28 JUNI 2001 240 De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Na de lobby's voor de hockey- en de hippische sport wil ik even melden dat Breda ook zeker een voetbalcultuur heeft. Kijkt u alleen maar naar het algemeen landskampioenschap bij de amateurs van Baronie afgelopen zondag. Ik wil dat toch wel even melden. De VOORZITTER Mijnheer Kwisthout, en wat dacht u van de duivensport? Mevrouw VAN WEEZEL Onzerzijds betreft het hier vandaag meer een stemverklaring. Ik heb het in de commissie reeds gezegd: de Sportnota omvat enerzijds datgene wat op sportgebied is gerealiseerd en geeft anderzijds beleidskeuzes aan voor de toekomst. De nadruk ligt op de breedtesport en bij de topsport zijn we alleen actief in de randvoorwaardelijke sfeer. In de praktijk betekent dit enerzijds faciliteren door middel van accommodaties en beheer en anderzijds richting geven door middel van subsidies, tarieven, sportstimulering en verenigingsondersteuning. De PvdA onderschrijft de uitgangspunten van deze nota. Wij onderschrijven eveneens het uitstel met een jaar voor de omvorming van de jeugdsubsidies, zoals u dat heeft aangegeven in de omslag. Wij denken dat het terecht is dat u dat met een jaar uitstelt, want op dit moment zijn er nog geen criteria en er is nog geen toetsingskader. Wat voor ons wel overeind blijft, zoals ook bij de welzijnssubsidies, is het uitgangspunt dat niet de organisaties worden gesubsidieerd maar de activiteiten. Dat is voor ons het belangrijkste. Wij zijn blij dat u met een implementatieplan werkt. Wij denken dat dat goed werken is, want je kunt dan ook goed de voortgang van de uitwerking van deze nota zien. ik heb begrepen dat de actiepunten 23 en 24 intussen worden uitgevoerd. Deze actiepunten gaan over de openstelling tegen gereduceerd tarief van de gymzalen, zodat er wanneer men dat wil dus bij goed of bij slecht weer extra kan worden gesport. Wij zijn hier blij mee. Wij hopen dat we hieruit mogen concluderen dat de uitvoering van de Sportnota voortvarend ter hand is genomen. De heer SCHRODER In de commissie heeft mijn fractie de Sportnota mee teruggenomen. Ik kan u zeggen dat mijn fractie inmiddels akkoord gaat met de nota en straks positief zal stemmen. Wij hebben toch nog een aantal kanttekeningen. In de commissie is door ons betoogd dat de wijze waarop invulling is gegeven aan de Sportnota ons wat teleurstelt. De belangrijkste reden is dat wij wat meer inzichtelijkheid in de beleidskeuzes hadden verwacht, maar de Sportnota blijft toch hangen in de sfeer van een beschrijving en een behoorlijke inventarisatie van datgene wat er op dit moment op sportgebied in Breda te vinden is. Als wij spreken over een behoorlijke inventarisatie dan missen wij inderdaad het hippische geweld van de heer Gemmeke niet. Als het gaat over andere beleidskeuzes dan merken wij toch op dat de nota daarin wat achterblijft. Halverwege de mededeling vanuit het college en het ambtelijk apparaat dat er aan de Sportnota werd gewerkt bleek dat ook het subsidiebeleid in de Sportnota moest worden beschreven. Waar de heer Gemmeke het heeft over de tevreden inspraakreacties op de Sportnota vanuit de sportverenigingen blijken dat in grote lijnen vooral instemmende reacties te zijn op met name het subsidiebeleid. Instemmend met een aantal vraagtekens. Het is terecht dat het college de keuze heeft gemaakt om in een nader debat aan de uitwerking van de subsidiëring, met name de ledensubsidiëring, handen en voeten te geven en de exacte uitwerking nog een jaar op te schorten. Dat in de keuzes die ten aanzien van de subsidiëring kunnen worden gemaakt rek moet zitten en dat er ook voor de raad bij de vaststelling van deze nota nog geen volstrekte duidelijkheid is over hoe dat exact gaat uitpakken, dus welke activiteiten en welke exacte doelstellingen wij dan precies moeten gaan subsidiëren, blijkt ook duidelijk uit de aanscherping die de heer Gemmeke hier voordraagt en waar mijn fractie op zich niet op tegen is. In de commissie heb ik al opgemerkt dat er op zich ook beleidsinhoudelijk niets op tegen is om toch te gaan voor extra subsidiëring voor de sportverenigingen die doen aan ledenwerving van met name jongere leden. Meer inhoudelijke kwaliteit, promotie van het sportbeleid in de vroege levensjaren, kameraadschappelijkheid et cetera zijn daarvan elementen. Bij andere projecten die zich meer aan de zorgelijke kant van de samenleving bevinden, Samen er Tegenaan, Jong zijn in de Haagse Beemden, kunnen wij er later ons voordeel mee doen als die jongeren al in een vroeg stadium toch bij dit soort activiteiten in het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 240