30 AUGUSTUS 2001 252 persoonlijk komen uitleggen. In je brief over je vertrek vertelde je van je werk voor een adviesbureau dat regelmatig aan de gemeente adviezen geeft. En ook al houd je je daar verre van, om iedere schijn van belangenverstrengeling te voorkomen, heb je daarop besloten je raadslidmaatschap neer te leggen. We respecteren natuurlijk je beslissing. Laat dat duidelijk zijn. Maar ik vind het toch erg jammer dat je als raadslid stopt. Je politieke loopbaan begon in 1978 toen je lid werd van de gemeenteraad in Teteringen. In de raadsperiode die daarop volgde werd je wethouder met een nogal omvangrijke portefeuille. Volgens mijn gegevens was dat: bouw- en woningtoezicht, openbare werken, volkshuisvesting, grondbedrijf, woningbedrijf en sociale zorg. Daar hebben we in Breda drie wethouders voor nodig. Bovendien was je in die tijd ook nog een klein jaar loco-burgemeester door het vertrek van burgemeester Aarts, die overigens morgen ook vertrekt. Je zat stevig in het politieke zadel, en in de periode daarna bleef je dan ook wethouder en werd je tevens eerste loco-burgemeester. De volgende stap in je politieke carrière hing direct samen met de gemeentelijke herindeling. Je werd lijsttrekker voor Breda '97 en dat bleef niet zonder resultaat. De partij kwam goed uit de verkiezingen. Je werd opnieuw wethouder en dit keer met de portefeuille onderwijs en volkshuisvesting. Sedertdien ben je raadslid en vanavond is daar dan je afscheid. Bovendien, ik wil dat graag benadrukken, deed en doe je meer dan alleen maar de lokale politiek. Ondanks de uren die het raadswerk kostte wist je tijd te vinden voor een aantal maatschappelijke activiteiten. Je hebt diverse bestuursfuncties, waarin je je sterk maakt voor de belangen van jong tot oud, of het nu gaat om de peuters van Kruimelsoosje, of om de mensen in het bejaardencentrum Zuiderhout. Het maakt niet uit. Kwaliteiten die je door je omgeving worden toegezwaaid zijn: integer, iemand die zich met hart en ziel inzet, en iemand die, ondanks welke tegenslag dan ook, altijd goed gehumeurd is. Zo herkennen we jou. Mieke, je staat midden in die samenleving en je wilt daar waar nodig je steentje daaraan bijdragen. Het is goed om dat eens uit te spreken en je ook te bedanken voor alles wat je hebt gedaan voor Teteringen en voor Breda. Maar er is meer dan deze dank. Het doet me dan ook plezier dat ik je namens Hare Majesteit mag mededelen dat je voor al die inzet bent benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hartelijk gelukgewenst. (Applaus) (Opspelding van de versierselen behorende bij de onderscheiding Mevrouw VOSSENAAR-BLOKDIJK Dames en heren, ik zit nu op een plaats die mij niet toekomt maar die mij nu even vriendelijk wordt aangeboden, want ik heb toch behoefte om even iets te zeggen. Hoewel ik eigenlijk te beduusd ben, dit overvalt me en menigeen die ooit zoiets heeft mogen meemaken, zal misschien hetzelfde ervaren. Ik ben heel erg dankbaar en ik ben toch ook zeer vereerd dat deze onderscheiding mij ten deel valt. Ik had natuurlijk iets voorbereid, dat kunt u zich voorstellen, in de zin van: dit is mijn laatste vergadering, ik wil nog wat wijze woorden spreken in de richting van de collega's, maar ik wil vooral ook mijn dank uitspreken. Die wijze woorden zal ik inslikken, maar de dank niet. Ik wil op de eerste plaats uiteraard Hare Majesteit danken voor het feit dat zij deze onderscheiding heeft willen toekennen. Ik dank ook diegenen die actief daarvoor zijn geweest, want ik weet hoe dat werkt. Ik dank de voorzitter en de leden van dit college, maar ook de collega's hier in de raad voor hun samenwerking in de afgelopen jaren. Mijn plaats in de gemeenteraad was de laatste jaren, denk ik, een bescheiden plaats. Ik mocht het beleid van de gemeente mede beoordelen en ik heb steeds geprobeerd om dat te doen met een positieve insteek. De hoofdlijnen, zoals we die met elkaar hadden vastgesteld in belangrijke nota's zoals de Stadsvisie, heb ik steeds willen blijven zien als mijn richtsnoer en als het kader waarin ik mijn beslissingen afwoog. Dat heeft weieens geleid tot verbazing en misschien ook weieens tot ergernis bij bevolkingsgroepen, misschien ook wel bij collega's, maar toch heb ik geprobeerd om dat zo eerlijk mogelijk te doen. Ik ben blij dat ik dat heb mogen doen. Ik houd van deze stad, ik ben er geboren en getogen, mijn familie heeft er jaren en generaties gewoond. Ik ben ook blij dat ik op een andere plek in staat zal blijven om mijn aandeel te leveren aan het welzijn van deze stad. Tot slot, voorzitter, want dat wil ik echt niet vergeten, wil ik ook hier op deze plaats even nog de ambtelijke staf bedanken voor de geweldige steun die ik al die jaren als wethouder en als raadslid van hen heb mogen ontvangen. Zij stonden altijd klaar voor informatie, ondersteuning en toelichting en zonder die steun had ik niet kunnen doen wat ik heb gedaan. Hartelijk dank ik u allen. Ik wens de stad met u veel wijsheid toe, veel wijze bestuurders en een hele grote bloeiperiode. Dank u wel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 252