28 JUNI 2001 223 gevoelswaarde die heel duidelijk naar voren is gekomen. Het bestemmingsplan is daarin helder: het was wonen en het blijft wonen. Daarover gaat namelijk het bestemmingsplan. De zaken die nu allemaal worden genoemd zijn zaken die men gebruikt om de eigen theorie te onderbouwen, maar een bestemmingsplan is vaak ook niet van zakelijkheid ontbloot, want er liggen altijd zaken onder die mensen roeren, beroeren enzovoort. Daarom is een bestemmingsplan niet ongevoelig. Het is de structuur waarin het is gegoten. Deze plek was en blijft wonen. GroenLinks heeft met betrekking tot de maycretewoningen een motie ingediend. Het is voor het college eigenlijk nu al duidelijk, dus nog voordat de motie ter advisering aan de orde komt, dat de meerderheid van de raad daaraan niet zo veel behoefte heeft. Namens het college wil ik me niet zomaar verschuilen achter de woorden: daar staan wij achter. Maar de argumenten die zijn genoemd zijn heel valide, namelijk, zoals ook mevrouw Vossenaar dat zegt: doe op het juiste moment de juiste dingen. Daar gaat het om. Je kunt gevoelsmatig reageren. Ik wil niemand iets voorspellen, maar stel je voor dat je hier vol vuur zegt: dat tekenen we, dat doen we echt, en je wordt als partij weggevaagd, wat dan? Dan doe je dus niet de juiste zaak op het juiste moment. Die moet je dan doen. Er wordt kritiek uitgeoefend op het feit dat er eerst stond wijzigingsbevoegdheid en dat het nu artikel 19 is. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat artikel 19, lid 1, sneller gaat dan te wachten tot de goedkeuring van het plan en de wijzigingsbevoegdheid vervolgens door te sturen. Op dat punt hebben we gezegd: wonen blijft wonen. Je kunt de vorm waarin dat gebeurt veranderen via een wijzigingsbevoegdheid, maar dat duurt langer en de wijzigingsbevoegdheid ontneemt de raad de mogelijkheid om dan nog een vinger in de pap te hebben. Een artikel 19-procedure gaat sneller en dan is de raad ook aan zet wanneer hij dat wil en dan kan hij daar wat mee. Het is dus een eerlijke beschrijving. Mevrouw Knipscheer vraagt of alles nu is verduidelijkt. Er heeft een gesprek met de ambtenaren plaatsgevonden. Ik heb niet gehoord of dat direct tot verduidelijking heeft geleid. Ik heb in de krant wel een ingezonden brief gezien van iemand die hier ook heeft ingesproken en die gaf een hele grote kennis van zaken weer. Het kan zijn dat hij aanwezig is geweest, het kan ook bevorderd zijn door het gesprek met de ambtenaren. Overigens was het een gesprek ter verduidelijking en niet bedoeld in de zin van: gaat u er nu maar mee akkoord. Wat betreft de procedure is het verschil tussen wijzigingsbevoegdheid en artikel 19 nog een keer toegelicht. Mij is gevraagd: wilt u er bij de corporatie op aandringen dat dit een gevoelige zaak is die op zijn minst heel goed moet worden doorgesproken? Ik wil dat zeker toezeggen. Ik weet dat de corporatie daarvan heel goed op de hoogte is, maar ik zal haar zeggen dat de raad dit heeft gevraagd. Ik wil nog even terugkomen op de motie. Ik heb daarvan gezegd dat het college die ontraadt. Diverse partij hebben hun zorg geuit met betrekking tot de uitbreiding van Super De Boer en het parkeren. Het parkeren wordt in de gaten gehouden. Daarbij wordt via de normen gewerkt en er wordt gekeken of het erin kan. Kan het er niet in, dan is er een probleem. Maar dat moet goed worden opgelost. Met betrekking tot het amendement merk ik op dat dat Super De Boer de mogelijkheden ontneemt die men heeft. Daarnaast moet men zich houden aan de regels die hier zijn gesteld en die bepalen hoeveel en of men kan uitbreiden. Ik denk dan ook dat dat in evenwicht is. Het college ontraadt het amendement. TWEEDE TERMIJN Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Ik wil nog even ingaan op de maycretewoningen. In de commissie hebben wij al gezegd dat wij van mening zijn dat het behoud van deze woningen los staat van dit bestemmingsplan. Een oordeel hierover vinden wij op dit moment niet aan de orde. Wij willen dan ook niet ingaan op het verzoek van GroenLinks om ons daarover nu uit te spreken. Wij hopen wel dat het gesprek dat de bewoners met de ambtenaren hebben gehad over de procedure en de gang van zaken voor in ieder geval de bewoners tot verduidelijking heeft geleid, want in de commissie was daarover nogal wat onduidelijkheid. Wat betreft het amendement het volgende. Wij hebben reeds gezegd dat naar het aantal parkeerplaatsen goed moet worden gekeken. De VOORZITTER U krijgt zo meteen de gelegenheid om dienaangaande uw stemgedrag uit te spreken. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Wat zegt u?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 223