30 AUGUSTUS 2001 255 De heer KWISTHOUT De bodemsanering is een beperkte sanering. Een sanering nu, op dit moment, om aan de minimale veiligheidseisen te voldoen en om later, als de bestemming van het terrein duidelijker wordt naar gelang die bestemming, verder te gaan saneren. Daarmee zijn we het op dit moment eigenlijk niet zo heel erg eens, want onderzoek uit het verleden, onder andere van de chemiewinkel van de TU in Eindhoven, heeft aangetoond dat er eigenlijk meer in de grond zou kunnen zitten of zit dan nu wordt aangenomen. Onder andere is lood aangetroffen en andere dergelijke ernstige verontreinigingen. Dus wat wij zouden willen zeggen is dat het nu meteen goed moet worden aangepakt, want ook al maak je er een parkeerterrein van, de vervuiling die er zit blijft er ook zitten, die gaat niet vanzelf weg. Het tweede punt waarmee wij problemen hebben betreft de schuren die zijn teruggebouwd bij de huurhuizen die gesloopt moesten worden om de vervuiling onder de huizen weg te halen. Deze zijn niet acceptabel teruggezet, namelijk te laag, waardoor wateroverlast ontstaat. De gemeente Breda is opdrachtgever daarvan en de woningbouwvereniging heeft het geaccepteerd met volgens hen een voorbehoud. Dat dreigt dus een juridisch steekspel te worden want het probleem moet worden opgelost. De winter komt eraan en je kunt het de bewoners niet aandoen dat hun schuur onder water komt te staan. Maar op dit moment zijn de bewoners door dit juridisch steekspel, dat natuurlijk lang kan gaan duren, de dupe. Daar zijn wij ook niet blij mee. Wethouder DE WERD Wat betreft het eerste punt kan ik u zeggen dat de bodemsanering op een heel zorgvuldige manier wordt uitgevoerd, zeker als we dat afzetten tegen het gebruik van het terrein in de toekomst. Alle onderzoeken wijzen uit dat dit inderdaad gebeurt binnen de regels zoals die daarvoor gelden. Wat betreft de schuren aan de Hoornwerkstraat, maar dan praten we over het andere saneringsplan dat voltooid is, is er overleg met Wonen Breda. Zij hebben ons toegezegd dat bij de volgende opleveringsfase, er is opgeleverd en er komen er nog drie na, de zaken die niet correct zijn uitgevoerd in ieder geval zullen worden rechtgetrokken. Naar mijn mening, dat heb ik ook al in de commissie tegen de heer Gouka gezegd, is er absoluut geen sprake van een steekspel. TWEEDE TERMIJN De heer KWISTHOUT Onze informatie over het al dan niet eens zijn tussen Volkshuisvesting, de woningbouw vereniging en de gemeente stemt niet helemaal overeen met wat u stelt. We zullen het in ieder geval volgen. Wat betreft de sanering blijven wij toch bij het punt dat wij van mening zijn, dat er te grote gevaren voor de volksgezondheid zijn als je kijkt naar wat er is aangetroffen in onderzoek onder andere van de Chemiewinkel, dat wij het onverstandig vinden om nu alleen beperkt te saneren en dat wij het beter zouden vinden om meteen een volledige sanering te doen. Als je de kosten die daarbij horen afweegt tegen de mogelijke gevaren, dan nemen wij die wat dat betreft voor lief, dus wij zullen niet voor het voorstel stemmen. Wethouder DE WERD Ik beschouw datgene wat de heer Kwisthout heeft gezegd als een stemverklaring. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de SP geacht wenst te worden te hebben tegengestemd. 3. BENOEMING LID COMMISSIE SOCIALE ZEKERHEID. Akkoord met de benoeming van de heer J. van de Lest tot lid van de Commissie Sociale Zekerheid. 4. KREDIET TEN BEHOEVE VAN DE AANPASSING VAN HET GEBOUW SLINGERWEG 90 VOOR HUISVESTING VAN DAG- EN NACHTOPVANG.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 255