken van een artikel 19-procedure ondersteunt? Stel dat tegen die tijd allerlei zaken blijken te zijn geregeld, dan is er toch nog niks mis? Dat wil toch niet zeggen dat er dan niets meer kan worden teruggedraaid? Ik begrijp het niet zo goed. Ik begrijp die koudwatervrees niet zo goed. Mevrouw KREMERS Die koudwatervrees zat niet bij ons. Overigens ging die over een ander punt dat ik wel in de commissie maar niet hier meer aan de orde heb gesteld. Daarbij ging het over de 40 meter die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 221